Commissie
voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken |
Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la
Migration et des Matières administratives |
van Woensdag 26 februari 2025 Namiddag ______ |
du Mercredi 26 février
2025 Après-midi ______ |
De behandeling van de vragen vangt aan om 14.20 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.
Le développement des questions commence à 14 h 20. La réunion est présidée par M. Ortwin Depoortere.
De teksten die cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.
Les textes figurant en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes déposés par les auteurs.
De voorzitter: Mevrouw Van Bossuyt, minister van Asiel en Migratie, hartelijk welkom in deze commissie. Hopelijk zullen we u hier regelmatig mogen zien en kunnen we rekenen op goede debatten. Ik ben er zeker van dat dat het geval zal zijn.
01.01 François De Smet (DéFI): Allereerst proficiat, mevrouw de minister.
C'est une question adressée initialement à votre prédécesseure mais que j'ai redéposée en espérant recevoir une réponse assez différente. J'avais interrogée Mme de Moor au sujet du port des signes convictionnels au sein du personnel des services centraux et décentralisés de Fedasil et elle m'avait indiqué que le règlement de travail devait être modifié dans le sens de la neutralité inclusive, sans prévoir de distinction entre front et back office au niveau du personnel, comme cela se fait toujours au sein du reste de l'administration.
À ce moment, les discussions étaient toujours en cours avec les représentants du personnel et Mme de Moor avait confirmé que cette modification ne devait pas faire l’objet d’une approbation en Conseil des ministres.
Pour des raisons d'attachement à la neutralité et à la laïcité de l'État, je pense toujours que cette modification du règlement qui était envisagée constitue une entrave au statut de la fonction publique fédérale qui dispose la neutralité exclusive des agents, sans compter que dans les faits, et d'ailleurs singulièrement dans un lieu comme Fedasil, elle est susceptible de troubler bon nombre de femmes venant de pays qui sont des régimes théocratiques forts, comme par exemple l'Iran, et qui seraient donc confrontées à des agents portant des signes convictionnels ostentatoires.
Précisons qu'entre-temps, l'accord de gouvernement prévoit un code vestimentaire particulier pour les instances chargées de l'asile.
Quel est l’état actuel de ce dossier au niveau de la modification du règlement de travail qui avait été implémenté par votre prédécesseure au sein de Fedasil? Cette réforme du règlement s’opère-t-elle toujours dans le sens de la neutralité inclusive? Un pouvoir d’appréciation est-il conféré aux directeurs des centres d’accueil ou bien êtes-vous en train de faire marche arrière pour ce qui est du code vestimentaire et, dans ce cas-là, dans quel délai comptez-vous avancer et de quelle manière allez-vous implémenter ce code vestimentaire dont on ne sait encore que peu de choses?
01.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mijnheer de voorzitter, ik dank u voor uw felicitaties. Ik heb zelf aan de andere kant gezeten en begrijp dus het belang van het Parlement. Ik zal met plezier uw vragen hier komen beantwoorden, collega's.
Merci à vous,
monsieur De Smet, pour vos félicitations.
En effet, l'accord de gouvernement prévoit que les instances d'asile et de migration, comme les centres d'accueil et les instances d'appel, doivent garantir à chacun un service de qualité et neutre de la part de l'autorité fédérale. Cela signifie que chaque interaction doit être perçue comme neutre et cela vise à prévenir la discrimination ou la pression du groupe tout en réaffirmant nos valeurs fondamentales, telles que la séparation de la religion et de l'État et l'égalité entre les hommes et les femmes. Les personnes qui fuient, et il y en a beaucoup, des persécutions religieuses et qui y sont à nouveau confrontées peuvent en ressentir un traumatisme profond.
Il incombe aux fonctionnaires dirigeants, et c'est cela qui est mentionné dans l'accord de gouvernement, de garantir ce service de qualité et neutre dans leurs services. Les intentions du gouvernement sont donc claires et nous sommes en contact avec Fedasil à ce sujet afin de définir les formalités et l'élaboration des modifications éventuelles de leur règlement de travail.
01.03 François De Smet (DéFI): Merci, madame la ministre pour votre réponse. Cela ne répond pas à toutes mes questions. Cela ne répond pas à la question de savoir si le règlement de travail de Mme de Moor avait bien été implémenté et si aujourd'hui, au moment où nous parlons, les signes convictionnels sont autorisés ou pas pour les agents de Fedasil accueillant la population de manière générale. Pour le reste, vous allez appliquer l'accord de gouvernement et nous allons donc suivre cela avec intérêt.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
02.01 Sam Van Rooy (VB): Minister Van Bossuyt, welkom in dit Parlement.
Geen enkel ander Europees land, mevrouw Van Bossuyt, ontving in 2024 meer asielaanvragen van Palestijnen dan België. Het gaat om in totaal 5.692 asielzoekers, waarvan het overgrote deel afkomstig is uit het antisemitische en jihadistische Hamaslandje Gaza. De redenen waarom ze naar hier komen, zo vernemen wij, zijn "de pro-Palestijnse houding van België" – dat ging over de vorige regering, dus ik hoop dat deze regering daar verandering in brengt – de hoge erkenningsgraad, namelijk 90 %, en "de aanwezigheid van een relatief grote Palestijnse gemeenschap in dit land".
Zopas was er in Duitsland een 19-jarige moslim uit Syrië, een zogenaamde vluchteling, die Joden wilde vermoorden, zo bevestigde hij. Daarom stak hij een man neer bij het Holocaustmuseum in Berlijn. Naast een mes had hij ook de koran en een gebedskleed bij zich. Ondertussen blijft in België het aantal asielzoekers, niet alleen uit de Palestijnse gebieden, maar uit de hele islamitische wereld, toenemen. In de moslimlanden die in de top tien staan, zoals Syrië, Afghanistan en Turkije, wordt antisemitisme met de islamitische paplepel ingegeven.
Mevrouw de minister, u bent een kersverse minister. Ik heb deze vraag uiteraard ook aan de vorige minister gesteld, maar ik ben zeer benieuwd naar wat uw visie hierop is omdat het antisemitisme in dit land, en zeker in een stad als Antwerpen, toeneemt en reeds torenhoog is. Ik wil u vragen hoe u wilt voorkomen dat er steeds meer islamitische haat tegenover Joden en tegenover andere niet-moslims, want dat gaat vaak hand in hand, in dit land wordt binnengehaald.
Last but not least heb ik nog een vraag die ik niet had ingediend, maar ik wil ze u toch stellen, omdat ik daarover via sociale media heel veel vragen krijg. Zult u ervoor proberen te zorgen, en ik begrijp dat dat niet eenvoudig is, of minstens stappen nemen om Hamassupporters, mensen die dat openlijk aangeven en die een dubbele nationaliteit hebben, het land uit te zetten?
02.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mijnheer Van Rooy, uw beide vragen gaan inderdaad over hetzelfde onderwerp. De eerste werd al ingediend bij mijn voorganger, de tweede is een nieuw ingediende. Ik zal met veel plezier op beide vragen antwoorden.
Eerst en vooral wil ik benadrukken dat ik elke vorm van antisemitisme veroordeel. Het klopt dat België, in vergelijking met andere Europese landen, veel aanvragen van Palestijnen ontvangt. De beschermingsgraad voor deze groep, bepaald door het CGVS, is hoog. Elke verzoeker uit Gaza wordt echter onderworpen aan een individueel onderzoek, waarbij onder andere de recente al dan niet herkomst wordt onderzocht, maar ook wordt bekeken of de persoon in kwestie al internationale bescherming geniet en of er geen uitsluitingsgronden voorhanden zijn.
We zien dat meer dan de helft van de Palestijnen al internationale bescherming geniet in een ander EU-land, voornamelijk in Griekenland. In principe neemt het CGVS in die dossiers een beslissing van niet-ontvankelijkheid. Er wordt echter altijd een individuele analyse gemaakt. Het CGVS bekijkt ook steeds aandachtig in welke dossiers het een cassatieberoep bij de Raad van State kan indienen tegen een arrest van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen wanneer die ingaat tegen het beleid dat het CGVS vooropstelt.
Het kan niet de bedoeling zijn dat personen die al bescherming hebben gekregen in een andere lidstaat toch doorreizen naar ons land en een volgend verzoek indienen. Dergelijke meervoudige asielaanvragen vormen een enorme bijkomende werklast op onze diensten, die al kampen met een historisch hoge werkachterstand, en op ons opvangnetwerk, dat al oververzadigd is.
Het regeerakkoord voorziet in verschillende maatregelen om in meer algemene zin, los van de asielaanvragen ingediend door Palestijnen, de instroom in te perken en de uitstroom te verhogen. Ik zal geen volledige opsomming geven van al die maatregelen, maar ik licht er enkele uit. Ten eerste, het tijdelijk versterken van onze diensten om de achterstand weg te werken, de uitstroom te verhogen en het asielbudget te doen inkrimpen. Ten tweede, gelet op de deadline van midden 2026, prioriteit geven aan de implementatie van het Europese migratiepact en optimaal gebruikmaken van de verstrengingen die daarin zijn voorzien.
Een derde punt is zeer belangrijk in de context van de Palestijnse dossiers. Een aanzienlijk deel van hen heeft al bescherming genoten in een andere lidstaat of heeft daar asiel aangevraagd. In dat geval hoeft België dat verzoek niet opnieuw te onderzoeken. We onderzoeken dus of we bepaalde maatregelen van het Europese migratie- en asielpact versneld kunnen uitvoeren. Misschien nog belangrijker is dat enkel verzoekers die voor het eerst een asielaanvraag indienen, waarvoor dus geen asielprocedure in een andere lidstaat loopt of afgehandeld is, een opvangplaats krijgen.
Een ander voorbeeld van de verstrenging is het feit dat toekomstige nieuwkomers vijf jaar zullen moeten wachten om sociale bijstand te kunnen krijgen. We weten immers allemaal dat de huidige soepele maatregelen een pullfactor zijn naar ons land.
In verband met de jammerlijke gebeurtenissen in Duitsland is het duidelijk dat wie naar ons land komt, zich moet integreren en zich onze waarden en normen eigen moet maken, zoals de gelijkheid van man en vrouw, de scheiding van kerk en staat en onze antidiscriminatiewetgeving. Daartoe behoort ook onze strijd tegen antisemitisme. Wie deel wil uitmaken van onze maatschappij, moet onze normen en waarden onderschrijven. Dat willen we bewerkstelligen door een geslaagde burgerschapstest in te voeren als voorwaarde voor een permanent verblijfsrecht. Daarnaast willen we kordaat optreden door de diensten te versterken die zich bezighouden met de intrekking van beschermings- en verblijfsstatuten naar aanleiding van dergelijke ernstige feiten ten aanzien van onze democratische rechtsstaat. Ook een asielaanvraag kan worden geweigerd wegens dergelijke feiten. Daarop zullen we ook meer focussen.
Ten slotte had u nog een vraag toegevoegd over de nationaliteit. Als iemand met een dubbele nationaliteit veroordeeld wordt voor terrorisme of niet voldoet aan zijn verplichtingen als onderdaan van het land, kan de nationaliteit worden ingetrokken. Het is aan de rechter om daarover te oordelen, maar het regeerakkoord voorziet in een uitbreiding van de mogelijkheid om de nationaliteit in te trekken. Wie daardoor niet langer de Belgische nationaliteit heeft, kan dus ook zijn verblijfsrecht verliezen. Ook dat moet makkelijker worden op basis van een gevaar voor de openbare orde of nationale veiligheid. In het regeerakkoord staat duidelijk dat die personen het land uitgezet moeten worden.
02.03 Sam Van Rooy (VB): Minister Van Bossuyt, ik deel met u graag dezelfde zorgwekkende cijfers die ik enkele maanden geleden ook aan uw voorganger, staatssecretaris de Moor, heb gegeven.
De overgrote meerderheid van de Palestijnen, namelijk 72 %, zoals blijkt uit onderzoek, staat achter de bloedige jihadistische aanslagen van Hamas van 7 oktober 2023. 89 % van die Palestijnen is voorstander van de sharia. 66 % vindt dat wie de islam verlaat de doodstraf moet krijgen. 40 % van de Palestijnen vindt zelfmoordaanslagen gerechtvaardigd. Bijna de helft van de Palestijnen staat negatief tegenover christenen. Meer dan 93 %, mevrouw Van Bossuyt, is antisemitisch en heeft antisemitische denkbeelden. Tot slot een resultaat dat voor u als vrouw op zijn minst even interessant is: 87 % van de Palestijnen vindt dat de vrouw moet gehoorzamen aan haar man en 67 % vindt dat een vrouw niet mag scheiden van haar man.
Mevrouw Van Bossuyt, als u die cijfers hoort, blijft u dan nog altijd van mening dat Palestijnen hier überhaupt recht zouden hebben om een vluchtelingenstatuut te krijgen? Of gaat u ze allemaal bekeren en al die denkbeelden ongedaan maken met een of andere burgerschapstest? Gelooft u daarin? Ikzelf geloof daar niet in en ik denk dat het een grote fout is om er wel in te geloven.
Ik herhaal dus mijn oproep: stop met de import van Palestijnen en zet Hamassupporters, niet alleen terroristen, maar de moslims die Hamas steunen en ervoor applaudisseren, het land uit. Dat is wat we nodig hebben.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
03.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de staatssecretaris, ik wens u, ten eerste, proficiat met uw aanstelling en ik wens u ook veel succes. Er wacht u een moeilijke en zware taak. U kunt dus alle succes gebruiken.
Deze vraag had ik al ingediend bij uw voorganger, want op 26 januari 2025 had staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor in VTM Nieuws aangekondigd dat zij een oplossing had gevonden voor de gedwongen terugkeer naar Afghanistan. Ze zou daarbij illegale Afghanen via Istanboel laten terugkeren, om vervolgens vanuit Istanboel een vlucht te laten vertrekken naar Afghanistan. Dat is een manier om hen te doen terugkeren zonder samenwerking met het talibanregime.
Zijn er al concrete afspraken daarover, of is dat een ballonnetje dat is opgelaten? Zijn er al concrete samenwerkingsverbanden gesloten met Turkije?
Hoe groot is de pool van mensen die via die manier zouden kunnen worden teruggestuurd? Uw voorgangster stelde immers dat haar departement zich zou focussen op criminele illegale Afghanen die voor overlast zorgen. Om hoeveel mensen gaat het exact?
Bent u bereid om in de toekomst niet alleen de criminele illegale Afghanen terug te sturen maar ook de gewone illegale Afghanen, die geen criminele feiten hebben gepleegd?
Inzake de terugkeer naar Afghanistan is er ook op Europees niveau enige beweging. Duitsland, Denemarken en Oostenrijk zijn ermee bezig. De terugkeer naar Afghanistan zou dus ook op de agenda van de Europese Raad van de ministers bevoegd voor Migratie hebben gestaan. Was dat al onder u of nog onder uw voorgangster? Wat zijn de concrete resultaten? U zult ze ongetwijfeld wel kennen.
We zijn intussen een maand na de aankondiging van uw voorgangster. Is er daaromtrent al effectief iets gebeurd of blijft het bij aankondigingen? Welk budget hebt u daarvoor uitgetrokken?
03.02 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, ook mijn vraag was al eerder ingediend bij uw voorgangster, staatssecretaris de Moor, want zij had inderdaad aangekondigd dat ze zou inzetten op het terugsturen van criminele Afghanen via Istanboel. Het zou in eerste instantie gaan over mensen die criminele feiten hebben gepleegd of overlast hebben veroorzaakt. Ze gaf ook aan dat dat op donderdag 30 januari 2025 zou worden besproken in de Raad van Europese ministers van Migratie.
Kunt u daar nu wat meer toelichting over geven? Waar staat u op dit moment? Zult u het plan van uw voorgangster verderzetten? Hoe zal alles praktisch worden uitgerold? Kunt u toelichting geven over de partners in Istanboel waarmee er zal worden samengewerkt? In hoeverre zijn de afspraken daaromtrent gefinaliseerd? Werd daarvan al gebruikgemaakt?
Over hoeveel personen zal het gaan? Later vandaag zullen we het ook nog hebben – als we daar geraken, want ik weet niet tot wanneer u tijd hebt om de vragen te beantwoorden – over de overbevolking in de gevangenissen, en meer bepaald over de criminele illegale gedetineerden, die tot de doelgroep behoren. Weet u al of ook mensen uit die doelgroep eventueel via die weg zouden terugkeren, wat in het verleden heel moeilijk tot bijna onmogelijk was? Wat zijn de garanties dat de partners die mensen, als het werkelijk criminelen zijn, allemaal de baas kunnen? Verloopt het via officiële overheidsinstanties of moet ik het helemaal anders zien? Kunt u wat extra uitleg geven bij de uitspraken van uw voorgangster?
03.03 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel voor uw vragen en voor de gelukwensen, mevrouw Van Belleghem. Het is inderdaad een moeilijke taak, die we echter met twee handen zullen vastgrijpen. U zult er mij ongetwijfeld op tijd en stond aan herinneren om het nodige te doen. Daar ben ik van overtuigd.
Ik dank u ook voor uw vragen, mevrouw De Vreese.
Het ging, zoals u zei, om verklaringen van voormalig staatssecretaris de Moor. Ik geef toch een aantal antwoorden op uw vragen daarover.
Ten eerste, wat de procedure zelf betreft, kan ik u, gezien de lopende onderhandelingen en de procedures, geen precieze informatie geven. Momenteel onderzoeken we de verschillende pistes met alle betrokken partners. Dat kan het best in een vertrouwelijke context gebeuren, niet via publieke verklaringen in de pers of het Parlement. Zodra we tot concrete resultaten komen, licht ik die graag toe in het Parlement.
Ten tweede, wat de mogelijke doelgroep betreft, er bevinden zich momenteel een dertigtal Afghanen in de gevangenissen die in aanmerking zouden kunnen komen voor een terugkeer. Ook de personen wier asielprocedure negatief werd afgerond en die het bevel kregen om België te verlaten, moeten België verlaten, vrijwillig als het kan en gedwongen als het moet.
De organisatie van de terugkeer naar Afghanistan in een Europese context zal ik uiteraard aankaarten bij de Europese collega's tijdens de volgende formele en informele Europese Raden. Er is trouwens volgende woensdag een Europese ministerraad met de ministers van Asiel en Migratie.
Mevrouw Van Belleghem, u stelde een vraag over de uitwijzing van 'gewone' Afghanen. In uw vraag had u het niet over personen in illegaal verblijf. U hebt nu verduidelijkt dat het gaat om personen in illegaal verblijf. Met de administratie bekijken we hoe we dat verder zullen aanpakken.
Mevrouw De Vreese, mevrouw Van Belleghem, ik kreeg ten slotte van u beiden vragen over de discussies op de informele Raad, waar voormalig staatssecretaris de Moor aan deelnam. Die Raad was gewijd aan innovatieve oplossingen in de externe dimensie van het Europese terugkeerbeleid. In het regeerakkoord staat dat we met een coalition of the willing zullen inzetten op die externe dimensie. Tijdens die discussie werd benadrukt dat de terugkeer van personen die een bedreiging vormen voor de openbare orde een prioriteit is. Op die top is niet ingegaan op de kwestie van de terugkeer naar Afghanistan.
03.04 Francesca Van Belleghem (VB): Dank u wel voor uw antwoord, mevrouw de minister, al vind ik het wel wat teleurstellend. Ik weet niet of dat aan u of aan uw voorgangster ligt, maar op 26 januari zei uw voorgangster in het VTM Nieuws dat men een oplossing gevonden had. Nu zegt u dat men nog aan het onderhandelen is en dat dat in alle beslotenheid moet gebeuren. Het voelt alsof we een stap achteruit zetten. Ofwel heeft mevrouw de Moor voor haar beurt gesproken, wat ik heel spijtig zou vinden.
Het zou gaan over 30 criminele illegale Afghanen die in de gevangenis verblijven, maar er zijn natuurlijk nog veel meer illegale Afghanen die niet in de gevangenis verblijven. Het zou nuttig zijn om die maatregel, waarbij criminele Afghanen via Istanboel worden teruggestuurd, uit te breiden voor gewone illegale Afghanen. Ik hoop dat u daarop ook zult inzetten. We zullen dit alleszins opvolgen.
03.05 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, ik hoor inderdaad dat uw voorgangster aan aankondigingspolitiek heeft gedaan, want we moeten vaststellen dat de hele deal helemaal nog niet rond is. Daarmee schept men verwachtingen, wat men beter niet doet.
Ik denk dat het goed is dat we hierover vandaag meer duidelijkheid krijgen, want uw voorgangster wilde wel de juiste prioriteiten stellen. Zij wilde met name iets doen aan het probleem van de mensen die hier criminele feiten plegen en worden veroordeeld. Wij moeten hen absoluut wegkrijgen, want dat zijn de mensen die weer op straat terechtkomen en die recidiveren. Dat zijn degenen waarvan de politiediensten, justitie en het parket horendol worden. Ze zijn het kotsbeu dat die mensen hier voor zoveel miserie zorgen.
Ik zou dus zeggen: zet verder in op die prioriteiten. We hebben hoge verwachtingen. We hopen dat u resultaten boekt, zeker en vast voor de criminelen, maar bij uitbreiding ook voor de mensen in illegaal verblijf.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
04.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, enige tijd geleden kwam er in het nieuws dat het asielcentrum in Leopoldsburg in augustus de deuren zal sluiten. Dat was een tijdelijk noodopvangcentrum, maar intussen is het er al meer dan negen jaar. Zo gaat dat natuurlijk altijd. Er komt tijdelijk een opvangcentrum voor asielzoekers en dat gaat dan niet meer weg.
Kunt u bevestigen dat dat centrum in Leopoldsburg in augustus eindelijk de deuren zal sluiten? Hebt u Fedasil en het personeel van het opvangcentrum al formeel ingelicht dat dat opvangcentrum zal sluiten? Zal het personeel dan een andere job moeten zoeken? Hoe verloopt dat exact? Zijn er nog gemeentes die hebben aangegeven hun opvangcentrum te zullen sluiten of het gebouw niet meer ter beschikking te stellen?
Volgens het nieuws zou Fedasil gisteren een vergunningsaanvraag hebben ingediend om op de site van de Makro in Lodelinsart, nabij Charleroi, een nieuw opvangcentrum voor asielzoekers te bouwen. Kunt u dat bevestigen? Hebt u daar meer nieuws over? Ik heb daar zelf immers niet zo heel veel over teruggevonden.
04.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ik heb de intentie van de burgemeester van Leopoldsburg ook vernomen in de pers. Ik heb het ook enkel in de pers gelezen. Mijn kabinet, noch Fedasil, noch de operator of het Rode Kruis heeft officiële mededelingen ontvangen omtrent de sluiting van het opvangcentrum. We hebben daar dus nog geen enkele officiële mededeling over ontvangen.
Er is deze week een overleg gepland met de burgemeester, Fedasil en het Rode Kruis. Ik zal aan Fedasil de uitkomst van dit overleg vragen. Formeel ben ik nog niet op de hoogte, waardoor ik de sluiting van het opvangcentrum niet kan bevestigen. Het regeerakkoord is hierin wel duidelijk: we willen eerst een stevige vermindering van de instroom, waarna dan ook een daling van het aantal opvangplaatsen moet volgen. We zullen dan prioritair de hotels en vervolgens de LOI's sluiten.
Wat de gevolgen van de sluiting voor de 65 personeelsleden van het opvangcentrum in Leopoldsburg betreft, zal er zoals steeds een oplossing op maat gezocht worden, bijvoorbeeld via het invullen van vacante functies in omliggende opvangstructuren. Het Rode Kruis Vlaanderen zal in een dergelijk geval samen met het personeel bekijken welke mogelijkheden er zijn voor interne mobiliteit.
Lokale besturen hebben mij en mijn diensten gecontacteerd met hun bezorgdheden over opvangcentra op of rond hun grondgebied. Voor mij is het vooral belangrijk om alles in een correcte volgorde te doen, dus eerst de instroom beperken en zorgen voor gecontroleerde migratiestromen. De volgende stap is de afbouw van de opvangplaatsen.
In verband met uw vraag over Charleroi zal ik u schriftelijk de correcte informatie bezorgen. Ik heb daarover vanochtend inderdaad het artikel in de Franstalige pers gelezen.
04.03 Francesca Van Belleghem (VB): Dank voor uw antwoord en voor uw flexibiliteit.
U zegt dat er in de juiste volgorde moet worden gewerkt en dat eerst de instroom moet worden beperkt, maar dat vereist dat er eerst maatregelen genomen worden. Intussen zijn we een maand verder. Ik hoop dat u met die maatregelen heel snel naar het Parlement komt. Voor alle verstrengingen die zonder wet kunnen, hoop ik dat u snel in actie schiet. Ik denk bijvoorbeeld aan de terugkeer van de illegalen naar Afghanistan.
Er zijn dringend maatregelen nodig zodat de instroom kan worden beperkt, zodat de opvangcentra kunnen sluiten. En niet een klein beetje, maar heel veel.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
De voorzitter: Mevrouw Delcourt laat zich verontschuldigen.
05.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, sinds 8 december 2024 zijn al veel Syriërs die in andere Europese en niet-Europese landen verbleven naar hun thuisland teruggekeerd. Volgens de VN zou het al gaan over meer dan 1 miljoen mensen, van wie 280.000 het vluchtelingenstatuut zouden hebben.
Kunt u aangeven of dat ook het geval is in dit land? Hebt u er zicht op hoeveel Syriërs uit België al vrijwillig terugkeerden naar hun herkomstland? In andere EU-landen wordt er gewerkt met een soort terugkeerbonus voor Syriërs. Oostenrijk zou zo 1.000 euro aanbieden aan elke Syriër die vrijwillig terugkeert. Overweegt u om ook zo'n maatregel te nemen?
Het beleid van het CGVS over de asielaanvragen van Syrische vluchtelingen stond on hold. Is dat nog altijd zo? Kunt u dat toelichten? Wanneer verwacht u dat het beleid zal wijzigen? Ondertussen zijn we immers al enkele maanden verder.
Zult u de toegekende statuten herbekijken? Daarnet zei u dat u daar werk van zou maken, als ik het goed begrepen heb. Zult u dat ook doen voor Syriërs?
05.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ik geef eerst een aantal cijfers die u opvroeg.
Fedasil meldt me dat er sinds 16 januari 2025 44 Syriërs vrijwillig zijn teruggekeerd. Sinds 15 januari 2025 zijn er wekelijks 10 à 15 aanvragen voor een vrijwillige terugkeer naar Syrië.
U verwijst naar initiatieven die in Oostenrijk worden genomen onder de naam go and see visits, waarbij een bezoek wordt gefaciliteerd om te gaan kijken in Syrië en er daarna eventueel vrijwillig naar terug te keren. We zijn momenteel aan het onderzoeken of wij dat ook zullen doen.
Ik ga even naar het laatste stukje van uw vraag, waarin u vraagt wat er op Europees vlak zal gebeuren. Volgende week woensdag is er een Europese ministerraad, zoals ik daarnet zei, en daar staat Syrië ook geagendeerd. Dan zullen we daar allicht meer over weten.
Fedasil faciliteert en ondersteunt de vluchten, evenals re-integratie. Daarnaast onderzoekt Fedasil een toekomstige samenwerking met mogelijke re-integratiepartners van Fedasil, zoals IOM en Caritas International Belgium. Zij bieden momenteel geen re-integratiediensten aan in Syrië zelf.
In de context van de recente gebeurtenissen in Syrië heeft het CGVS de behandeling van de dossiers van verzoekers afkomstig uit Syrië tijdelijk opgeschort en dat blijft ook zo. Sinds 9 december 2024 worden geplande persoonlijke gesprekken geannuleerd en worden onderzoeken ook on hold gezet. Alleen de persoonlijke gesprekken en beslissingen voor personen met een status van bescherming in een andere EU-lidstaat worden voortgezet. Overige beslissingen werden opgeschort. Deze opschorting is slechts tijdelijk, maar wel al zeker tot eind maart 2025. Het CGVS heeft op dit moment onvoldoende objectieve informatie om de situatie in Syrië accuraat te kunnen beoordelen. Het volgt de situatie natuurlijk nauwgezet op en zal ook tijdig communiceren of deze deadline wordt opgeheven of verlengd. Het gaat hier over de deadline van eind maart.
Uit Europese overlegplatformen blijkt dat verschillende Europese landen de vrijwillige terugkeer naar Syrië faciliteren. Daar hebt u naar verwezen. Dat gaat over de go and see, waarop ik al geantwoord heb. We onderzoeken of we dat eventueel ook zullen doen. Op de Europese top rond Syrië van volgende week wordt dat ook besproken.
05.03 Francesca Van Belleghem (VB): Ik weet niet of het mogelijk is om een kleine, aanvullende vraag te stellen. Welke zijn de andere agendapunten op die Europese top? Kunnen we die online vinden?
05.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: Die informatie is inderdaad online te vinden, maar een ander belangrijk agendapunt gaat specifiek over de externalisering en de externe dimensie van het migratiebeleid, waaronder de terugkeerhubs. Dat is geen geheim. Dat staat dus ook op de agenda. Dat is wel een belangrijk punt op de Europese ministerraad van volgende week woensdag.
05.05 Francesca Van Belleghem (VB): Dank u wel, dat is interessant. Ik vond wel iets raars in uw antwoord. Oostenrijk geeft de zogenaamde go and see-premies. Terwijl ze volgens Oostenrijk kunnen terugkeren naar Syrië, kunnen wij nog altijd geen asielaanvragen beoordelen. Dat lijkt me een discrepantie. Men kan wel terugkeren en vrijwillig terugkeren, maar wij kunnen nog altijd geen asielaanvragen beoordelen.
Ik hoop dat we na maart 2025 enigszins meer zullen kunnen beoordelen.
05.06 Minister Anneleen Van Bossuyt: De go and see dient niet om naar daar te gaan en er te blijven. Die is bedoeld om naar daar te gaan en te kijken of de betrokkene eventueel vrijwillig zou terugkeren. Zij gaan echter eerst terug naar Oostenrijk. Dat is wat de go and see eigenlijk inhoudt.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
06.01 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, de oorlog in Oekraïne woedt ondertussen drie jaar. We hebben in ons land al heel wat Oekraïners opgevangen en we zullen dat ook blijven doen, uit pure solidariteit met het Oekraïense volk.
Bijna onmiddellijk is beslist die mensen een statuut van tijdelijke bescherming te geven. Ze kregen ook onmiddellijk een leefloon, waarop wij, in de oppositie toen, heel wat kritiek hebben gegeven.
Nu vang ik signalen op van het lokale niveau dat in een aantal gevallen Oekraïners hun echtelijke status als "onbepaald" laten registreren. Tot op heden wordt de echtelijke status niet structureel gecontroleerd door de Dienst Vreemdelingenzaken bij de Oekraïense autoriteiten, tenzij bij een sterk vermoeden van fraude.
Ik meen dat er ook niet erg diep ingegaan wordt op de dossiers van Oekraïners, toch niet vergeleken met anderen die subsidiaire bescherming of de vluchtelingenstatus aanvragen.
Dat hiaat kan zorgen voor misbruik van onze sociale zekerheid. Een alleenstaande vrouw, een moeder met kind, kan zich bijvoorbeeld laten registreren en aanspraak maken op een volwaardig equivalent leefloon met gezinslast, terwijl de echtgenoot zich ergens anders laat registreren en zich "alleenstaande" verklaart, zich niet domicilieert op hetzelfde adres, of van twee adressen gebruikmaakt, en dus ook aanspraak maakt of een volwaardig equivalent leefloon.
Zijn er reeds meldingen geweest bij de Dienst Vreemdelingenzaken over dergelijke gevallen van fraude? In welke mate werd er informatie ingewonnen bij de Oekraïense autoriteiten? Wat waren de resultaten daarvan en welk gevolg werd er gegeven aan deze dossiers?
Zult u stappen ondernemen om een structurele informatie-uitwisseling tussen de federale en Oekraïense diensten te realiseren om deze controles op te volgen? Hoe zit het met het bilateraal en/of Europees overleg hierover?
Deze kwestie kan natuurlijk niet beperkt worden tot mensen van Oekraïense nationaliteit. Bij uitbreiding is het interessant om de status te bekijken van eenieder die hier als nieuwkomer binnenkomt, als we onvoldoende informatie hebben over de echtelijke status.
Op welke manier zult u deze fraude onmogelijk maken? Welke bijkomende stappen zult u nemen?
Deze vraag houdt ook enigszins verband met uw andere bevoegdheid.
06.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw De Vreese, ik dank u voor uw vraag, die inderdaad deels mijn andere bevoegdheid overlapt. Dat zal ook uit het antwoord blijken.
Bij de Dienst Vreemdelingenzaken zijn daarover geen cijfergegevens beschikbaar. De DVZ kreeg een beperkt aantal meldingen van gemeenten met betrekking tot Oekraïense gezinnen waarvan de gezinsleden op twee verschillende adressen zijn gedomicilieerd. Daardoor maken zij misbruik van de sociale zekerheid en bijstand.
Ik merk op dat het actief opsporen en bestrijden van sociale fraude ten gevolge van fictieve domiciliëring niet de bevoegdheid is van de Dienst Vreemdelingenzaken, maar wel van de lokale besturen, zoals politie en OCMW, en ook van de andere inspectiediensten.
Het is duidelijk dat de informatie- en gegevensuitwisseling beter en efficiënter moet. Ik zal daarvan dan ook werk maken via samenwerkingsakkoorden tussen verschillende diensten, zoals tussen de POD MI en de Dienst Vreemdelingenzaken, die, zoals u aangeeft, beide onder mijn bevoegdheid vallen. We zullen dat echter ook doen met steden en gemeenten, politie enzovoort. Op die manier kan beter worden gecontroleerd of de voorwaarden inzake het recht op verblijf effectief zijn vervuld.
Het is mijn bedoeling dat de POD MI en de DVZ samenwerken en systematisch informatie uitwisselen met betrekking tot leefloonaanvragen van vreemdelingen. Misbruik van ons sociaal stelsel is immers onaanvaardbaar, onhoudbaar en onbetaalbaar. Het ondergraaft ook volledig het draagvlak daarvoor.
Bovendien kan de DVZ de tijdelijke bescherming niet intrekken op basis van die informatie. De intrekking op basis van fraude is beperkt tot fraude die doorslaggevend geweest zou zijn bij de toekenning van een tijdelijke beschermingsstatus. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan iemand die achterhoudt dat hij of zij ook over de Roemeense nationaliteit beschikt. De tijdelijke beschermingsstatus kan in dat geval – dus in geval van liegen over het feit dat hij of zij nog een andere nationaliteit heeft – worden ingetrokken, omdat hij geweigerd zou zijn indien de DVZ op de hoogte was geweest dat de betrokkene ook over een Europese nationaliteit beschikt.
Sinds de invasie in Oekraïne kregen 94.000 personen een attest van tijdelijke bescherming. Het is voor de DVZ materieel onmogelijk, noch relevant in het kader van zijn bevoegdheden, namelijk nagaan of iemand voldoet aan de voorwaarden om tijdelijke bescherming te krijgen, om systematisch de burgerlijke staat van de begunstigden te controleren bij de Oekraïense autoriteiten en die ook op te volgen. Maar we maken er dus werk van.
06.03 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, bedankt voor uw antwoord. Ik denk dat we op dat vlak ook een versnelling hoger moeten schakelen. We weten – dit is echt een oud zeer – dat er veel te weinig en zelfs geen informatie-uitwisseling plaatsvindt tussen de POD Maatschappelijke Integratie en de Dienst Vreemdelingenzaken. Dat is alweer zoiets waarvan de burger zich afvraagt hoe het mogelijk is. Hoe kan het dat wij hier keihard werken, maar dat voor bepaalde controles, terwijl er nochtans databanken zijn, informatie niet wordt uitgewisseld? Op dat vlak denk ik daarom dat het een zeer goede combinatie van bevoegdheden is om daar absoluut werk van te maken.
Daarnaast denk ik ook dat het zeer belangrijk is om de lokale besturen daarin mee te krijgen. We hebben gezien hoe het eraan toe kan gaan, bijvoorbeeld in Anderlecht, welke zaken er allemaal kunnen gebeuren qua fraude. Dat moet zeer goed gecontroleerd worden. Door de uitwisseling van gegevens denk ik dat we daarin alleszins een stap verder zetten.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
07.01 Maaike De Vreese (N-VA): Onlangs stond er in de pers dat de luchtvaartpolitie en de Dienst Vreemdelingenzaken sinds november controles uitvoeren op aankomende vluchten uit Griekenland. Het doel van die controles is het moeilijker te maken voor erkende vluchtelingen om in België een nieuwe asielaanvraag in te dienen. Dat gaat natuurlijk over de mensen met een M-status, waaronder heel wat Palestijnen. Daarover hadden we het daarnet.
De aanleiding voor die controles was de sterke stijging van asielaanvragen door personen die al in een ander Europees land als vluchteling erkend waren. Er zouden ook aanwijzingen zijn dat mensensmokkelaars gebruikmaken van vluchten om mensen vanuit Griekenland naar dit land te krijgen.
Reizigers met ongeldige documenten worden naar een gesloten centrum gebracht en zouden naar Griekenland worden teruggestuurd. Van personen met Griekse verblijfspapieren wordt een digitale scan van de documenten gemaakt. Indien die personen hun papieren na aankomst zouden vernietigen of kwijtraken, helpt de digitale kopie om een terugkeer naar Griekenland makkelijker te laten verlopen.
Het is onverantwoord dat personen die erkend zijn in andere landen in ons land ook bescherming aanvragen, zeker als men weet dat onze asielcentra volledig vol zitten. We merken bij de lokale besturen ook dat het draagvlak volledig weg is. Toen deze regering werd gevormd, kreeg ik onmiddellijk de vraag van allerlei burgemeesters en schepenen: ons asielcentrum zal toch als een van de eerste gesloten worden? Die vragen zullen ook bij u terechtgekomen zijn, mevrouw de minister. Ik kan geen enkel asielcentrum in West-Vlaanderen noemen, behalve dat in Poelkapelle, dat er al jaar en dag is, dat een uitbreiding wil of open wil blijven. Er is dus werk aan de winkel. Het is belangrijk om die instroom te beperken, want daar hebt u vat op.
Mevrouw de minister, kunt u toelichting geven over die controles? Hoeveel personen werden gevat sinds het begin van de controles? In hoeveel gevallen hadden die personen ongeldige reisdocumenten? In hoeveel gevallen hadden ze reeds Griekse verblijfspapieren? Over welke nationaliteiten gaat het? Hoeveel werden er overgebracht naar een gesloten centrum? Hoeveel werden er al teruggestuurd? Zitten daar ook gezinnen tussen?
Kunt u toelichting geven over de samenwerking met de federale luchtvaartpolitie? Hoelang zullen die controles duren? Zult u dit ook uitbreiden naar andere hoogrisicovluchten uit andere landen waarvoor hetzelfde risico heerst?
07.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel, mevrouw De Vreese, voor uw vragen. Ik heb een heel aantal cijfers, die ik u zal meegeven.
In 2024 controleerde de luchthavenpolitie gedurende 24 dagen vluchten van en naar Griekenland. In 2025 vonden tot nu toe gedurende veertien dagen controles plaats. Daarbij waren bijvoorbeeld ook vijf vluchten uit Cairo en één vlucht uit Istanboel. De verslagen van de controles werden doorgestuurd naar de Dienst Vreemdelingenzaken.
Bij de controles in 2024 werden er 86 personen aangetroffen die in het bezit waren van een internationaal beschermingsstatuut in Griekenland. Dat zijn de zogenaamde M-statussen. Die personen reizen met het reisdocument dat hun door Griekenland werd afgeleverd, vaak ook met de verblijfstitel die ze er verkregen hadden. Wat de nationaliteiten van die 86 personen betreft, ging het in 2024 over drie personen met de Egyptische nationaliteit, twee met de Libische nationaliteit en 81 Palestijnen. Dat brengt het totaal op 86. 31 personen van die 86 aangetroffen personen hadden een lopende procedure internationale bescherming, waren erkend als vluchteling of waren uitgeprocedeerd. In totaal dienden 50 personen een nieuw verzoek in tot internationale bescherming.
Bij de controles in 2025, in de korte periode van 1 januari tot 12 februari, werden volgens de recentste cijfers in totaal 108 personen met een internationaal beschermingsstatuut in Griekenland aangetroffen. Dat zijn er dus al meer dan in 2024. Ze reisden met het reisdocument dat hun door Griekenland werd afgeleverd, vaak ook met de verblijfstitel die ze er verkregen hadden. Wat de nationaliteiten van die 108 personen betreft, het ging over twee personen met de Afghaanse nationaliteit, drie uit Eritrea, een uit Ethiopië, een uit Pakistan, 57 uit Palestina, een uit Soedan, twee uit Somalië, vijf staatlozen, 34 uit Syrië en twee uit Jemen. Dat brengt het totaal op 108. Daarvan waren 34 personen ofwel in procedure, ofwel erkend vluchteling, ofwel uitgeprocedeerd. Acht hebben naderhand een verzoek om internationale bescherming ingediend en 66 hebben geen procedure ingediend.
Personen met een vluchtelingenstatuut kunnen visumvrij reizen als ze in het bezit zijn van een geldig reisdocument dat werd afgeleverd door een Schengenlidstaat en hun verblijfstitel aldaar.
Wat uw bijkomende vraag over de gezinnen betreft, we hebben momenteel geen cijfergegevens of er daar gezinnen bij waren.
07.03 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, verdere controles zijn absoluut noodzakelijk. Ik zou die zo breed mogelijk doen, want daar is winst op te behalen als men ziet dat er daarvan toch vrij veel mensen gebruikmaken.
We moeten de focus leggen op de mensensmokkelnetwerken die daarachter zitten. Ik weet niet of er contacten kunnen worden gelegd tussen u en de politiediensten en of er eventueel een verbindingsambtenaar van de politie in Griekenland is, maar ik denk dat het voor u heel interessant zou zijn om met uw Griekse collega afspraken te maken en om daar ontradingscampagnes op te zetten. Men moet duidelijk maken dat het geen enkele zin heeft om naar ons land te komen als men een M-status heeft en erkend is in Griekenland of een procedure lopende heeft. Dat kan heel ontradend werken ten aanzien van die smokkelnetwerken.
07.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: U hebt het over contacten met de Griekse collega's. Ik zal proberen om volgende week op de Europese ministerraad al met verschillende collega's contact te leggen over verschillende elementen en we zullen ook met de minister van Binnenlandse Zaken bekijken of die controles kunnen worden verdergezet.
07.05 Maaike De Vreese (N-VA): U bent heel goed bezig, mevrouw de minister.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
08.01 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, mijn vraag dateert al van een tijdje geleden en is voor een stuk achterhaald. Enkele weken geleden nog berichtte de pers dat Brusselaars foto’s en video’s maakten van drugsdealers om ze aan de politie te bezorgen en later waren er dan schietpartijen in Anderlecht, waar de drugscriminaliteit welig tiert.
De procureur des Konings kaartte al verschillende keren aan dat heel wat drugsdealers, waaronder ook minderjarigen, hier illegaal verblijven. Dat maakt het voor de ordediensten bijzonder moeilijk om het probleem te bestrijden. Bovendien is de frustratie bijzonder groot wanneer de politie van Brussel Zuid dealers aantreft die meermaals het bevel hebben gekregen om het grondgebied te verlaten.
Wanneer dealers zonder geldige verblijfspapieren worden gevat, wordt altijd de Dienst Vreemdelingenzaken gecontacteerd, maar de DVZ zit met een beperkt aantal plaatsen in de gesloten centra. Vaak voelt de politie zich daarom machteloos. Bij de DVZ is de frustratie minstens even hoog, omdat men onder andere een keuze moet maken wie naar een gesloten centrum wordt gestuurd en wie niet, terwijl het soms gaat om illegalen met een heel zwaar profiel, die ook zware feiten pleegden en de openbare orde verstoorden. Van de uitzetting van dat soort illegale criminelen moet er absoluut en prioritair werk gemaakt worden.
Hoeveel administratieve rapporten ontving de DVZ in 2024 vanuit de Brusselse politiediensten bij de aanhouding van illegale drugsdealers? Is er een stijging tegenover voorgaande jaren? Is er een verschil tussen de Brusselse gemeenten? Wat is de situatie in Brussel wat uw bevoegdheid betreft?
Wat is het profiel van die drugsdealers? Gaat het inderdaad om minderjarigen? Wat is het gevolg bij de Dienst Vreemdelingenzaken? Worden ze opgesloten of krijgen ze een bevel? Hoe zit het met de minderjarige illegalen? Hoe zit het met de Dienst Voogdij? Is die daarbij betrokken? Worden die minderjarigen dan extra opgevolgd? Wat zijn de nationaliteiten? Welke stappen neemt u om drugsdealers zonder geldige verblijfspapieren aan te pakken en op te volgen?
08.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel, mevrouw De Vreese, voor uw vragen.
De aangekaarte problematiek is inderdaad sterk aanwezig. Ik kan u een antwoord geven op basis van de gegevens die de Dienst Vreemdelingenzaken mij heeft bezorgd.
Ten eerste, de DVZ heeft in 2024 160 administratieve verslagen betreffende illegale drugsdealers ontvangen. Dat is een forse stijging ten opzichte van 2023, want toen waren het er 39.
Ten tweede, is er een verschil tussen de Brusselse gemeenten? De DVZ heeft voor het geheel van de Brusselse gemeenten, dus inclusief Sint-Gillis, in 2024 604 administratieve verslagen ontvangen. Dat is dan weer een daling ten opzichte van de 653 verslagen van het jaar voordien.
Ten derde, over welke profielen gaat het? Informatie daarover is niet beschikbaar. Ik kan u wel een top drie geven van de nationaliteiten in de administratieve verslagen: in 2023 en 2024 bestond de top drie voor Sint-Gillis uit Marokko, Algerije en Tunesië. Voor Brussel was dat in 2023 dezelfde top drie; in 2024 was de top drie voor Brussel Marokko, Algerije en Roemenië.
De in uw vierde en vijfde vraag gevraagde informatie is niet beschikbaar, aangezien die gedetailleerde data niet als statistiek beschikbaar zijn in de huidige databanken. Daarvoor zijn verdere ontwikkelingen nodig. Om die vragen te beantwoorden, zou het eigenlijk dossier per dossier moeten worden nagekeken.
Ik kom bij uw laatste vraag. Om drugsdealers zonder geldige verblijfspapieren aan te pakken en op te volgen, heeft de Dienst Vreemdelingenzaken samenwerkingsverbanden gesloten met de verschillende politiezones in Brussel en in andere steden, waarbij de focus wordt gelegd op personen in illegaal verblijf die herhaaldelijk feiten plegen. Er is ook een samenwerking met de politiezone Brussel Zuid en problematische profielen worden geïdentificeerd. De Dienst Vreemdelingenzaken tracht vervolgens prioritair een reisdocument te verkrijgen om die personen van het grondgebied te verwijderen.
08.03 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, dat de drugsdealers de Marokkaanse, Algerijnse of Tunesische nationaliteit hebben, verbaast ons niet. Marokko, Algerije en Tunesië zouden eigenlijk al jarenlang de prioriteit moeten zijn van de voltallige regering en van de Europese Unie, want criminelen met die nationaliteiten komen zeer vaak voor in de criminaliteitsstatistieken. We merken nu een vooruitgang voor Marokko, maar die is ook nodig voor de rest van de betrokken landen.
De Dienst Vreemdelingenzaken zou het dus dossier per dossier moeten bekijken, maar ondertussen beweert de procureur des Konings wel een profiel van de illegale drugsdealers te hebben. Ik denk dat het misschien wel interessant kan zijn om in de statistieken te duiken om zo een compleet profiel te krijgen. Misschien moet men maar samen met de politiediensten onderzoeken of het werkelijk om minderjarigen gaat, waardoor de Dienst Voogdij daarbij betrokken moeten worden, want anders varen we eigenlijk blind. Ook als minister is het belangrijk om daar een zeer goed zicht op te hebben en te weten wat er al dan niet binnen of buiten uw bevoegdheid valt.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
09.01 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, het zal u niet verbazen dat voor deze vraag de twee West-Vlamingen, met name twee Bruggelingen, aan het woord zijn. Wij worden namelijk sinds jaar en dag geconfronteerd met de transmigratieproblematiek. De laatste jaren was ze eigenlijk zo goed als uit het straatbeeld verdwenen. Ik kan niet zeggen dat ze helemaal verdwenen was, maar we zagen toch een enorme daling in West-Vlaanderen.
Onlangs communiceerde de provinciegouverneur echter dat het aantal gevatte transmigranten opnieuw stijgt. In 2024 werden er 632 gevat, terwijl er in 2023 minder dan 400 gevat werden. Volgens de gouverneur zou 70 % van alle aangetroffen transmigranten in onze provincie aangetroffen worden, maar dat is eigenlijk al lang zo. De oorzaak van de stijging is moeilijk te achterhalen, maar er zouden verschillende factoren spelen, zoals de gerichte controles, het weer, het beleid in het Verenigd Koninkrijk en de veranderde routes richting Europa, maar ook richting Groot-Brittannië.
Om dat fenomeen aan te pakken is er inderdaad een goede samenwerking op de verschillende niveaus nodig. In het verleden hadden we ook een werkgroep die er voor 100 % mee bezig was om dat allemaal te monitoren. Kunt u extra toelichting geven over de transmigratieproblematiek, in het bijzonder over West-Vlaanderen? Zijn daar ook minderjarigen bij betrokken? Hoeveel waren er? Wat waren de voornaamste nationaliteiten en hoe verklaart u die stijging? Levert de Dienst Vreemdelingenzaken bijstand bij acties op het terrein? Worden die mensen dan teruggebracht naar een gesloten centrum? In hoeveel gevallen komt er een effectieve terugkeer? Hoe zult u de problematiek verder aanpakken? Zult u in overleg gaan met de minister van Binnenlandse Zaken en bij uitbreiding de minister van Justitie, aangezien het vaak ook om mensensmokkel gaat?
09.02 Franky Demon (cd&v): Zoals mevrouw De Vreese daarnet aangaf, is het rapport van de West-Vlaamse gouverneur duidelijk. Ik schrok ervan, want de voorbije jaren was er een daling. Plots is er nu een stijging. Als ik de gouverneur volg, werd maar liefst 40 % van alle transmigranten aangetroffen in de havenzone in Zeebrugge. De andere 60 % werd aangetroffen in de kustregio.
Zoals mevrouw De Vreese daarnet opmerkte, kan een stijging verschillende oorzaken hebben, zoals het beleid in het Verenigd Koninkrijk of gerichtere controles. Niettemin blijven onze lokale politiemensen het gevoel hebben dat zij met de kraan open dweilen. Om de transmigratieproblematiek aan te pakken, moet, zoals wij allen weten, worden ingezet op samenwerking, uitwisseling van gegevens en innovatieve technologieën, zodat smokkelbendes opgepakt kunnen worden.
Welke steden en gemeenten of welke geografische gebieden in West-Vlaanderen ervaren de grootste impact van de transmigranten? Hoeveel geregistreerde transmigranten werden er in 2023 en 2024 aangetroffen in West-Vlaanderen? Om welke nationaliteiten gaat het? Zoals mevrouw De Vreese aangaf, is er ook de vraag naar het aantal minderjarigen. Zijn er linken naar netwerken in relatie tot de landen van herkomst van de transmigranten?
U bent nog maar net aangetreden, maar had u al gesprekken met de lokale overheden in de kustregio’s over de transmigratieproblematiek of plant u die gesprekken nog? Bent u van plan te overleggen met de minister van Binnenlandse Zaken om eventueel extra steun van de federale politie te krijgen, ook in de kustregio, teneinde de transmigratieproblematiek te helpen aanpakken?
Ten slotte, de uitwisseling van gegevens tussen het Verenigd Koninkrijk,
Frankrijk en België blijft een heikel punt. Wat zult u ondernemen om de
samenwerking beter op punt te kunnen stellen?
09.03 Minister Anneleen Van Bossuyt: Collega's, ik zal antwoorden op basis van cijfers die ik van de Dienst Vreemdelingenzaken heb gekregen. In 2024 ontving de DVZ 909 administratieve verslagen van controles door de politie na een interceptie met vermelding transmigratie. Daarvan waren er 230 niet-begeleide minderjarige vreemdelingen.
U vraagt beiden naar cijfers specifiek voor West-Vlaanderen, maar het is blijkbaar niet mogelijk om de cijfers per provincie te geven. Voor meer informatie verwijs ik u naar de minister van Binnenlandse Zaken, die bevoegd is voor de politie, aangezien de DVZ enkel informatie kan geven over de verslagen die de politie aan de dienst bezorgt. Die verslagen worden niet per provincie geregistreerd bij de DVZ. Voor specifieke cijfers voor West-Vlaanderen dient u zich dus tot de minister van Binnenlandse Zaken te wenden.
De DVZ leverde in 2024 bijstand bij 267 acties op het terrein. Daarvan waren er 13 acties in het kader van transmigratie. In 2024 werden er betreffende de 909 ontvangen controleverslagen met vermelding transmigratie 37 vasthoudingsbeslissingen genomen, waarvan 15 in het kader van Dublin. Er is echter geen relatie tussen de databank van de intercepties en die van de terugkeer. Momenteel kan de vraag met betrekking tot terugkeer dan ook niet beantwoord worden. Wat ik u wel kan meegeven, is de top vijf van nationaliteiten van personen die onderschept worden: vanuit Eritrea 225, vanuit Soedan 141, vanuit Irak 112, vanuit Iran 65, vanuit Afghanistan 52 en vanuit Ethiopië ook 52.
De DVZ levert samen met de politie hard werk op het terrein in de strijd tegen transmigratie. Als de DVZ een administratief verslag van controle ontvangt, kan een beslissing tot vasthouding genomen worden, ook indien het een transmigrant betreft. Veel transmigranten kunnen vanwege hun verklaarde nationaliteit, bijvoorbeeld uit Irak of Ethiopië, moeilijk gerepatrieerd worden. Daarom moet er volop ingezet worden op identificatie en moeten er prioritair terugnameakkoorden met de herkomstlanden worden gesloten of versterkt om de terugkeer van transmigranten mogelijk te maken.
Voor transmigranten die in een andere lidstaat een asielaanvraag hebben ingediend, wordt de Dublinverordening toegepast.
Voorts is er overleg met de politiediensten, de lokale overheden en de provincies, waaraan de DVZ deelneemt, als dat gevraagd wordt. Een multidisciplinaire aanpak is noodzakelijk met alle actoren: de DVZ, de politie, het parket enzovoort.
Op Belgisch niveau is de aanpak op politioneel en gerechtelijk niveau te situeren. Het uitvoeren van controles is een politionele bevoegdheid en geen bevoegdheid van de DVZ. Acties met betrekking tot transmigratie worden door de politie ingepland. De politie kan daarvoor ondersteuning aan de DVZ vragen. De planning van de dienst Ondersteuning Politiediensten wordt in feite bepaald door de vragen die de DVZ van de politiediensten krijgt. Tegelijkertijd is er ook overleg met de politiediensten, de lokale overheden en de provincies.
De nadruk ligt op het gerechtelijke luik, waarbij de focus ligt op het opsporen en het ontmantelen van netwerken van smokkelaars, want daar gaat heel vaak mensensmokkel mee gepaard.
Er worden dus diverse acties ondernomen, namelijk politionele acties, een versterkte samenwerking met Frankrijk, ondersteuning van de operaties door Frontex en overleg met de Europese Commissie en Frontex.
09.04 Maaike De Vreese (N-VA): Ik dank u voor het antwoord, mevrouw de minister. Het gaat om 230 niet-begeleide minderjarigen, wat ongelooflijk veel is. Ik vraag me af of dat werkelijke niet-begeleide minderjarigen zijn en of er twijfel over hun leeftijd werd geuit. Dit is iets wat ook in het verleden gebeurde, toen het aantal ook groot was. Op het moment dat ze zich uitgeven voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen stopt de procedure bij de Dienst Vreemdelingenzaken immers en worden ze aan de dienst Voogdij overgedragen. Dat komt er eigenlijk op neer dat ze gewoon terug op de straat worden gezet.
Ik zal een schriftelijke opvolgingsvraag naar de minister van Justitie sturen over wat er met die niet-begeleide minderjarige vreemdelingen gebeurd is.
De inklimming in vrachtwagens en koelwagens baart me echt zorgen, zeker als ik hoor dat het over minderjarigen gaat. Dat moet echt wel worden uitgeklaard.
Ook moeten we volop inzetten op het uitlezen van de gsm's om de routes te weten te komen en die mensen beter te kunnen identificeren met het oog op hun terugkeer.
09.05 Franky Demon (cd&v): Dank u wel, mevrouw de minister. Ik was ook wel wat geschrokken toen ik hoorde dat ongeveer een vierde minderjarig lijkt. Daarnaast gaf u heel wat technische antwoorden die ik ook verwachtte. Mijn oproep aan u is: trek mee aan de kar!
Ik zal bij de minister van Binnenlandse Zaken ook aandringen om extra steun te geven aan de kust. Die steun is misschien een beetje afgenomen, maar we zien onmiddellijk een stijging van de transmigratieproblematiek.
Ik maakte nog met een voorgangster van u, mevrouw Daphne Dumery, een wet over inklimming. Als er inderdaad sprake is van inklimming in vrachtwagens of koelwagens kunnen we hen een straf opleggen. Mijn vraag is dus geef extra steun aan de federale politie en trek mee aan de kar.
Ik geloof ook echt in betere relaties met het Verenigd Koninkrijk en met Frankrijk. Die uitwisseling moet beter kunnen. Ik begrijp uw technische antwoorden, maar volgens mij moet u er gewoon heen gaan, met de vuist op tafel kloppen en bekijken hoe we beter kunnen samenwerken om de cijfers weer te laten zakken.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
10.01 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, ik ben de derde West-Vlaming op rij, maar met een iets ander geluid. Ik weet niet of de voorzitter zich nog identificeert als West-Vlaming. Mevrouw de minister, ook van mijnentwege trouwens nog felicitaties voor uw aanstelling als minister. U zult gemerkt hebben dat er heel veel werk aan de winkel is.
Het eerste dat ik met u wil bespreken, is een uitspraak van federaal procureur Van Leeuw in Knack. Hij zegt dat het ons eigenlijk niet hoeft te verwonderen dat als we duizenden alleenstaande mannen de straat op sturen, criminele netwerken daarin een heel gemakkelijke bron zien om te rekruteren voor criminele handelingen. Hij zegt dat die alleenstaande mannen vroeger gespreid werden over het land, maar tegenwoordig en masse in Brussel worden losgelaten. Als ze in Brussel worden losgelaten zonder onderdak, eten of kledij, dan moeten ze overleven op straat. Het is wat naïef om te denken dat ze zelf terug de Middellandse Zee zullen overvaren om het probleem op te lossen. De beslissing van de federale overheid om die mannen niet op te vangen, zorgt er eigenlijk voor dat wij hen in handen van die criminelen duwen.
Mevrouw de minister, het zal u niet verwonderen dat mijn partij zowel morele bezwaren heeft als juridische problemen ziet in het op straat zetten van mensen. In de voorgaande regering hebben wij veel pogingen ondernomen om onze coalitiepartners te overtuigen, maar dat is niet gelukt. Mea culpa alvast daarvoor, dat zeg ik liever zelf dan dat u het mij moet zeggen.
Mevrouw de minister, deelt u de analyse van de procureur-generaal, die zegt dat we denken een probleem op te lossen, maar eigenlijk een nieuw probleem creëren?
Hebt u de ambitie om de mensen die momenteel de straat op gestuurd zijn van straat te halen? Ik heb u horen aankondigen dat u de opvang zult afbouwen nadat de instroom is gestopt. Waar zitten de 3.000 mannen die alleen op straat leven in dat verhaal? Zult u de instroom afbouwen, dan die 3.000 mannen van straat halen en pas dan de opvang afbouwen, of waar moet ik die 3.000 mannen in dat verhaal zien?
Een laatste element zijn de schaduwkosten. In de afgelopen maanden ben ik, in afwachting van een nieuwe minister, vaak op het terrein geweest. Zowel medewerkers van de DVZ als van ngo's geven aan dat de schaduwkosten die ontstaan door mannen voor een lange periode alleen op straat te sturen, eigenlijk gigantisch zijn. Eigenlijk zorgen we ervoor dat opvang verder in het traject duurder wordt, doordat we ervoor kiezen om hen eerst een aantal maanden op straat te laten leven.
U bent natuurlijk niet verantwoordelijk voor de huidige situatie. Ik weet dat ook, dus mijn vraag is vooral oplossingsgericht. Ik kijk uit naar uw aanpak van deze kwestie.
10.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel, mijnheer Vandemaele, voor uw vragen en uw gelukwensen.
Voor ik in detail op het antwoord inga, wil ik eerst iets zeggen. Wat we niet mogen vergeten, is dat heel veel van die alleenstaande mannen in een andere lidstaat al een aanvraag hebben ingediend of zelfs al bescherming hebben gekregen. Daar is de Europese en de internationale regelgeving toch wel heel duidelijk over, dus dat mag zeker niet vergeten worden.
Het is zo dat Fedasil er alles aan doet om alleenstaande mannen zo snel mogelijk op te vangen door hen uit te nodigen zodra er een plaats vrijkomt in het reguliere opvangnetwerk. De bereidheid van het agentschap om oplossingen te vinden, blijkt onder meer uit de samenwerking met andere actoren, zoals de opvangplaatsen in het kader van de overeenkomst met Brussel. Ik denk aan de daklozenopvang, waar de begeleiding georganiseerd wordt onder leiding van Bruss'help.
In verband met de medische begeleiding hebben ze, zoals andere verzoekers die vrijwillig niet in het opvangnetwerk verblijven, recht op medische begeleiding. In Brussel bestaat daar al enige tijd het Refugee Medical Point voor, dat eerstelijns medische zorg biedt aan verzoekers om internationale bescherming die geen huisvesting hebben in opvangplaatsen die georganiseerd of gefinancierd zijn door de federale overheid.
Bovendien is er het Infopunt in Brussel, naast het Refugee Medical Point, waar de verzoekers om internationale bescherming buiten het opvangnetwerk terechtkunnen voor informatie. In dat infopunt geven Fedasil en Caritas informatie en verwijzen ze ook door naar de juiste diensten.
Fedasil ziet in de opvang een toename van ernstige mentale gezondheidsproblemen die een meer langdurige en gespecialiseerde zorg nodig hebben. Dat zorgt voor een toename van de kosten voor mentale en middelenafhankelijke gezondheidszorg. Dat kan meerdere verklaringen hebben, bijvoorbeeld wat iemand in zijn thuisland heeft meegemaakt of tijdens zijn doortocht door andere Europese lidstaten enzovoort.
Het is belangrijk dat alle verzoekers die recht hebben op opvang die krijgen maar, zoals in het regeerakkoord staat, er wordt prioriteit gegeven aan de meest kwetsbaren en aan degenen die een eerste asielaanvraag indienen en niet aan degenen die al bescherming in een andere lidstaat krijgen. Dat kan alleen lukken als de instroom naar België, die disproportioneel hoog ligt, daalt. Het is disproportioneel ten opzichte van onze buurlanden. Als men weet dat in de Europese Unie in het algemeen de aanvragen met 12 % zijn gedaald en ze in België met 12 % zijn gestegen, dan zitten we daar met een probleem.
Ik vind het eerlijk dat u zegt dat ik de toestand heb geërfd. Er is inderdaad veel werk aan de winkel. Ik erf een situatie die ik zelf niet heb veroorzaakt, maar uw partij zat in de vorige regering wel mee aan de knoppen en heeft jammer genoeg nagelaten om maatregelen te nemen om die instroom te beperken, waardoor we met de huidige toestand zitten. We zullen er alles aan doen wat we kunnen. Onze drie punten zijn duidelijk: de instroom beperken, de uitstroom verhogen en ervoor zorgen dat de opvang die er wel is menselijker is. Ik denk dat u daar alleen maar achter kunt staan.
10.03 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, ik dank u voor het antwoord. Het is niet mijn ambitie om hier de volgende jaren het spel te spelen over wat de vorige regering al dan niet heeft nagelaten. Het Europese migratiepact is door de vorige regering goedgekeurd, met mijn partij. Er zijn nooit meer opvangplaatsen gecreëerd dan met de regering waar mijn partij in zat. We kunnen het daar gerust over hebben. Ik wil dat op café met veel plezier doen, maar ik zou het hier willen hebben over hoe we zaken oplossen. Die 3.000 mensen die op straat leven, hebben niet allemaal een M-status. Die zitten ertussen, absoluut. Ik begrijp uw standpunt daarover.
Het punt dat de procureur maakt en dat ik hier wil ondersteunen, is dat op straat niemand beter wordt. Na de rugzak uit het thuisland en de rugzak van de reis naar hier, komt de rugzak van het leven op straat erbij. Dat zorgt niet alleen voor meer problemen bij die mensen zelf – wat u in uw antwoord aangeeft – maar ook voor hogere kosten voor ons als samenleving. Daarin kunnen we elkaar wel vinden, want u wilt die kosten naar beneden. Door mensen van de straat te halen, wordt het op termijn ook goedkoper. Dat is dus bijzonder belangrijk.
Het tweede element dat de procureur-generaal aanhaalt, is dat we een groep op straat zetten die heel kwetsbaar is om gerekruteerd te worden voor criminele handelingen. Iedereen van ons heeft immers een overlevingsdrang, maar dat brengt de veiligheid van ons allen ook in gevaar. Vandaar mijn oproep om zo snel mogelijk die mensen van de straat te halen, zodat we minstens die instroom kunnen droogleggen.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
11.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag, zodat we wat kunnen opschieten.
Al
enige tijd worden geen actuele cijfers meer gepubliceerd inzake studiemigratie
(https://dofi.ibz.be/nl/figures/access-and-stay/studenten). Zult u het
engagement hernemen om tijdig deze cijfers te publiceren?
Volgens
de directeur-generaal van de Dienst Vreemdelingenzaken is het aantal
fraudegevallen in geval van studiemigratie, waarbij men ondanks het statuut als
'student', niet naar hier komt om te studeren, onvoldoende afgenomen. Kunt u
verduidelijken hoe vaak deze vormen van fraude bij studiemigranten voorkomen?
Gaat het nog steeds voornamelijk om studenten uit Kameroen? Welke maatregelen
zult u nemen om fraude tegen te gaan? Binnen welke termijn?
Volgens
de directeur-generaal wordt nog “veel schooluitval vastgesteld bij Kameroense
studenten". Kunt u verduidelijken wat “veel" is door hier een aantal
op te plakken? Komt dit ook voor bij studenten met andere nationaliteiten? Zo
ja, dewelke?
Er zou
een groot verschil merkbaar zijn tussen enerzijds officiële instellingen en
anderzijds privé-instellingen. Omwille van rechtspraak (vrijheid van onderwijs)
kan studiemigratie niet beperkt worden tot officiële instellingen. Welke
maatregelen zult u nemen om misbruik bij privé-instellingen tegen te gaan?
11.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ten eerste, de DVZ meldt mij dat de publicatie van cijfers over studiemigratie on hold werd gezet vanwege een gebrek aan mankracht. Het is de bedoeling de publicatie dit jaar te hervatten. Het merendeel van de informatie blijft wel beschikbaar en u kunt die terugvinden in het activiteitenverslag van de Dienst Vreemdelingenzaken en op de website in de rapporten over de visumaanvragen.
Ten tweede, de voorwaarden voor een studentenvisum zijn momenteel niet streng. Als er een attest van inschrijving of toelating en een tenlasteneming is, is de beslissingsmarge van de DVZ beperkt. Enkel als er fraude kan worden aangetoond in de voorgelegde documenten of als er kan worden aangetoond dat er een ander migratiedoel is dan studies, kan het visum worden geweigerd.
De mogelijkheden om de wetgeving te verstrengen, worden momenteel bestudeerd. Dat is ook opgenomen in het regeerakkoord. Zoals u allicht hebt gelezen, staan er daarin heel wat verstrengingen met betrekking tot de voorwaarden om met een studentenvisum hierheen te reizen. Tot zo lang is een studentenvisum echter een gemakkelijke toegangspoort tot de Europese Unie. Eenmaal binnen kan men bijvoorbeeld zijn studies zo lang mogelijk rekken, een partner zoeken, een gezin stichten of een verzoek om internationale bescherming indienen. Het bewijzen van fraude in de strikte zin van het woord is dan ook niet zo eenvoudig. Ik kan u hierover geen cijfers bezorgen, want die zijn niet bekend bij de DVZ.
De voorbije tien jaar waren de Kameroense studenten in de meerderheid. Het is dan ook logisch dat er bij hen het meest twijfelachtige dossiers voorkomen, maar het is zeker niet zo dat enkel die groep misbruik maakt van het studentenvisum voor andere migratiedoeleinden.
Ten derde, wat de schooluitval bij de Kameroense studenten betreft, de DVZ heeft geen globale analyse gemaakt van de academische migratie. Er duiken echter zo vaak dossiers op waarin vragen kunnen worden gesteld over de studie-intenties dat de directeur-generaal werd geïnformeerd over het probleem. De DVZ is dus op de hoogte van het probleem.
Officiële en private instellingen voor hoger onderwijs mogen niet allemaal over dezelfde kam geschoren worden. Sommige instellingen werken zeer correct, andere doen dat niet en die hebben veel succes bij buitenlandse studenten. Die laatste instellingen worden nauwlettend in het oog gehouden. De juridische mogelijkheden om de aanvragen systematisch te weigeren, zijn echter beperkt.
Ik geef u enkele cijfers voor 2022, 2023 en 2024 over de privéscholen voor hoger onderwijs. Het aantal aanvragen voor een studentenvisum lag in 2022 op 1.611, in 2023 waren er 1.430 en in 2024 1.175. In 2022 werden er 433 toegekend, in 2023 540 en in 2024 650. Het aantal weigeringen lag in 2022 op 801, in 2023 op 1.222 en in 2024 op 789.
11.03 Francesca Van Belleghem (VB): Dank voor uw uitgebreide antwoord en het cijfermateriaal.
We hebben vandaag al vaak gehoord dat een en ander onderzocht wordt en dat is ook logisch, want u staat aan het begin van uw termijn als minister. Ik hoop toch dat er gestaag wetsontwerpen in het Parlement zullen worden ingediend, want er moeten heel snel maatregelen worden genomen, zeker om de instroom van asielzoekers te beperken, de terugkeercijfers te verhogen en de aangehaalde fraudegevallen aan te pakken. Ik hoop dat er specifieke wetgevende initiatieven komen om frauderende privéinstellingen beter te kunnen viseren.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
12.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag.
Een
van de aspecten om het aantal verwijderingen van illegalen op te schalen, is
het sluiten van akkoorden met landen van herkomst "op
regeringsniveau", i.e. akkoorden die dus verder reiken dan louter
migratie. Het akkoord met Marokko is hier een voorbeeld van.
Met
welke landen heeft België akkoorden op regeringsniveau?
Met
welke landen zou het mogelijk zijn om zo'n akkoorden te sluiten? Zijn er
momenteel binnen de regering gesprekken hierover gaande? Wanneer mogen we
concreet resultaat verwachten?
Vorig jaar werden om en bij de 200 Marokkaanse illegalen teruggestuurd via/dankzij dit akkoord op regeringsniveau. Welke maatregelen zult u nemen om de terugkeer naar Marokko verder op te schalen?
12.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, het regeerakkoord pleit voor een whole-of-governmentaanpak van onze betrekkingen met derde landen, waarvan de terugname van uitgeprocedeerde vreemdelingen een volwaardig bestanddeel is. We hadden het daarover trouwens kort tijdens de bespreking van het regeerakkoord ergens midden in de nacht. De prioriteit is nu de dialoog met Marokko voort te zetten. Daarnaast is er de intentie om interdepartementale gesprekken te organiseren om na te gaan waar een soortgelijke aanpak effectief kan zijn en of aan alle randvoorwaarden voldaan is. Niet alleen onze diensten, maar ook andere ministeries bekijken met welke landen we dat eerst zullen doen.
De identificatie en terugkeer van Marokkanen naar Marokko verlopen momenteel vlot. In 2024 zijn er 232 Marokkanen teruggekeerd naar hun land. In januari 2025 waren dat er al 30. In 2025 willen we dat aantal verder opdrijven.
12.03 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, dank u wel voor uw antwoord. Hebt u al een lijst van landen waarmee u gesprekken voor dergelijke akkoorden zou willen voeren? Mevrouw De Vreese besprak dat ook al. Ik denk dat de prioriteit moet liggen op Algerijnen en Tunesiërs in illegaal verblijf. Ik hoop dat we kunnen focussen op de toplanden en minder op landen waarvan er minder illegalen komen.
12.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, zoals ik heb gezegd, bekijken we dat momenteel. Zodra we over de lijst beschikken, maken we die graag bekend.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
De voorzitter: De heer De Smet is niet aanwezig.
13.01 Francesca Van Belleghem (VB): Wij hebben tijdens het debat over de regeerverklaring al gediscussieerd over die woonstbetredingen. Ik heb toen niet helemaal een antwoord gekregen op mijn vraag, dus ik stel ze nu opnieuw.
Hoe groot is de potentiële groep personen bij wie woonstbetredingen uitgevoerd zullen kunnen worden? Die woonstbetredingen zullen dus alleen kunnen gebeuren in het kader van openbare orde en nog een paar gevallen. Hoe groot is de groep van potentiële illegalen bij wie men woonstbetredingen zal kunnen doen?
Hebt u overleg gehad met Justitie met betrekking tot de eventuele mogelijkheid om parketmagistraten te detacheren?
Wanneer zult u naar het Parlement komen met een wetsontwerp om die woonstbetredingen te regelen?
Waarom werd de beperking tot 'alleen in het kader van openbare orde' opgenomen? Wat is de reden om die woonstbetredingen te beperken tot 'in het kader van de openbare orde'? Hoeveel illegalen vallen daardoor niet onder de maatregel?
13.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ik zal beginnen met uw laatste vraag, namelijk waarom het beperkt is tot die groep. Het regeerakkoord is een compromis tussen verschillende partijen. Dat is de verklaring waarom die voorwaarden daaraan verbonden zijn.
Om een antwoord te kunnen geven op uw andere vragen, zouden we het totaalaantal illegaal verblijvende mensen moeten kennen. Dat is uit de aard van de zaak onmogelijk vast te stellen. Onder hen bevinden zich de mensen die bekendstaan voor overtredingen van de openbare orde of radicalisme, terrorisme of ernstige misdrijven. Van die mensen moet dan de administratieve situatie worden vastgesteld. Ook moet worden vastgesteld of de autoriteiten een feitelijk verblijfsadres hebben, wat we niet altijd hebben. Het is daarom onmogelijk om een precies antwoord te geven in aantallen.
Het regeerakkoord voorziet daarom dat alle informatie omtrent de woon- en verblijfplaats van vreemdelingen in illegaal verblijf moet worden gecentraliseerd en toegankelijk moet zijn voor alle stakeholders, zodat notificaties van beslissingen, intercepties, vrijwillige en gedwongen terugkeer kunnen worden verzekerd. Het aantal mensen dat mogelijk in aanmerking komt, zal sterk variëren afhankelijk van die verschillende parameters.
Ook de uitvoering van andere maatregelen uit het regeerakkoord kan leiden tot een toename van het aantal potentiële woonstbetredingen, met name bijvoorbeeld door de stroomlijning van de verschillende procedures. Heel wat controles kunnen momenteel niet worden uitgevoerd wegens proceduremisbruik. Door die betere stroomlijning zal dat ook al makkelijker zijn dan wat tegenwoordig het geval is.
U geeft terecht aan dat er samengewerkt zal moeten worden met Justitie. Ik zal dan ook in overleg gaan met de minister van Justitie, aangezien het om een gezamenlijk wetsontwerp zal gaan.
13.03 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, kunt u nog zeggen wat de timing is van dat wetsontwerp?
13.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: Ik kan daarvoor geen exacte datum geven, maar normaal gezien zou dat niet zo lang mogen duren, want heel veel voorbereidend werk daarvoor is al gedaan door de Zweedse regering.
De voorzitter: Door de Zweedse regering, mevrouw Van Belleghem.
13.05 Minister Anneleen Van Bossuyt: Voor alle duidelijkheid, daarmee bedoel ik natuurlijk de regering-Michel I.
13.06 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, onder de voorgaande regering hoorde ik vaak aankondigen dat een maatregel er "zo snel mogelijk" of "snel" komt. Van die woorden gaan alle haren op mijn arm rechtstaan. Daarom heb ik u naar een concrete timing gevraagd.
De voorzitter: Onverwijld, noemen we dat. Dat is parlementair jargon!
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
14.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag.
In
het regeerakkoord werd de volgende belofte opgenomen: “We evolueren naar een
digitaal aanmeldsysteem op afspraak, waarbij voldoende garanties worden
ingebouwd."
Wat
betreft het digitaal aanmeldsysteem, liet de directeur-generaal van de Dienst
Vreemdelingenzaken verstaan hier geen voorstander van te zijn. Het risico zou
namelijk bestaan dat personen die zich nog niet in België bevinden op basis van
een fictief Belgisch adres een afspraak maken en vervolgens bijvoorbeeld vanuit
Kroatië naar België reizen op het moment dat de afspraak is ingepland. Tijdens
de coronapandemie werd digitaal aanmelden tijdelijk ingevoerd tot een rechter
besliste dat die procedure moest worden stopgezet.
Hoe zal dit digitaal aanmeldsysteem eruitzien? Hoe zult u ervoor zorgen dat men geen 'fictieve' afspraken kan maken, bijvoorbeeld via VPN? Wanneer zal het digitaal aanmeldsysteem in werking treden?
14.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ik kan hier een vrij kort antwoord op geven. Het opstarten van het digitale aanmeldsysteem op afspraak staat inderdaad in het regeerakkoord. Alvorens zo'n systeem op poten te zetten, zal het eerst grondig moeten worden bekeken, rekening houdend met bepaalde uitdagingen waar we voor staan. Daarvoor zal er eerst overleg worden gepleegd met de Dienst Vreemdelingenzaken. We zullen ook contact opnemen met onze Franse collega's, die al een zekere vorm daarvan hebben. Het doel is in ieder geval om de keten van asielaanvraag en -opvang zo efficiënt mogelijk te maken.
14.03 Francesca Van Belleghem (VB): We zullen het verder opvolgen. Dank u wel.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
15.01 Francesca Van Belleghem (VB): Deze vraag is zowat een allegaartje, maar ook wel heel belangrijk. Ze gaat namelijk over de belangrijkste crisispunten.
Hoeveel asielzoekers staan er op de wachtlijst voor een opvangplaats en hoeveel asielzoekers verblijven er op dit moment nog op hotel?
Uw voorganger is wegens haar wanbeleid zeer vaak veroordeeld om dwangsommen te betalen. Daarom had ik graag een laatste stand van zaken gehad.
Ook vroeg ik mij af hoeveel plaatsen er op dit moment voorzien zijn in de oneigenlijke opvang. Dat is dus de opvang op campings, in jeugdcentra enzovoort. Zijn er ook plannen om binnenkort meer van deze oneigenlijke opvangplaatsen te openen?
Meer concreet, zijn er plannen om tijdelijk asielzoekers op te vangen op camping Kempenheuvel in Bree? Daarover had ik immers geruchten opgevangen en ik wilde weten of die correct zijn.
Tot slot, zijn er ook plannen om binnenkort nog echte asielcentra, zoals in Charleroi, waar ik het daarnet over had, te openen? Zo ja, waar en wanneer?
15.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel, collega Van Belleghem, voor uw vragen.
Momenteel staan er iets minder dan 3.000 personen op de wachtlijst. Op 17 februari 2025 verbleven er 402 personen in de Brusselse noodopvangplaatsen.
Van januari 2022 tot en met 10 februari 2025 waren er 10.522 betekeningen van veroordelingen om een dwangsom te betalen. Op 31 december 2024 was het theoretische bedrag van de te betalen dwangsommen 15.599.800 euro. Geen enkele dwangsom werd betaald en dat blijft ook mijn beleid.
Het opvangnetwerk telde op 21 februari 2025 36.168 opvangplaatsen in verschillende soorten infrastructuren, gaande van voormalige kazernes van Defensie, voormalige kloosters en oude woonzorgcentra tot toeristische infrastructuur. Ik heb die situatie geërfd. We hebben het er daarnet al eventjes over gehad.
We moeten eerst en vooral de asielinstroom indijken en daarom kom ik met een pakket crisismaatregelen. Ik ga nog niet zeggen wanneer. Pas daarna zullen we geleidelijk kunnen afbouwen. Voorlopig moet dit worden verdergezet tot er beterschap is.
Het gebruik van dergelijke locaties heeft in het verleden uitgewezen dat het een aanzuigende factor is en dat moeten we absoluut vermijden.
Het aantal plaatsen in ons opvangnetwerk is ook historisch hoog, net als de daaraan verbonden kosten. Vorig jaar bedroegen die namelijk 1 miljard euro. De opvang moet beperkt blijven tot zij die een eerste asielaanvraag indienen. De samenleving kan het volume niet langer dragen. Dat is dan ook de reden waarom wij bezig zijn met dat pakket maatregelen.
15.03 Francesca Van Belleghem (VB): Ik heb de cijfers nog eens opgezocht voor deze commissievergadering. In juli verbleven er 728 asielzoekers in de hotelopvang. Op 13 januari daalde dat aantal naar 277. Nu zegt u dat er 402 personen verblijven in de hotelopvang. Dat wil zeggen dat er op heel korte termijn nieuwe hotelopvang voor asielzoekers georganiseerd werd en dat de hotelopvang is toegenomen, wellicht ook onder de nieuwe regering. Zou u dat nog kunnen bevestigen of werden er in het verleden foute cijfers gegeven? Ik heb op mijn vijfde vraag, namelijk over de camping in Bree, ook geen antwoord gekregen.
15.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: Ik heb geen informatie over de camping in Bree. Ik kan ook geen verantwoordelijkheid nemen voor cijfers die de vorige regering heeft gegeven. Het klopt wel dat er nu 402 personen in de Brusselse noodopvangplaatsen zitten. Ik heb zelf echter nog geen opdracht gegeven tot het openen van bijkomende plaatsen.
15.05 Francesca Van Belleghem (VB): Ik hoop dat er dan een concrete timing komt voor het afbouwen van die hotelopvangplaatsen. Als u de instroom van asielzoekers wilt beperken, dan is het beperken van de hotelopvang immers een eerste stap. U mag dus ook geen nieuwe asielzoekers meer toewijzen aan die hotelopvangplaatsen. Ook dat zullen we nauwgezet opvolgen, zodat het aantal asielzoekers in hotelopvang zo snel mogelijk zal dalen.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
16.01 Francesca Van Belleghem (VB): Mevrouw de minister, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag.
In het
regeerakkoord staat: “De eerste ministerraad bepaalt de termijn waarbinnen het
Migratiewetboek wordt voorgelegd" en “de regering zal zo snel mogelijk met
een wetgevend initiatief naar de ministerraad komen met een pakket
crisisbestrijdingsmaatregelen om het opvangtekort aan te pakken en tot
inperking van de instroom en opvang".
Vermits
op 4 en 7 februari 2025 reeds een ministerraad plaatsvond,
veronderstel ik dat voornoemde termijnen en maatregelen reeds besproken werden.
Op
welke ministerraad werden de termijnen waarbinnen het Migratiewetboek wordt
voorgelegd besproken? Welke termijnen werden vastgelegd?
Bent u
reeds met het wetsontwerp naar de ministerraad getrokken? Zo ja, wanneer zal u
met dit wetsontwerp naar het Parlement trekken? Zo nee, wanneer zal u dit doen?
16.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Van Belleghem, ik loop het risico bepaalde gevoelens bij u op te wekken. We zijn momenteel bezig met het opstellen van een pakket crisismaatregelen. Ik heb nog maar drie weken geleden de eed afgelegd, dus het is nog te vroeg om daar iets concreets op te plakken. Mijn kabinet is volop bezig met het opstellen van een pakket crisismaatregelen om de actuele asielinstroom in te dijken, want dat is onze absolute prioriteit.
Daarnaast volgt ook de omzetting van het Europese migratiepact en de daarin voorziene verstrengingen. Voor de implementatie van bepaalde zaken hieromtrent is er een zeer concrete timing en daar zijn we parallel mee bezig. De nodige wetswijzigingen moeten ook conform het regeerakkoord doorgevoerd worden, onder andere wat de gezinshereniging betreft. We willen telkens met degelijke pakketten aan nieuwe wetgeving komen. Dat lijkt mij maar de logica zelve.
Mijn voorgangster heeft veel werk verzet met haar ontwerp van migratiewetboek onder Vivaldi, maar dat migratiewetboek is niet conform met het gesloten regeerakkoord tussen de arizonapartijen. Het ontwerp van migratiewetboek is zeker een waardevolle inspiratiebron voor het werk dat ons te wachten staat. Er zullen de komende weken, maanden en jaren verschillende wetgevende initiatieven volgen om het ambitieuze regeerakkoord uit te voeren. Wij zullen het migratierecht fundamenteel hervormen. De naam van die aanpassingen doet er voor mij eerlijk gezegd niet toe, zolang de resultaten er maar zijn.
16.03 Francesca Van Belleghem (VB): Als ik het goed begrijp, zal het nieuwe migratiewetboek, dat de vreemdelingenwet en andere wetten beoogt te vervangen, er dus niet komen. Waarom staat er dan in de regeerverklaring dat er op de eerste ministerraad een timing voor dat migratiewetboek vastgelegd zal worden?
U hebt net gezegd dat de benaming voor u van geen belang is en dat er verschillende wetsontwerpen zullen komen. Er is echter een fundamenteel verschil tussen het aanpassen van de huidige vreemdelingenwet en het invoeren van een geheel nieuw wetboek ter vervanging van de vreemdelingenwet en de opvangwet. Wat de crisismaatregelen betreft, hebt u gezegd dat u nog maar een maand minister bent, maar er is wel 6 à 7 maanden onderhandeld. Er is dus tijd geweest om minstens na te denken over de uitwerking van die crisismaatregelen. Er is al zo veel getalmd, dus ik hoop dat het studiewerk voor die te nemen crisismaatregelen snel kan gebeuren.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
17.01 Frank Troosters (VB): Mevrouw de minister, in oktober 2020 werd er in Hasselt een tijdelijk asielcentrum in het vroegere Parkhotel geopend, initieel voor 12 maanden en eenmalig verlengbaar met 6 maanden. Van die optie werd ook gebruikgemaakt, maar toen die 6 maanden om waren, werd de opdracht in dat verband telkens opnieuw verlengd, waardoor we intussen 4,5 jaar verder zijn en dat tijdelijk asielcentrum nog steeds open is. Op de ministerraad van vrijdag 6 december besliste de regering om het asielcentrum langer open te houden, namelijk tot 16 maart 2025. Kunt u bevestigen dat het asielcentrum in Hasselt effectief gesloten zal worden op 16 maart 2025?
Zo neen, waarom niet? Zal er desgevallend opnieuw worden overgegaan tot het verlengen van de opdracht tot uitbating? Zal dat opnieuw via Umami verlopen? Aan welke voorwaarden? Wat wordt de nieuwe sluitingsdatum?
Welke maatregelen zult u nemen om het asielcentrum in Hasselt zo snel mogelijk te sluiten?
17.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mijnheer Troosters, ik heb er daarnet in antwoord op een vraag van collega Vandemaele naar verwezen, het aantal asielaanvragen in België ligt momenteel 12 % hoger dan in dezelfde periode van vorig jaar en vorig jaar was al een recordjaar.
Het regeerakkoord voorziet in verschillende hefbomen om de instroom te doen dalen. Dat moet echt gebeuren en heeft absoluut prioriteit. Vandaar dat we een pakket crisismaatregelen voorbereiden.
Met betrekking tot Hasselt vernam ik dat de deadline voor de sluiting van het centrum in Hasselt in maart niet zal kunnen worden gehaald. Fedasil is nu, net zoals vorig jaar, bezig met de organisatie van de afbouw van de tijdelijke opvangplaatsen in de jeugdverblijven. Pas nadat de instroom gevoelig is gedaald, kunnen we starten met het sluiten van andere noodopvangplaatsen in hotels en daarna de LOI's.
17.03 Frank Troosters (VB): Dank u wel, mevrouw de minister. Het is een ontgoochelend antwoord, want uw uitleg dat men eerst de instroom moest beperken, kreeg ik ook vele jaren van uw voorgangster, mevrouw de Moor. Daar hebben de buurtbewoners in Hasselt, die destijds gewoon werden belogen, weinig boodschap aan.
Als het centrum nu niet wordt gesloten, wanneer zal dat dan wel gebeuren? Dat weet u niet?
Ik begrijp dat het vrij kort dag is, want tussen eind februari en 16 maart liggen twee of drie weken. Ik mag dan aannemen dat er in de komende twee of drie weken uitsluitsel zal komen over het verdere verloop. Ik denk dat de buurtbewoners wel ontgoocheld zullen zijn, want er is nu geen nieuws. Hiermee zet u gewoon het beleid van uw voorgangster voort. Dat is wat zij ervan onthouden.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
18.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, ik wil u in eerste instantie feliciteren met uw benoeming als minister.
Ik had deze vraag oorspronkelijk gericht aan uw voorgangster, mevrouw de Moor. Op 24 januari verbleven er nog 320 mensen in het nooddorp voor Oekraïners op Linkeroever. Het had een maximumcapaciteit van 778 mensen. De bewoners hadden 7 februari als deadline gekregen om het dorp te verlaten. Dat was niet zo eenvoudig, want veel bewoners vonden geen woning op de huurmarkt. Zoals u weet, zijn huurwoningen heel schaars en heel duur en stijgen de huurprijzen al jaren. Vooral mensen met meer dan twee kinderen vinden heel moeilijk een betaalbare woning.
Daarnaast stel ik mij heel wat vragen bij de aanpak van de opvangcrisis. Eind 2024 stonden er nog 3.000 mensen op de wachtlijst voor een opvangplaats. Die nooddorpen zijn er, de infrastructuur is er, er is plaats, dus ik begrijp niet goed waarom die bedden leeg blijven als zoveel mensen al jarenlang op straat slapen. Dit lijkt mij een opportuniteit om die wachtlijsten te kunnen aanpakken.
Voorzitster:
Maaike De Vreese.
Présidente: Maaike De Vreese.
Ik heb de volgende vragen.
Hoe is de situatie vandaag? Wat is er na de sluiting gebeurd met de 320 bewoners? Waarom kunnen die plaatsen niet gebruikt worden voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming? Waarom worden deze nooddorpen gesloten als er nog zoveel duizenden mensen op de wachtlijst staan en er een blijvende vraag is van Oekraïense vluchtelingen? Het nooddorp in Mechelen sloot eind vorig jaar. Waarom werd dat toen niet gebruikt voor andere nationaliteiten?
18.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Daems, dank u wel voor uw felicitaties en voor uw vraag. Vlaanderen is eigenaar van de infrastructuur van de noodopvang waarnaar u verwijst en het heeft beslist om de nooddorpen af te bouwen. Ik zou uw partij dus willen uitnodigen om de vraag die u mij nu stelt, te stellen in het Vlaams Parlement. Ik kan u wel meegeven dat Vlaanderen verschillende denkpistes aan het bekijken is over wat er nu met de containers van de nooddorpen zal gebeuren, maar daar is nog geen finale beslissing over genomen.
U vraagt waarom mensen die om internationale bescherming vragen daar niet in kunnen worden opgevangen. De reden daarvoor is dat er geen juridisch kader is om de containers aan te wenden voor verzoekers om internationale bescherming.
18.03 Greet Daems (PVDA-PTB): U verwijst naar de Vlaamse regering, maar het is uw partij, de N-VA, die in de Vlaamse regering zit. Als minister van Asiel en Migratie zou u toch met de Vlaamse regering kunnen gaan praten om aan te geven dat u die plaatsen wel kunt gebruiken. U zou kunnen onderhandelen met het Vlaams Parlement. U kunt dat juridisch kader scheppen. De nood is er natuurlijk wel. Volgens cijfers van Vluchtelingenwerk Vlaanderen komt er elke dag nog een vijftigtal Oekraïners aan in België en er zijn ook de mensen die op straat slapen. Laat ons daar dus werk van maken en probeer die plaatsen vast te krijgen om de wachtlijsten naar beneden te halen.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
19.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, 11.11.11 registreerde in 2024 120.000 pushbacks aan de Europese buitengrenzen, waarbij steeds vaker extreem geweld wordt gebruikt tegen migranten en vluchtelingen. Die pushbacks zijn illegaal volgens de Europese wetgeving. Iedereen die asiel wil aanvragen, moet de kans daartoe krijgen en mag niet zomaar worden teruggeduwd over de grens zonder dat zijn of haar aanvraag werd beoordeeld.
De pushbacks gebeuren onder meer op zee, wanneer de kustwacht boten met migranten onderschept en hen terugsleept naar open water in plaats van hen op te vangen in een Europese lidstaat en hun asielprocedure op te starten.
Tijdens een debat over de pushbacks naar aanleiding van een resolutie van de Ecolo-Groenfractie daaromtrent verklaarden leden van uw partij dat pushbacks niet illegaal zijn, dat ze deel uitmaken van een kordaat grensbeleid en dat gemeenschappelijke reddingsacties op de Middellandse Zee uit den boze zijn. Dat komt er eigenlijk op neer dat uw partijgenoten in het Parlement pleiten voor het uitvoeren van dergelijke illegale pushbacks.
Mevrouw de minister, mijn vragen zijn dus heel eenvoudig. Wat is uw standpunt over de pushbacks? Erkent u dat ze illegaal zijn? Zult u er binnen de Europese Unie voor pleiten dat dergelijke praktijken niet mogen plaatsvinden? Zult u de Europese wetgeving respecteren?
Ik dank u alvast voor uw antwoorden.
Voorzitter:
Ortwin Depoortere.
Président: Ortwin Depoortere.
19.02 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, het rapport van 11.11.11 gaat over 100.000 pushbacks, maar in de eerste plaats over mensen. De verhalen zijn echt hallucinant, onder andere over drie minderjarigen die gewoon zijn doodgevroren aan onze buitengrens. Ze riepen om hulp, maar werden genegeerd. Het gaat ook over grenswachters die mensen elektroshocks toedienen en hen dwingen om zich uit te kleden, die honden inzetten en die in de lucht schieten, maar ook op mensen. De verhalen in het rapport zijn hallucinant. Als men dan weet dat het cijfer van 120.000 pushbacks wellicht ver onder de realiteit zit – de organisaties die deze onderzoeken doen, worden immers geïntimideerd en gecriminaliseerd – dan is er volgens mij echt een probleem.
Het rapport vermeldt ook voor de eerste keer de pullbacks door de Libische kustwacht. Ook daar is er sprake van marteling, misbruik, chantage en detentiekampen, allemaal zaken die heel duidelijk in strijd zijn met het internationaal en het Europees recht.
U zei daarnet dat u uw collega's binnenkort voor de eerste keer zult zien. Bent u bereid om hen daarover aan te spreken? Eender welke visie in beleid omgezet wordt, dat moet altijd gebeuren binnen het kader van het internationaal en het Europees recht. Zelfs al zijn we het fundamenteel met elkaar oneens over hoe we met asiel en migratie moeten omgaan in ons land, dan mag ik toch hopen dat wij het er op zijn minst over eens zijn dat het internationaal en Europees recht absoluut richtinggevend moeten zijn en dat we dat moeten respecteren.
Het rapport toont heel duidelijk aan dat we dat niet doen. Mijn vraag is dan ook heel concreet. Zult u uw collega's aanspreken om te bekijken hoe we aan onze buitengrenzen opnieuw in lijn kunnen zijn met het internationaal en het Europees recht?
19.03 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u wel, collega's Daems en Vandemaele, voor jullie vragen.
Wat uw laatste vraag betreft, mijnheer Vandemaele, wil ik heel graag benadrukken dat wij altijd pleiten voor het opereren binnen het wettelijke kader. Lidstaten moeten conform het Europees en internationaal recht handelen. Ik ben ook van oordeel dat de claims waar u specifiek naar verwijst op Europees niveau moeten worden nagegaan.
Uiteraard erken ik het recht om een asielenvraag in te dienen. Dat is ook het internationaal recht. Ik ben echter eveneens van mening dat het model van door mensensmokkelaars gefaciliteerde illegale migratie naar de Europese Unie als voornaamste toegangspoort tot asiel moet worden doorbroken.
Dan komen we bij de kern van het probleem. U verwijst naar het onmenselijke aspect. Mensen leggen uit pure wanhoop hun leven in handen van meedogenloze mensensmokkelaars die hen vervolgens in gammele bootjes over een woeste zee duwen. Vorig jaar zijn daarbij 2.300 mensen om het leven gekomen. Dat is gewoon onaanvaardbaar.
Ik heb ook de beelden gezien van mama's die met hun kinderen in die bootjes stappen. Daar moeten we absoluut tegen ingaan. Die omstandigheden bewijzen alleen nog maar een keer de noodzaak om illegale migratie en mensensmokkel keihard aan te pakken. Mensenlevens riskeren is een businessmodel geworden voor sommigen en die moeten we aanpakken.
We moeten blijven samenwerken, nationaal en internationaal, om die criminele netwerken te ontmantelen. Daarom zetten we in op een multidisciplinaire aanpak, waarbij verschillende actoren nauw samenwerken om die mensensmokkelnetwerken op te sporen en ook effectief te vervolgen. Dat is ook wat ik op Europees niveau wil bepleiten.
Volgende week is er een Europese ministerraad en zo’n ketenaanpak wil ik op Europees en internationaal niveau bepleiten. Mensensmokkel stopt nu eenmaal niet aan onze landsgrenzen. Binnen zo’n aanpak wisselen landen en instanties systematisch informatie uit en zetten ze samen specifieke operaties op.
Europol en andere internationale partners spelen hier een cruciale rol in. Onderzoeksteams hanteren het principe follow the value, waarnaar expliciet verwezen wordt in het regeerakkoord. Niet alleen de smokkelaars zelf maar ook hun financiële netwerken en hun winsten worden daarbij aangepakt. Dat maakt het moeilijker voor criminele organisaties om hun activiteiten voort te zetten en grenscontroles moeten daarom geoptimaliseerd worden. Ook daarvoor moeten het Europese asiel- en migratiepact en de versterking van die externe dimensie in samenwerking met derde landen de basis zijn.
19.04 Greet Daems (PVDA-PTB): Dank u wel, mevrouw de minister. Het is natuurlijk uw taak om toe te zien op het respecteren van de wetgeving. Pushbacks zijn illegaal volgens de Europese wetgeving. Uw standpunt over pushbacks heb ik echter niet gehoord. Ik heb u niet horen zeggen dat die illegaal zijn. U hebt dat niet vermeld, maar u moet wel de wetgeving respecteren.
19.05 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Dank u wel, mevrouw de minister, voor uw antwoord. U benadrukt heel expliciet het internationaal recht. Het is erg belangrijk om binnen dat kader te ageren voor de zaken die u de volgende jaren wilt doen.
Ik ben het met u eens dat het model van de mensensmokkelaars onderuit moet worden gehaald. Ik ben het daar helemaal mee eens. Illegale migratie zal er echter altijd zijn, zeker als legale migratie onmogelijk is. In het regeerakkoord lees ik dat er voorlopig geen hervestiging komt en dat is een legaal migratiekanaal. Dat komt er volgens u echter niet totdat de situatie onder controle is.
Het is natuurlijk het ene of het andere. Ofwel zegt u dat u tegen illegale migratie bent en maakt u legale migratie mogelijk, waarin ik u kan volgen, maar u kunt niet tegen illegale migratie zijn en tegelijk legale migratie ook onmogelijk maken. U geeft asielzoekers eigenlijk geen kans, geen keuze in hoe ze het moeten aanpakken.
Mevrouw Daems, over de resolutie inzake pushbacks zijn de adviezen ondertussen binnengekomen. Zowat elke instantie heeft het standpunt van mevrouw Safai verwezen naar fabeltjesland. Pushbacks zijn wel degelijk illegaal, daarover zijn alle adviesinstanties het ondertussen wel eens.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
20.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, ik heb heel aandachtig uw interview in Humo gelezen. Daarin zegt u dat u onder andere wilt besparen op asiel en migratie door de instroom te verlagen. Wanneer die instroom dan is verlaagd, zult u het aantal opvangplaatsen verminderen. Een paar alinea's later lezen we dat u de instroom vooral wilt verlagen via een verstrenging van de gezinshereniging.
Ik vind dat nogal bizar, want mensen die via een gezinshereniging naar hier komen, zijn doorgaans niet ten laste van het opvangnetwerk. Mensen kunnen pas gezinshereniging aanvragen als ze een verblijfsvergunning hebben. In dat stadium van de procedure hebben ze het opvangnetwerk al verlaten. Hun instroom verlagen zal dus weinig effect hebben op de opvang van het aantal verzoekers om internationale bescherming.
Mevrouw de minister, waarom wilt u de instroom van gezinshereniging verlagen? Hoeveel mensen die via gezinshereniging naar België kwamen, verblijven momenteel in het opvangnetwerk? Hoeveel aanvragen voor gezinshereniging zijn er nu van mensen die net binnen de huidige inkomensgrens vallen en dus met een verhoging van de inkomensvereisten uit de boot vallen? Hoe zult u de instroom, specifiek van mensen die gebruikmaken van hun recht op opvang, verlagen zodat u de besparingen die in het regeerakkoord zijn afgesproken, kunt uitvoeren? Hoe zult u al die maatregelen nemen zonder enerzijds het recht op een asielaanvraag en anderzijds het recht op opvang te schenden?
20.02 Francesca Van Belleghem (VB): Een paar dagen geleden werd in de commissie het wetsvoorstel van de Vlaams Belangfractie weggestemd om bij gezinshereniging voor vertrek naar dit land integratietesten in te voeren. Dat is natuurlijk bijzonder spijtig, want dat voorstel staat ook in het regeerakkoord.
Wanneer zult u met een wetsontwerp daaromtrent naar het Parlement komen? Zal dat alleen bij gezinsvorming gelden of komt er een uitbreiding naar alle gezinsmigranten, behalve dan diegenen die zich willen herenigen met erkende vluchtelingen? Dat mag volgens Europese richtlijnen namelijk niet. Wat zal het toepassingsgebied zijn van dat wetsontwerp?
Wanneer zult u daarvoor samenzitten met de bevoegde gemeenschappen?
20.03 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Daems, ik gebruik het woord naïef niet graag, maar eerlijk gezegd denk ik dat het een beetje naïef is van u om te denken dat onze soepele gezinsherenigingsregels geen aantrekkingsfactor zijn voor potentiële asielzoekers. Dat geldt ook voor onze genereuze sociale bijstand.
Ten opzichte van onze buurlanden zijn wij minder streng en onze asielcijfers liegen er niet om. In de hele Europese Unie is er een daling van 12 %. In ons land is er een stijging met 12 %. Alleen al van buiten de Europese Unie zijn 21.000 mensen vorig jaar via gezinshereniging naar ons land gekomen. Het aantal asielaanvragen ligt hier gevoelig hoger dan in de rest van Europa.
Cijfers kunnen in de eerste plaats het best opgevraagd worden door middel van een schriftelijke vraag. Ik kan u wel meegeven dat het detail van de door u gevraagde cijfers niet beschikbaar is. Wat ik u wel kan meegeven, is dat in 2024 17,25 % van de weigeringen werd gemotiveerd door het ontbreken van voldoende bestaansmiddelen.
Het ontbreken van voldoende bestaansmiddelen leidt niet automatisch tot een weigeringsbeslissing. De DVZ moet de situatie van het gezin bekijken en moet de middelen bepalen die nodig zijn om in de gezinsbehoeften te voorzien zonder afhankelijk te zijn van publieke middelen, want daarover gaat het. Als men mensen naar hier laat komen, moet men zelf in het onderhoud van die personen kunnen voorzien.
Wat de weigeringsbeslissingen inzake visa voor gezinshereniging betreft, waren dat er in 2021 5.515 in het algemeen. Specifiek op basis van bestaansmiddelen ging het over 1.039 weigeringen. In 2022 ging het over 5.968 weigeringen, waarvan 1.500 op basis van bestaansmiddelen. In 2023 ging het over 7.491 weigeringen, waarvan 1.622 op basis van bestaansmiddelen. In 2024 ging het over 9.969 weigeringen, waarvan 1.720 wegens onvoldoende bestaansmiddelen. Er zijn geen cijfers beschikbaar over verblijfsaanvragen of -verlengingen.
Het Europees pact voorziet in verschillende mogelijkheden om opvang te beperken en ook ten gronde de beoordeling van bijvoorbeeld volgende verzoeken. Ook aanvragen die in een ander EU-land werden ingediend, zullen als een meervoudige aanvraag worden behandeld. Wanneer iemand reeds bescherming geniet in een andere lidstaat, moet België niet opnieuw dat verzoek om internationale bescherming onderzoeken. Overeenkomstig het Europees recht moeten personen die al een asielaanvraag hebben ingediend – we hebben het daar al meermaals over gehad vandaag – in een andere lidstaat of van wie het verzoek werd verworpen door een andere lidstaat, worden teruggestuurd naar de verantwoordelijke lidstaat. We onderzoeken of we bepaalde maatregelen van het Europese migratiepact versneld kunnen uitvoeren om de secundaire migratie, die vorig jaar trouwens bijna de helft van onze asielaanvragen uitmaakte, tegen te gaan. Enkel de verzoekers die voor het eerst een beschermingsaanvraag indienen die geen lopende of afgehandelde asielprocedure in een andere EU-lidstaat hebben en onvoldoende middelen hebben om zelf in hun levensonderhoud te voorzien, krijgen een opvangplaats.
Unieburgers en onderdanen van de Schengengeassocieerde landen worden uitgesloten van opvang. We geven werkende verzoekers om internationale bescherming die worden opgevangen, voldoende tijd om duurzaam te voorzien in het eigen levensonderhoud.
Asielzoekers die in een ander land een asielaanvraag hebben ingediend, worden in afwachting van hun terugkeer naar de verantwoordelijke lidstaat of naar hun land van herkomst, opgevangen in een Dublincentrum. Dat betreft versoberde centra die worden uitgebaat door de DVZ en die uitsluitend gericht zijn op terugkeer. Die personen worden begeleid in hun terugkeer en zullen alleen materiële hulp ontvangen wanneer een transfer buiten hun wil om nog niet of niet gematerialiseerd kon worden. Meervoudige aanvragen worden maximaal ontmoedigd. We putten hiervoor alle juridische mogelijkheden uit, onder andere omtrent de verdere inperking van het recht op opvang.
Mevrouw Van Belleghem, ik kom tot uw aanvullende vragen. U zei dat we voor erkende vluchtelingen niets kunnen doen in verband met gezinshereniging, vanwege de Europeesrechtelijke regels daaromtrent. Wij kunnen wel, en we hebben dat ook in het regeerakkoord gezet, de voorwaardenvrije periode inperken. Die bedraagt nu één jaar en we zullen die terugbrengen naar zes maanden. Het betreft niet alleen gezinsvorming, maar ook gezinshereniging. Voor gezinsvorming zal de periode twee jaar bedragen. Voor subsidiair beschermden zal de periode voor gezinshereniging twee jaar bedragen. Gezinsvorming zal niet mogelijk zijn voor subsidiair beschermden. Voor gezinshereniging voor anderen zal het één jaar zijn.
We zullen daarvan zo snel mogelijk werk maken om tot een samenwerkingsakkoord te komen over de inhoud van de inburgerings- en taaltesten. We zijn hierover reeds in overleg met de deelstaten. We hebben ook al opdracht gegeven aan de administraties om de overige voorziene verstrengingen voor te bereiden. Die zullen deel uitmaken van het pakket crisismaatregelen waarover ik het eerder had.
20.04 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.
U noemt de huidige regels voor gezinshereniging soepel. Mag ik op mijn beurt die uitspraak naïef vinden? U hebt blijkbaar met nog niet veel mensen gepraat die effectief gezinshereniging wilden aanvragen. Ik heb hier de getuigenis van Luc bij, die zijn partner, een arts uit Indië, twee jaar geleden heeft laten overkomen. Hij vertelt dat de procedure liep en dat het zeker een jaar heeft gekost om alle nodige documenten bijeen te krijgen. Zij zijn beide hoogopgeleid. Hij meende dus dat het makkelijk zou zijn om te trouwen en samen te wonen in België. De administratie was echter zo ingewikkeld dat hij hulp moest vragen. Dat is de realiteit.
Gezinshereniging valt al onder enorm strenge voorwaarden. Mensen moeten nu al 2.080 euro per maand verdienen. De procedure is enorm streng en moeilijk. De betrokkenen staan hier ook niet van de ene dag op de andere. Gezinshereniging is een van de laatste manieren om legaal naar een land te kunnen vluchten en voor vrouwen en hun kinderen vaak ook de enige manier om te vluchten. Waarom moeten de diensten er dan nog een schepje bovenop doen? Het recht om samen te leven met zijn of haar gezin is een fundamenteel mensenrecht, niet enkel voor mensen met voldoende middelen maar voor iedereen.
Ten slotte, strengere gezinshereniging zal niet voor minder migratie zorgen, maar veeleer voor minder integratie. Het is bewezen dat gezinshereniging nodig is voor de integratie. Zolang iemands gezin hier niet is, staat de integratie stil.
20.05 Francesca Van Belleghem (VB): Ik weet niet goed op wie ik moet repliceren. Mevrouw Daems, u zegt dat de gezinshereniging streng is, maar er komen jaarlijks 50.000 mensen naar hier via gezinshereniging. Ik woon in Erpe-Mere. Daar wonen 20.000 mensen. Het gaat dus wel degelijk over heel veel mensen. Bij de 20.000 mensen waar de minister daarnet naar verwees, ging het enkel over de visa.
In het regeerakkoord heb ik ook gelezen dat de bestaansmiddelen voor gezinshereniging zouden verhogen. Ik heb dat eens nagerekend en die verhoging is echt wel miniem. Het gaat misschien over een stijging van 200 euro ten opzichte van de huidige situatie. In ons programma stond er dat het 140 % van het leefloon zou moeten zijn. In jullie programma stond er zelfs dat het 150 % van het leefloon zou moeten zijn. Er was een soort van opbod, denk ik, maar ik heb de berekening gemaakt en de verhoging van de bestaansmiddelen zoals vermeld in het regeerakkoord voldoet daar totaal niet aan.
20.06 Minister Anneleen Van Bossuyt: Ik reageer nog even heel kort. Men kan natuurlijk altijd beginnen over bedragen. Het zou over ongeveer 300 euro extra gaan. Dat is toch al iets. Bovendien is er 10 % extra per persoon die erbij komt. Het regeerakkoord is daar dus toch wel vrij gedetailleerd over.
Daarbij zou ik van de gelegenheid gebruik willen maken om de mensen hier in de zaal die daarover onderhandeld hebben, zoals Maaike De Vreese en Evelien, te bedanken voor de graad van detail in het regeerakkoord. Dat zal ons helpen om sneller vooruit te gaan. Zo moet u misschien iets minder lang wachten op de wetsontwerpen hier in de Kamer.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
21.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, in het regeerakkoord lezen we onder het luik Asiel en Migratie dat u, ten eerste, de identificatieprocedure en de leeftijdsbepaling van verklaarde minderjarigen van de Dienst Voogdij naar een aparte dienst ter bescherming van niet-begeleide minderjarigen op de vlucht wilt overhevelen. Ten tweede, de nieuwe dienst, bevoegd voor het beleid inzake de bescherming van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen, wordt dan ondergebracht in een FOD Migratie, samen met de DVZ, het CGVS, Fedasil, en de RvV.
Nu kunt u zich wel voorstellen dat het personeel van de Dienst Voogdij heel bezorgd is over die plannen. Er heerst veel onduidelijkheid. Ik kan daaruit concluderen dat de Dienst Voogdij niet geconsulteerd werd, noch betrokken bij de onderhandelingen. U mag mij altijd tegenspreken als het wel zo is.
Zal de Dienst Voogdij bevoegd blijven voor de leeftijdstesten, zoals bepaald in de Belgische Voogdijwet van 2002?
Zal de Dienst Voogdij een plaats krijgen in de FOD Migratie? Blijft de Dienst Voogdij überhaupt bestaan? Zo ja, in welke vorm?
Tot slot, over de minderjarigen zelf, vandaag worden minderjarigen met en zonder asielprocedure gelijklopend behandeld. In het regeerakkoord is het niet echter niet echt duidelijk of de Dienst Voogdij dergelijke dossiers ter harte kan blijven nemen. Kunt u daarover wat meer duidelijkheid brengen?
21.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw Daems, dank u wel voor uw vragen. Het regeerakkoord gaat er eerst en vooral van uit dat het belang van het kind centraal zal staan in ons migratiebeleid. Daarvoor nemen we heel specifieke maatregelen. Het regeerakkoord plant de oprichting van een aparte dienst ter bescherming van niet-begeleide minderjarigen op de vlucht binnen een brede hervorming van alle migratiediensten, die, zoals u zelf aangaf, moet leiden tot de oprichting van een aparte 'FOD Migratie'.
De 'Dienst Minderjarigen' zal onder andere instaan voor het bepalen van de min- of meerderjarigheid van mensen die verklaren minderjarig te zijn en waarover een overheidsdienst een twijfel uit. De leeftijdsonderzoeken moeten zo snel als mogelijk uitgevoerd worden. Indien uit het leeftijdsonderzoek blijkt dat iemand manifest meerderjarig is, moeten de kosten voor het leeftijdsonderzoek verhaald kunnen worden op de valse minderjarige.
De hervorming, met onder andere de oprichting van een aparte 'Dienst Minderjarigen', moet toelaten dat kinderen en jongeren zo snel mogelijk de juiste begeleiding krijgen, maar ook willen we daarmee de versnippering tussen de verschillende migratiediensten tegengaan. Het is alleszins de intentie van de regering om minderjarigen zo snel mogelijk een kwalitatieve voogd toe te wijzen. Hoe de partnerdiensten, zoals de Dienst Voogdij van de FOD Justitie, passen in het verhaal van de harmonisatie van de migratiediensten, zal in de regering worden besproken.
21.03 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, bedankt voor uw antwoord. Volgens mij is het hoog tijd dat de Dienst Voogdij duidelijkheid krijgt over de plannen van de regering. De Dienst Voogdij heeft de leeftijdstests steeds onafhankelijk en op een degelijke manier kunnen uitvoeren. Aangezien die tests geen exacte wetenschap zijn, moeten ze nauwgezet en met de nodige ruimte uitgevoerd kunnen worden in samenwerking met artsen en andere partners. Daarom is het heel belangrijk dat de expertise ter zake behouden blijft.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
22.01 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, op de website van de Dienst Vreemdelingenzaken dateren de recentste cijfers over gezinshereniging al van 2017. Ik denk dat dat beter kan.
Mevrouw de minister, zult u de DVZ aansporen om de cijfers consequent te publiceren, zodat we steeds over de recentste cijfers beschikken?
22.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u voor uw korte vraag, mevrouw Daems, waarop ook een kort antwoord zal komen. In de jaarverslagen vindt u sowieso de cijfers. Mevrouw Van Belleghem stelde mij eerder een gelijkaardige vraag, waarop ik hetzelfde antwoord gaf. Ik zal contact opnemen met de Dienst Vreemdelingenzaken om de publicatie ervan te hervatten.
22.03 Greet Daems (PVDA-PTB): Dank u wel voor uw antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
23.01 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Hoewel ik relatief nieuw ben in dit Parlement, kan ik mijn vraag toch al als een evergreen beschouwen. Uw voorgangster heb ik daarover verschillende keren bevraagd. U zegt, zoals het ook in het regeerakkoord staat, dat het Europese migratiepact een centrale as in uw beleid vormt. In dat geval is het heel belangrijk dat wij als parlementsleden over de nodige informatie kunnen beschikken.
Elke lidstaat moest uiterlijk op 12 december 2024 een nationaal implementatieplan indienen. België is die verplichting flink nagekomen. De Europese Commissie heeft gecommuniceerd dat de lidstaten hun implementatieplan openbaar mochten maken. Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, dat voor u toch een gidsland is inzake migratie, hebben hun plan inmiddels gedeeld. In het belang van het parlementaire debat en opdat wij ons werk goed zouden kunnen uitvoeren, is het belangrijk dat wij over dat document kunnen beschikken. Binnen een aantal weken zullen we uw beleidsnota bespreken. Daarin zult u vaak verwijzen naar de implementatie van het Europese migratiepact. Om daarover op een kwaliteitsvolle manier te kunnen spreken, zouden we dat implementatieplan moeten krijgen.
Bent u bereid dat implementatieplan aan ons over te maken, al dan niet onder gesloten envelop, al dan niet achter gesloten deuren? Ik wil het plan kunnen lezen, want dat is belangrijk voor ons. Wilt u daaraan meewerken of niet? Zo ja, wanneer kunnen we het plan krijgen? Zo niet, wat zijn uw argumenten om dat plan niet over te maken?
Ik heb nog enkele seconden voor een bijvraag. U hebt daarnet verklaard nog steeds te willen werken aan een coalition of the willing in het kader van de externalisering van het terugkeerbeleid op Europees niveau, al dan niet in het kader van het implementatieplan van het migratiepact. Het toeval wil dat we drie minuten geleden van het algemeen secretariaat een mail met het regeerakkoord hebben ontvangen. Misschien een nieuwe versie? Ik weet het niet. Het zou een definitieve versie van het regeerakkoord zijn.
Na snel nazicht kan ik zeggen dat de coalition of the willing er niet in is vermeld. In de versie van 9 januari 2025 staat de coalition of the willing wel, maar niet in de laatste versie. U verrast me dus door hier nu te stellen dat u op zoek gaat naar een coalition of the willing, want uw coalitiepartners, cd&v, Les Engagés en Vooruit, zijn er niet. Ze zullen het misschien nooit weten. U stelt echter dat de coalition of the willing niet in het regeerakkoord staat. Kunt u mij dan verklaren welke versie van het regeerakkoord ik moet gebruiken om de debatten voor te bereiden, namelijk de versie met de coalition of the willing of de versie zonder de coalition of the willing?
23.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mijnheer Vandemaele, ik dank u voor uw vragen. U spreekt over een evergreen, dat is goed, zolang we die maar niet beginnen te zingen.
Heeft iedereen zo iemand in zijn partij? Wij
hebben ook partijleden die graag beginnen te zingen. (Hilariteit)
Het nationale implementatieplan in het kader van het EU-pact werd in december 2024 ingediend. Gelet op de deadline gebeurde dat onder de vorige regering, in lopende zaken. Sommige landen van de Europese Unie waren daar trouwens te laat mee, maar wij hebben het tijdig ingediend.
Aangezien bepaalde keuzes die in het plan moesten worden opgenomen niet in lopende zaken konden worden gemaakt, was het plan een onvolledig werkdocument, dat nog nadere afwerking vereist. Het onvolledige werkdocument wordt nu gefinaliseerd, conform de gemaakte beleidskeuzes. Zodra het klaar is, zal opnieuw worden geëvalueerd of het document openbaar wordt gemaakt of gedeeld en in welke vorm of met welke modaliteiten. U hebt al een aantal suggesties gegeven over mogelijke modaliteiten. Wij zullen het evalueren.
U vroeg naar een timing. Zoals ik al aangaf, moet er eerst verder werk worden gemaakt van de inhoud, zodat het vervolledigd kan worden. Daarna zullen wij het evalueren. Ik kan dus nog niets zeggen over de timing.
Wat de transparantie richting het Parlement betreft bij de uitvoering van het migratiepact, een deel van het werk in het kader van de implementatie van het EU-pact vraagt wetswijzigingen. Dat spreekt voor zich. Die wetswijzigingen zullen uiteraard de normale parlementaire weg volgen. Los daarvan hebt u natuurlijk steeds de mogelijkheid om mij daarover te bevragen, zoals u nu doet.
Wat de coalition of the willing betreft, er circuleren dan blijkbaar verschillende versies van het regeerakkoord. Op de website van de federale regering staat toch al een aantal weken de versie waarin het wel staat, tenzij dat nu ineens zou zijn gewijzigd. Het gaat dus over het verder inzetten op de externe dimensie van het migratiebeleid en daarover is er eensgezindheid binnen de regering.
23.03 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Ik vind het jammer dat ik de enige ben die hierover vragen stelt. Anders kon ik even kijken via de link die we net gekregen hebben. Volgens mij staat het er namelijk niet in. Het is dus echt heerlijk, het is zelfs kolder aan het worden, maar toch is dit niet onbelangrijk. Als het in een eerdere versie wel staat en in een volgende versie niet, dan is het dus wegonderhandeld door de ene of de andere partij. Als het wegonderhandeld is door een partij, dan zit er een partij in ons halfrond die zich in de luren laat leggen. Het is dus niet onbelangrijk voor uw coalitiepartners om dat eens te toetsen en te kijken in welke versie... Ondertussen is het voor ons als parlementsleden niet meer duidelijk in welke versie het staat of stond.
Wat het implementatieplan betreft, herhaal ik met de hand op het hart dat ik begrijp dat de vorige versie onvolledig was en dat die moet worden aangepast naar het nieuwe regeerakkoord. Ik begrijp dat, want ik heb ook vier jaar aan die kant gezeten. Ik snap dat dus helemaal.
Ik vind dat perfect verdedigbaar, maar ik zit nu aan deze kant. Wij willen allemaal ons werk op een goede manier doen. Ofwel stellen wij allemaal domme vragen, omdat we niet alle info hebben, ofwel krijgen wij alle info. Het is superbelangrijk dat wij, als parlementsleden, dat document krijgen, zodat wij ons op een goede manier kunnen organiseren om het werk voor u goed te laten verlopen. Ik vraag u dus met aandrang, op mijn knieën – ik weet niet wat ik nog moet doen –, om er toch even over na te denken en ons dat te geven.
23.04 Minister Anneleen Van Bossuyt: Ik heb ook aan de andere kant gezeten. Ik weet hoe graag men een antwoord op zijn vragen krijgt.
Mijnheer Vandemaele, in het regeerakkoord staat: 'samen met gelijkgezinde partners'. Als men dat in het Engels vertaalt, komt het daarop neer.
23.05 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Het gaat over terugkeerhubs. In de vorige versie stond er: coalition of the willing.
23.06 Minister Anneleen Van Bossuyt: (…)
23.07 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Als ik contact heb met uw coalitiepartners kan ik zeggen: coalition of the willing, of de versie in het Nederlands, zodat ze doorhebben waarover het gaat. Dat is belangrijk.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
24.01 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): De afgelopen maanden hebben we als parlement heel wat interessante hoorzittingen georganiseerd. We hebben hier met de heer Roosemont van de DVZ en de heer Oswald van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, met mensen van de Veiligheid van de Staat, met heel veel actoren kunnen spreken. Het viel op dat zij zich allemaal bijzonder kritisch uitlieten over de voornemens in het regeerakkoord, naargelang van de versie van dat akkoord. We hebben lang moeten werken met de versie van 9 januari. Telkens werden wel dezelfde problemen aangeduid.
Ook academici en juristen hebben met betrekking tot de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen gewezen op problemen in het regeerakkoord. Zo bleek dat de tijdelijke benoemingen ongrondwettelijk zouden kunnen zijn. U zegt dat u veel wetgevend werk in de pijplijn hebt zitten. De Grondwet zult u op dat punt niet wijzigen, veronderstel ik. Als die benoemingen momenteel ongrondwettelijk zijn, wat moet er dan gebeuren?
Bij de oprichting van de RvV werd de levenslange benoeming van rechters nadrukkelijk ingeschreven als een garantie op onafhankelijke rechtspraak. Nu komt u daarop terug. Hoe moeten wij dat opvatten? Voor de schriftelijke procedure is de situatie zeer duidelijk. Het recht om gehoord te worden, is Europees vastgelegd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. U wilt handelen binnen het wettelijke kader. Volgens dat wettelijke kader bestaat er steeds een recht om gehoord te worden, zelfs in een schriftelijke procedure. Hoe verhouden die twee zaken zich tot elkaar?
Een vierde punt van kritiek betrof de integratie van de RvV in de 'FOD Migratie'. Hoe zal men in dat geval de onafhankelijkheid kunnen vrijwaren? In het regeerakkoord staat dat de verenigde kamers op vraag van migratiediensten moeten samenkomen. Ook dat wordt door uw eigen topman sterk bekritiseerd. Hoe reageert u daarop? U hebt gezegd met hem te zullen samenzitten. Hebt u dat intussen gedaan? Welke inzichten zijn daar uitgekomen?
24.02 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, wat het regeerakkoord betreft, zijn we niet over één nacht ijs gegaan. We hebben inderdaad zeer lang en in detail onderhandeld en met reden. We zijn daarbij geen moeilijke zaken uit de weg gegaan. Er staan dus ook een aantal zaken over de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen in het regeerakkoord.
Een groep academici en juristen lanceerde onlangs een opiniestuk met hun bekommernissen omtrent de maatregelen in het regeerakkoord inzake de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Hun kritiek handelde voornamelijk over vier thema's, namelijk de tijdelijke benoemingen van rechters bij de RvV, de maatregel om de algemene vergadering en de verenigde kamers te laten samenkomen op vraag van de migratiediensten, de integratie van de RvV onder de overkoepelende 'FOD Migratie' en de standaardisering van schriftelijke procedures.
De auteurs vrezen dat door die maatregelen de onafhankelijkheid van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen in het gedrang komt. Ze menen ook dat de maatregelen in strijd zijn met de scheiding der machten, de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en of fundamentele rechten. Dat is natuurlijk volledig onterecht, want de RvV blijft een onafhankelijk administratief rechtscollege. De integratie van de RvV in één overkoepelende 'FOD Migratie' betekent niet dat de onafhankelijkheid ervan wordt aangetast, want hij valt nu immers ook onder de FOD Binnenlandse Zaken.
Tenslotte garanderen de andere maatregelen in het regeerakkoord net de eenheid van rechtspraak en efficiënte procedures. Als er ergens een grote vraag naar is, dan is het wel die eenheid van rechtspraak en die efficiënte procedures. Collega Vandemaele, u zou net absoluut voorstander van die maatregelen in het regeerakkoord moeten zijn. U zou een voorstander moeten zijn van meer discussie over bepaalde zaken tussen die verschillende rechters in de verenigde kamers.
Mevrouw de minister, wat is uw standpunt over dit opiniestuk? Kunt u toelichting geven over de toekomstige maatregelen inzake de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen? Kunt u toelichten hoe die maatregelen legitiem en conform de wetgeving zullen zijn?
24.03 Minister Anneleen Van Bossuyt: Mevrouw De Vreese, mijnheer Vandemaele, dank u wel voor uw vragen. Mijn kabinet en ikzelf hebben ondertussen overleg gepleegd met de personen naar wie u hebt verwezen, namelijk eerste voorzitter Marc Oswald en voorzitter Geert De Boeck van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.
Het is niet bedoeling om de inhoud van dat gesprek integraal weer te geven, maar de maatregelen waarnaar u verwijst, werden besproken. De voorgestelde wijzigingen zullen in samenwerking met de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen worden doorgevoerd. Laat het duidelijk zijn, wij willen geenszins de onafhankelijkheid van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen aantasten. We willen wel meer eenheid van rechtspraak bewerkstellingen. Er zijn immers grote verschillen tussen de uitspraken van de Nederlandstalige en de Franstalige kamer, die nochtans dezelfde Belgische en Europese wetgeving moeten toepassen. Meer eenheid van rechtspraak is dus belangrijk en zorgt ook voor meer rechtszekerheid voor zowel de aanvrager als de overheid.
Wanneer er geen eenduidigheid bestaat over de interpretatie van de wetgeving of de Europese rechtspraak, willen we de migratiediensten de mogelijkheid bieden om de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen te verzoeken de algemene vergadering en/of de verenigde kamers te laten samenkomen voor een uniform standpunt.
Ook moeten er meer prejudiciële vragen worden gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie, als het gaat over de toepassing van het Europees recht.
De keuze om de benoemingen te hervormen met hernieuwbare mandaten van vijf jaar, is erop gericht de kennisdeling te verbeteren en een rechtspraak te garanderen die mee evolueert met de maatschappelijke realiteit. U hebt gelijk dat we de Grondwet niet een-twee-drie kunnen wijzigen. Dat is ook niet de bedoeling. Er zijn evenwel verschillende modaliteiten mogelijk, die ook tijdens dat overleg zijn besproken. Men zou bijvoorbeeld eerst met een stage kunnen werken. Dat is een mogelijkheid.
De schriftelijke procedures, met de mogelijkheid om gehoord te worden, zijn vandaag al de norm. Die zijn niet bedoeld om de rechten van asielzoekers te beperken, maar wel om de doorlooptijd van zaken te versnellen en om te vermijden dat rechters overbelast raken. Mevrouw De Vreese wees er al op dat dit ook bijdraagt aan een snellere en veel rechtvaardigere behandeling van zaken, wat ook veel menselijker is voor de persoon in kwestie zelf. Eerlijk gezegd meen ik dat u daar niet tegen kunt zijn.
De voorgestelde hervormingen respecteren de scheiding der machten en zijn in lijn met internationale modellen. Net als in andere Europese landen waar migratieonderdelen binnen overkoepelende administraties werken, blijft de rechterlijke macht onafhankelijk. Over de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht bestaat geen twijfel.
De migratie-uitdagingen waar we vandaag voor staan en die we vanmiddag al meermaals hebben besproken, zijn gigantisch en vragen om een beleid dat zowel rechtvaardig als werkbaar is. De voorgestelde maatregelen dienen om de werking van het systeem te verbeteren zonder in te boeten op rechtszekerheid of fundamentele rechten.
24.04 Matti Vandemaele (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, de heer Oswald, juristen, experts, het middenveld, de lijst van mensen die problemen zien in hetgeen u van plan bent, wordt wel lang. U kunt de hele tijd zeggen dat u gelijk hebt, maar als de hele wereld rond u zegt dat u geen gelijk hebt, dan zal op een bepaald moment toch duidelijk worden wie wel gelijk heeft en wie niet.
U sprak over de eenheid van rechtspraak. Misschien is dat dan de onverklaarbare reden voor de leeftijdsgrens van 37 jaar. Dat is iets mythisch, in het regeerakkoord staat dat men 37 jaar moet zijn om daar rechter te zijn, maar niemand weet waarom.
U spreekt over kennisdeling. Als rechters daar slechts vijf jaar zitten, wat kan dan hun bijdrage zijn aan kennisdeling? Ik zie het helemaal niet. Maar goed, the proof of the pudding is in the eating, dat zal inderdaad zo zijn. U hebt mij niet overtuigd.
Mevrouw De Vreese, u mag schoonmoederen bij de minister zoveel u wilt, maar bij mij moet u dat in elk geval niet doen.
24.05 Maaike De Vreese (N-VA): Dat van die schoonmoeder heb ik niet goed begrepen. Ik hoop dat het nog eventjes mag duren voor ik schoonmoeder word.
Het is inderdaad belangrijk om de puntjes op de i te zetten, want hetgeen in dit opiniestuk gezegd wordt, is uiteindelijk niet min. Het doet mensen eraan twijfelen of wij wel recht in onze schoenen staan, alsof wij heel lichtzinnig over dat regeerakkoord zijn gegaan, zonder ook andere experts te consulteren of de zaken die erin staan wel degelijk af te toetsen met wat al dan niet kan.
Dat stuk werd inderdaad ondertekend door een heel resem mensen. Dat krijgt dan een nieuw leven, waarbij sommige partijen helemaal in de war zijn en niet meer goed weten wat het nu eigenlijk is. Mijnheer Vandemaele, dat zorgt ervoor dat u, ook al krijgt u hier nu een zeer gedegen uitleg, de komende jaren steeds bij uw zeer dogmatisch standpunt zult blijven, zoals we van Groen gewoon zijn.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
25.01 Maaike De Vreese (N-VA): Mevrouw de minister, onlangs publiceerde de Dienst Vreemdelingenzaken de statistieken van asielaanvragen van januari 2025. Maar liefst 3.540 personen dienden een verzoek om internationale bescherming in. De meest voorkomende nationaliteiten zijn Palestijnen, Afghanen, Congolezen, Turken en Syriërs. Er werden 2.259 dossiers overgedragen aan het CVGS, terwijl er 678 werden geweigerd in het kader van de Dublinverordening.
Het asiel- en migratiebeleid is een van de hoekstenen van het regeerakkoord van deze federale regering. We moeten niemand ervan te overtuigen dat de instroom en het hoge aantal asielaanvragen onhoudbaar zijn voor dit land. Met de arizonaploeg moeten we voluit gaan om deze instroom structureel en fors te verminderen.
U hebt al op heel wat vragen geantwoord tijdens deze vergadering. Kunt u echter nog wat toelichting geven bij de asielcijfers? Misschien krijgen we hier wel een primeur over februari. Zet de stijging zich verder of ben ik nog iets te vroeg?
Welke stappen zult u ondernemen om de instroom in te perken? Wat zijn de prioritaire werven waarop u wilt inzetten? Welke crisismaatregelen zult u nemen om de instroom aan te pakken? U zou heel snel komen met een aantal noodmaatregelen.
Kunt u toelichting geven over de uitrol van de ontradingscampagnes? We hadden al het idee om bijvoorbeeld samen te werken met Griekenland en daar forse ontradingscampagnes op te zetten, maar misschien kunt u al wat meer toelichting geven.
25.02 Minister Anneleen Van Bossuyt: Dank u voor uw vragen, mevrouw De Vreese. De cijfers van februari zijn er nog niet. We hebben net deze week die van januari besproken. Voor de cijfers van februari is het net iets te vroeg. De maand is ook nog niet om.
Zoals u weet – daarop werd vanmiddag al een aantal keer gewezen – werd een groot aantal aanvragen ingediend door mensen die reeds in een andere lidstaat geregistreerd zijn, vaak zelfs door mensen die daar al internationale bescherming genieten. Die secundaire stromen aanpakken vormt, zoals u beter dan wie ook weet, een van de prioriteiten van deze regering. Het kan niet dat mensen op twee of zelfs meer plekken asiel aanvragen. Dat is echt de kern van de Dublinverordening.
Het regeerakkoord voorziet in verschillende maatregelen om de instroom in te perken. Ik ga niet de volledige lijst opsommen, maar wij gaan bijvoorbeeld alle mogelijke verstrengingen in het Europese migratiepact hanteren om de secundaire stromen tegen te gaan.
De opvang zit overvol. Het kan niet de bedoeling zijn dat die opvangplaatsen worden ingenomen door mensen die al een asielprocedure hangende hebben in een andere lidstaat of die zelf al bescherming hebben. Ook dat zal deel uitmaken van het pakket van crisismaatregelen. We zullen de opvang beperken en waar mogelijk schrappen voor de asielzoekers die al internationale bescherming in een andere lidstaat hebben gekregen. België moet dat verzoek dan niet opnieuw onderzoeken. We zijn trouwens ook aan het bekijken of we, sneller dan het Europese migratiepact dat vraagt, al tot de implementatie van die maatregelen kunnen overgaan. Ook alleen verzoekers die voor het eerst een asielaanvraag indienen en die geen lopende of afgehandelde asielprocedure in een andere Europese staat hebben, krijgen een opvangplaats.
Over de gezinshereniging hebben we het daarnet al uitgebreid gehad. Ik had het over de manier waarop we die zullen verstrengen, over de inkomensvoorwaarden, over de taal- en inburgeringsvoorwaarden, over de wachttermijn en ook over het feit dat nieuwkomers vijf jaar zullen moeten wachten om sociale bijstand te kunnen krijgen. Dat zijn allemaal maatregelen om de instroom te beperken.
U had ook een vraag over de ontradingscampagnes. We zijn momenteel volop in overleg met de administratie over de praktische uitrol ervan. Dat zal absoluut een van de maatregelen zijn die we snel zullen nemen om tot die ontrading en dus de beperking van de instroom te komen.
25.03 Maaike De Vreese (N-VA): Het is inderdaad de belangrijkste taak om zo snel mogelijk de instroom naar beneden te krijgen.
Het klopt dat het draagvlak volledig weg is, behalve blijkbaar in Brugge, waar men nog steeds extra LOI’s wil openen. Misschien is dat in Gent ook het geval, mevrouw de minister? Wij zitten op dat vlak in dezelfde situatie. In Brugge wil men de LOI’s nog opdrijven, terwijl in vergelijking met 2024 Brugge 12 % extra leefloners telt, van wie 60 % niet-Belgen zijn. Dat is ongelooflijk.
De algemene tendens is dat de burgemeesters en schepenen die verantwoordelijk zijn zo snel mogelijk naar de vermindering van de instroom willen evolueren, omdat die niet enkel een impact heeft op het feit dat zij voor die mensen opvang moeten creëren, maar ook op al de rest, zoals huisvesting – in Gent vinden de Eritreeërs geen dak boven hun hoofd – en onderwijs en dergelijke meer.
Mevrouw de minister, er ligt dus belangrijk werk op de plank.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
De voorzitter: Met die bemoedigende woorden kunnen we de commissievergadering afsluiten. De vragen die wegens tijdsgebrek niet behandeld konden worden, worden opnieuw geagendeerd in een volgende vergadering.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.08 uur.
La réunion publique de commission est levée à 17 h 08.