CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 PLEN 088
CRIV 51 PLEN 088
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
P
LENUMVERGADERING
mercredi
woensdag
13-10-2004
13-10-2004
Soir
Avond
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Excusés
1
Berichten van verhindering
1
Reprise de la discussion de la déclaration du
gouvernement
1
Hervatting van de bespreking van de verklaring
van de regering
1
Orateurs: Greta D'hondt, Damien Yzerbyt,
Hans Bonte, Marc Verwilghen, ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique,
Maggie De Block, Marie-Claire Lambert,
Filip De Man, Francis Van den Eynde,
Muriel Gerkens, Claude Marinower, Jan
Mortelmans
Sprekers: Greta D'hondt, Damien Yzerbyt,
Hans Bonte, Marc Verwilghen, minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid, Maggie De Block,
Marie-Claire Lambert, Filip De Man, Francis
Van den Eynde, Muriel Gerkens, Claude
Marinower, Jan Mortelmans
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
SEANCE PLENIERE
PLENUMVERGADERING
du
MERCREDI
13
OCTOBRE
2004
Soir
______
van
WOENSDAG
13
OKTOBER
2004
Avond
______
La séance est ouverte à 20.35 heures par M. Herman De Croo, président.
De vergadering wordt geopend om 20.35 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Renaat Landuyt, Marc Verwilghen.
Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.
Excusés
Berichten van verhindering
Annemie Roppe, Greet van Gool, pour raisons de santé / wegens ziekte.
01 Reprise de la discussion de la déclaration du gouvernement
01 Hervatting van de bespreking van de verklaring van de regering
La discussion de la déclaration du gouvernement est reprise.
De bespreking van de verklaring van de regering is hervat.
01.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een
klein probleem. De minister van Werk is niet aanwezig. Mijn
toespraak handelt hoofdzakelijk over werkgelegenheid. Ik heb een
aantal heel concrete vragen die ik aan de eerste minister wilde stellen.
Ik kan alle begrip opbrengen voor de afwezigheid van de eerste
minister, maar ik zou toch graag zien dat mijn concrete vragen
beantwoord worden door de minister van Werk.
Ik zal alvast beginnen met mijn inleiding, mijnheer de voorzitter.
Gisteren heb ik de eerste minister met afhangende schouders en
gebroken vleugels aanschouwd en aanhoord tijdens zijn
beleidsverklaring. Ik hoopte stilletjes, tegen beter weten in, dat het
uiteindelijk tot de eerste minister zou zijn doorgedrongen dat er in ons
land 613.000 werkzoekenden zijn, waarvan ongeveer 200.000 oudere
werklozen. Dat zijn geen bruggepensioneerden, maar oudere
werklozen. Tegenover de 12.000 bijkomende jobs dit jaar, zoals hij
daarnet vermeldde, moeten wij 55.000 bijkomende werkzoekenden
stellen. Dat betekent dus een zwaar deficit. De 55.000 bijkomende
werkzoekenden sinds januari 2004 zijn volledige werklozen, terwijl de
12.000 nieuwe jobs eerst nog in fulltime equivalenten moeten worden
omgezet, voor ik die op hun volle waarde wil aannemen.
Ik had gehoopt dat wij in de beleidsverklaring kennis zouden kunnen
nemen van een aantal concrete, realistische, op resultaat gerichte
01.01 Greta D'hondt (CD&V):
Mes questions ont essentiellement
trait à l'emploi, bien que la ministre
compétente en la matière ne soit
pas présente. A l'occasion de la
déclaration de politique fédérale,
613.000 demandeurs d'emplois et
200.000 chômeurs âgés ont appris
que 12.000 emplois seraient créés
cette année. Malheureusement,
55.000 demandeurs d'emplois
supplémentaires sont venus
gonfler les statistiques du
chômage depuis le 1
er
janvier
2004. Il s'agit de demandeurs
d'emplois à temps plein, or, nous
ignorons à combien d'emplois à
temps plein ces 12.000 emplois
supplémentaires correspondent.
J'avais espéré que la déclaration
de politique fédérale comporterait
des mesures permettant d'insuffler
une - indispensable - bouffée
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
en financieel goed berekende tewerkstellingsmaatregelen. Deze
maatregelen zouden immers de noodzakelijke zuurstofstoot geven
aan onze economie en onze werkgelegenheid.
Mijnheer de voorzitter, collega's, de niet-oplossing van het
tewerkstellingsdossier van de voorbije weken, DHL, was natuurlijk
een groot teken aan de wand dat de 613.000 werkzoekenden in dit
land zich ook in deze beleidsverklaring geen illusies zouden moeten
maken. De VLD kan natuurlijk wel wat besparingen doen, want bij de
volgende kiescampagne zullen zij verder werk mogen zoeken, maar
dan wel voor 100.000 tot 150.000 werkzoekenden meer dan dit jaar
het geval was.
Sta mij toe te zeggen dat de werkgelegenheidsmaatregelen die ik
gisteren mocht aanhoren en die ik de voorbije uren kon lezen mij in de
plaats van de noodzakelijke zuurstofstoot van onze economie en onze
werkgelegenheid eerder doen denken aan de catalogus van
3Suisses. Leden van de regering, verschuil u niet achter uw respect
voor het sociaal overleg. Voor u op de tribune staat iemand die nooit
haar respect voor het sociaal overleg onder stoelen of banken heeft
gestoken omdat het niet alleen voor het sociale, maar ook het
economische reilen en zeilen van dit land een zeer belangrijke troef is.
Ik word wel een beetje lastig als het onvermogen om sluitende
tewerkstellingsmaatregelen voor te stellen wordt verborgen achter het
respect voor het sociaal overleg. Dan wordt een catalogus
aangeboden waarover zogezegd met de sociale partners zal worden
gesproken en waarover overleg zal worden gepleegd. Naar mijn
aanvoelen, ik hoop dat ik mij vergis maar ik denk van niet, zullen de
sociale partners, wanneer ze uit uw 3Suisses-catalogus kiezen als
antwoord krijgen dat het product uitgeput is, dat de juiste kleur of
maat niet meer beschikbaar is of dat het product nooit werd
gefabriceerd.
Na lezing van uw 3Suisses-catalogus met 7 paden en 30 voorstellen
is het, bij mij alleszins, niet overgekomen als het signaal dat men de
boodschap naar de tanende werkgelegenheid in dit land begrepen
heeft en dat men begrepen heeft hoe dat moet worden aangepakt.
Ik had graag gehad dat de minister hier was omdat ik mijn betoog wil
samenvatten in een aantal heel concrete vragen. Het gaat over de
geloofwaardigheid van de tewerkstellingsmaatregelen, over de
overtuiging, of het trachten van ons te overtuigen, dat het in de
regering, samen met de administraties, zeer goed bedacht,
overwogen en bediscussieerd is. Dat wantrouwen van mij zal voor
een deel weggenomen worden wanneer ik op mijn vragen een heel
concreet antwoord zou kunnen krijgen.
Mijnheer de voorzitter, u stelt uw kalender nooit bij. Omdat ik niet wist
of ik op 13 of 14 oktober zou spreken, heb ik mijn uiteenzettin
samengevat in 14 concrete vragen.
d'oxygène à l'économie. À cet
égard, l'approche de la question
DHL n'augurait rien de bon. Les
mesures relatives à l'emploi font
penser à un catalogue de 3
Suisses : le gouvernement
propose sept pistes et trente
mesures, parmi lesquelles la
concertation sociale doit faire son
choix. Mais les partenaires
sociaux s'entendront
probablement annoncer par le
gouvernement que ce qu'ils ont
choisi dans le catalogue n'est pas
livrable.
Je n'ai pas l'impression que le
gouvernement a véritablement
compris que la situation en
matière de chômage a pris des
proportions dramatiques. Je n'ai
pas davantage le sentiment que
les mesures préconisées ont fait
l'objet d'une réflexion approfondie.
Premièrement, dans le cadre de
l'octroi de la prépension, il sera
davantage tenu compte de la
durée de la carrière et de la
pénibilité du travail plutôt que de
l'âge. A cet égard, il conviendrait
toutefois de considérer également
la durée des études. Une carrière
obligatoire de 38 ans, c'est
beaucoup pour ceux qui effectué
de longues études. Qu'entend-on,
au demeurant, par professions
pénibles? Chacun ne juge-t-il pas
pénible le métier qu'il exerce? Et
qu'en est-il de la qualité des soins
si ceux-ci sont dispensés par une
infirmière âgée et fatiguée qui n'a
pas été admise à la prépension?
Deuxième réflexion : la
réglementation Canada Dry doit
rapporter 30 millions d'euros.
S'agit-il de prélèvements sur des
réglementations existantes ou sur
des réglementations nouvelles?
Combien de bénéficiaires compte-
t-on aujourd'hui? Quelle sera la
hauteur de la cotisation?
Troisième point : les titres-
services, le cheval de bataille de
la coalition violette, deviennent
plus chers d'un demi euro. Il s'agit
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
pourtant de la mesure par
excellence censée créer de
nouveaux emplois. Ceux qui ont
besoin d'aide à domicile ne
peuvent porter cette aide en
compte sur le plan fiscal. Dans les
faits, les pensionnés paient plus
que les ménages dont les deux
partenaires travaillent et doivent à
présent allonger un demi euro
supplémentaire. Comment pourra-
t-on éliminer cette injustice?
Quatrièmement : je n'ai trouvé
aucune mesure en vue de
combattre le chômage des
demandeurs d'emploi peu
qualifiés, des jeunes et des
femmes. L'argent disponible est
affecté en priorité aux chômeurs
âgés. 300.000 des 600.000
demandeurs d'emploi sont donc
oubliés. Par le passé, j'ai déjà
plaidé en faveur de mesures
efficaces permettant aux jeunes
étudiant à temps partiel d'acquérir
une expérience professionnelle. A
défaut d'une telle mesure, ces
jeunes viendront sans aucun
doute renforcer les rangs des
chômeurs structurels.
Le premier ministre a admis hier
que, contrairement à ce que l'on
observe dans les pays voisins, la
croissance économique ne
débouche pas suffisamment sur la
création d'emplois nouveaux. Ma
cinquième question est donc de
savoir comment le gouvernement
envisage de traduire le
renforcement de la croissance en
termes d'emplois.
De voorzitter: Mevrouw D'hondt, als ik mag zou ik u graag even onderbreken. Toen ik jong en onervaren
was, dat is niet lang geleden, zat ik in de Kamer en was de heer Van Acker voorzitter. Late nachtzittingen
waren toen heel frequent. Het is een van de goede invloeden van de dames in deze Kamer dat wij minder
nachtelijke zittingen kennen. Ik heb toen kort na middernacht de kalender die u daar aan de muur ziet
hangen, veranderd naar de volgende dag. Ik heb toen een ongelooflijke tirade gekregen van
kamervoorzitter Van Acker. Hij zei: "ce jour est le jour". Ik heb toen geleerd dat de dag de dag was en dat er
in deze Kamer geen verschil is. Mevrouw D'hondt, zelfs al zou u ons de hele nacht onderhouden, u blijft
spreken op 13 oktober.
01.02 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, u hebt ooit, ik
denk twee jaar geleden, hetzelfde gedaan met een jonge collega die
hetzelfde deed met die kalender. U had de les van Achiel Van Acker
dus heel goed begrepen. Ik heb meteen van u de gelegenheid
gekregen om lang door te praten. Dat heb ik toch niet misverstaan?
01.02 Greta D'hondt (CD&V):
Sixièmement, le ministre
Vandenbroucke m'a répondu au
printemps dernier qu'il ne pouvait
pour sa part être question d'un
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Ik heb dus 14 concrete vragen.
Ten eerste heb ik een vraag over het brugpensioen. Men zegt dat
voor het toestaan van het brugpensioen voortaan geen rekening zal
gehouden worden met de leeftijd, maar met de loopbaanduur en met
de zwaarte van het beroep. Ik hoorde de minister van Werk op de
radio in een interview zeggen dat dit voor een deel inderdaad zal
betekenen dat zij later op brugpensioen kunnen gaan, maar dat het
voor een deel geen wijzigingen zal geven. De collega's hier in de
Kamer weten toch wel heel goed sinds wanneer de leerplicht tot 18
jaar van kracht is?
Iemand die nog maar hogere studies van het korte type volgt, is 21 tot
22 jaar oud alvorens hij afstudeert. Reken daarbij de door de regering
vooropgestelde 38 jaar dienst alvorens men op brugpensioen kan
gaan, dan waarschuw ik ervoor dat vanaf volgend jaar en de
daaropvolgende jaren, de termijn van 38 jaar voor een grote groep
een minder gunstige situatie is dan de huidige.
Het begon mij te kriebelen toen er werd gezegd: "We zullen rekening
houden met de zwaarte van de beroepen." In een vorig beroepsleven
heb ik dat ook eens geprobeerd. Ik heb toen een werkgroep
samengeroepen die vergaderde over de opschuiving van de
brugpensioenleeftijd van 52 tot 55 naar 57 jaar. Wij zouden ook
bepalen wat zware beroepen waren. De enige rond de tafel wiens
beroep niet zwaar was, was ikzelf. Iedereen vond namelijk dat zijn
beroep zwaar was. Geef maar eens argumenten om te zeggen dat
het beroep van de informaticus minder zwaar is dan dat van de
bouwvakker. Er worden dan argumenten gebruikt als psychisch
versus fysiek werk. Ik wens u dus veel succes, maar het staat dus wel
zo in de tekst. Ik weet in ieder geval dat de termijn van 38 jaar het
minder gunstig maakt.
Van de minister wil ik graag vernemen wat het begrip zware beroepen
inhoudt. Dan zal ik een deel van de mensen die mij daarover
aanspreken, openlijk kunnen geruststellen.
Ik wil, vooral van de socialistische regeringsleden, het volgende
vernemen. Als niet meer de leeftijd geldt, maar wel 38 werkjaren, wat
zal u dan doen met de zorgsector? Voor de kwaliteit van de zorg stel
ik mij dan grote vragen voor iemand die verzorgd moet worden door
een verpleegster wiens gezondheid misschien even krakkemikkig is
als die van de patiënt.
Een tweede zaak is de Canada Dry-regeling. Het genoemde cijfer van
30 miljoen euro dat door die regeling de kas binnengerijfd zou kunnen
worden, intrigeert mij. Ik zou van de minister van Werk willen
vernemen of het gaat om heffingen op nieuwe of op bestaande
Canada Dry-regelingen. Weet men dat zou bijna een mirakel van
God zijn hoeveel Canada Dry-regelingen er zijn? Weet men hoeveel
mensen er genieten van een Canada Dry-regeling? Als men zegt dat
die regeling 30 miljoen zal opbrengen, dan moet men dat weten. Dan
kan men mij vandaag misschien ook zeggen hoe hoog de bijdrage zal
zijn, want dat interesseert inderdaad zeer veel mensen.
Mijn vraag is dus zeer concreet. Geldt het cijfer dat daarnet werd
aangehaald voor de oude of voor de nieuwe regeling? Hoeveel
bonus pension. Il semble qu'avec
lui, c'est le dernier socialiste qui
est parti. Quel sort réservera-t-on
dès lors aux invalides qui ne
peuvent plus travailler à partir de
trente ou quarante ans et qui ne
sont donc pas en mesure de se
constituer un deuxième pilier? Que
fera-t-on des personnes licenciées
après cinquante ans? La personne
qui n'a plus les moyens de se
constituer un bonus pension, a
tout de même droit à la justice
sociale.
Septième remarque. Le premier
ministre a également laissé
entendre à un journaliste qu'à
l'avenir, les préretraités et autres
personnes parties en retraite
anticipée, ne pourront plus refuser
un emploi. Ce n'est pas ce qui
figurait dans la déclaration
gouvernementale. Qu'en est-il ?
La remise au travail des
préretraités et des plus de 55 ans
retient trop l'attention, au détriment
du groupe des 50-55 ans. Va-t-on
enfin mettre un frein aux
licenciements dans ce groupe?
Point huit. Il est question, en ce qui
concerne la concertation sociale,
de "plus de formation, plus de
reclassement externe et une
carrière moins comprimée". Voilà
qui est bien beau, mais comment
financera-t-on ces mesures?
Présentera-t-on la facture aux
seuls entrepreneurs?
Neuvième point : le bonus crédit
d'emploi et la garantie de revenus
pour le travail à temps partiel sont
déjà réglés par la loi et auraient dû
être appliqués effectivement à
partir du 1
er
octobre 2004. Ces
mesures nous sont aujourd'hui
une nouvelle fois présentées
comme une innovation. Voilà qui
dépasse le stade de la honte.
Ma dixième réflexion concerne la
retenue de 13,07% sur le pécule
de vacances des fonctionnaires.
Aujourd'hui déjà, les communes
transfèrent soigneusement ces
cotisations à l'ONSSAPL, ce qui
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
personen genieten van een Canada Dry-regeling? Hoe hoog zal de
vergoeding zijn die zal moeten worden uitbetaald?
Een derde zaak is de dienstencheque. De dienstencheque wordt een
halve euro duurder. Het paradekind van paars. Het enige dat u aan
die 12.500 - de minister mede-uitvinder zit hier - bijkomende jobs
helpt. Knoop dat heel goed in uw oren. Het is het enige. De rest is
allemaal negatief. Dit wordt een halve euro duurder. Die halve euro
meer doet mij nog veel meer de vraag stellen waarom u met uw
fiscale aftrekbaarheid de mensen die nood hebben aan thuishulp
bestraft omdat zij niet fiscaal kunnen aftrekken. Een gepensioneerde
die hulp nodig heeft en een beroep moet doen op dienstencheques
omdat de wachtlijsten bij de klassieke diensten voor gezins- en
bejaardenhulp lang zijn, die betaalt in feite netto veel meer dan het
goede tweeverdienersgezin. Met die halve euro er nog eens bij hoop
ik - en u zult mij daarop antwoorden - dat u meteen ook maatregelen
genomen hebt om die onrechtvaardigheid weg te werken.
Een vierde zaak is - het zal waarschijnlijk aan mij liggen - dat ik geen
echte maatregelen gezien heb om de werkloosheid te bestrijden bij de
andere categorieën dan de oudere werklozen. Nochtans is het zo dat
de arbeidsmarkt niet dezelfde kansen geeft aan laaggeschoolden, niet
dezelfde kansen geeft aan allochtonen, niet dezelfde kansen geeft
aan vrouwen. Ons werkgelegenheidsprobleem, uw maatregelen, de
centen die beschikbaar zijn voor een tewerkstellingsbeleid
hoofdzakelijk of bijna uitsluitend focussen op de oudere werklozen is
een verkeerde boodschap aan die zeer vele jongeren die ook
vandaag geen werk vinden, of ze dan bleek of bruin van huidskleur
zijn. Dit is dus een fout, een zware fout die de politiek in dit land zwaar
aangerekend zal worden. Er zijn 612.613 werkzoekenden. 200.000
daarvan zijn oudere werklozen. Nog eens een goede 100.000 zijn
bruggepensioneerden. Dat betekent dat er 300.000 werkzoekenden
zijn die in uw waslijst, in uw catalogus van "3 Suisses" geen aanbod
kunnen vinden. Waar ik bij herhaling hier op deze tribune maar vooral
in de commissie voor gepleit heb is een oplossing met werkelijk
sluitende maatregelen om aan de jongeren die om allerlei redenen
kiezen voor deeltijds onderwijs en deeltijds werken ook die
noodzakelijke werkervaring te geven.
Het feit dat wij daar niet in slagen maakt van die jonge gasten tussen
16 en 18 jaar op voorhand al structurele werklozen.
Ten vijfde, de eerste minister heeft gisteren, voor het eerst sinds ik
hem ken in dit Parlement, erkend dat wij onze economische groei niet
hebben kunnen omzetten in werkgelegenheid, terwijl de ons
omringende landen ondanks dezelfde of zelfs een lagere
economische groei dit wel konden. De eerste minister verkondigde
onmiddellijk nadien dat de economische groei zal stijgen.
Mijn concrete vraag aan de regering en aan de minister van Werk is
de volgende. Ik hoop dat u analyseerde waarom wij, in tegenstelling
tot Duitsland Nederland, Frankrijk, Italië, Spanje, het Verenigd
Koninkrijk, en zeker tot de Scandinavische landen, de voorbije jaren
minder werk konden realiseren ondanks een hogere groei. Ik hoop
dat u weet waaraan dit ligt en dat u alles klaar hebt om de hogere
groei die zich zogezegd aankondigt, om te zetten in werk, want anders
herhaalt het fenomeen zich waarmee wij thans worden
geconfronteerd, te weten dat de kas leeg is en dat de werkloosheid
n'est toutefois pas encore le cas
des Communautés. Celles-ci
seront-elles davantage mises à
contribution? En effet, la mesure
envisagée concerne notamment
les milliers d'enseignants. On ne
peut dépouiller les Communautés.
La onzième question concerne les
mesures sociales. Ces mesures,
présentées comme "nouvelles"
dans la note de politique, le sont-
elles vraiment?
Ma douzième réflexion concerne
le manque de mesures
structurelles dans le domaine de la
sécurité sociale. Le gouvernement
a manqué une chance historique
en n'ayant une nouvelle fois
recours qu'à une série d'artifices.
C'eût été le moment pourtant de
trouver un mode de financement
autre celui des charges pesant sur
le travail pour les mesures non
liées à un statut. Si quelqu'un
n'avait pas réussi à l'en dissuader,
le premier ministre aurait même
vendu les bâtiments et les
meubles de l'ONSS.
Ma treizième question porte sur
l'absence de toute disposition sur
les régimes de pension de la
fonction publique. Les
fonctionnaires seront les premiers
à ressentir les effets du
vieillissement et il est donc
incompréhensible que rien ne soit
prévu afin d'y remédier. Les
prépensions à 57 ou 58 ans dans
le secteur privé sont remises en
question, mais qu'en est-il des
pensions à 50 ou 51 ans dans le
secteur public ? Les agents du
secteur public qui ne peuvent plus
exercer de métier à risques
doivent être intégrés dans une
autre fonction. Rien n'est
mentionné non plus concernant la
régime de pension des
contractuels dans la fonction
publique. Nous devons prendre
une initiative en la matière, non
pas en déposant une résolution,
mais en prenant des mesures.
Ma quatorzième question
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
niet daalt.
Ten zesde, de pensioenbonus. Ik heb in het voorjaar, toen het
onderwerp opdook, toenmalig minister Vandenbroucke erover
ondervraagd in de commissie voor de Sociale Zaken. Het antwoord
van minister Vandenbroucke liet toen niets aan duidelijkheid te
wensen over. Wat mij betreft, zei hij, geen sprake van! Ik vrees dat
met hem de laatste socialist hier vertrokken is.
De pensioenbonus is evenwel in het document opgenomen. Daarmee
wordt bepaald dat wie langer kan werken en wil werken, een hoger
pensioen geniet. Welnu, in dat geval wens ik aan iedereen niet
alleen aan de socialisten, maar aan iedereen die zich een sociaal
geweten toemeet te vragen wat men zal doen met de invaliden die
vanaf hun dertigste of veertigste niet meer kunnen werken en dus
uiteraard niet na hun zestigste of vijfenzestigste jaar voor een
pensioenbonus en die evenmin een tweede pijler hebben? Quid met
degenen die afgedankt worden boven de vijftig jaar en die wel willen
werken, maar geen werk vinden, ondanks alles? Die mensen hebben
geen pensioenbonus. Dergelijke vragen met betrekking tot de sociale
correctheid moet men durven beantwoorden.
Ik zal niet afgunstig zijn op degenen die, door werkomstandigheden
en door het geluk over een goede lichamelijke conditie te beschikken;
langer kunnen werken en een pensioenbonus kunnen opbouwen. Ik
vraag evenwel dat er in een ernstige sociale rechtvaardigheid wordt
voorzien voor degenen die, om diverse redenen, niet meer daartoe in
staat zijn. Een invalide heeft immers geen reserve kunnen aanleggen.
Ik had graag gehad dat de eerste minister hier was, maar de
regeringsleden zullen mij wellicht ook kunnen antwoorden. In een
interview gisteren met Ivan De Vadder zei de eerste minister dat
bruggepensioneerden en andere mensen in vervroegde uittreding in
de toekomst niet langer een jobaanbod zullen kunnen weigeren. Ik
dacht niet dat het een verspreking was toen hij het over de
bruggepensioneerden had. Zij zullen dus beschikbaar moeten zijn
voor de arbeidsmarkt. In de tekst van de regeringsverklaring staat dat
nochtans enigszins anders. Mijn vraag is heel uitdrukkelijk: hoe zit dat
nu? Gaat het over de beschikbaarheid van de oudere werklozen, van
de toekomstige of de huidige bruggepensioneerden? Na dit interview
van de eerste minister zou ik daarover graag duidelijk uitsluitsel
krijgen van de regering.
Mijnheer de voorzitter, heren ministers, collega's, ik heb de
gelegenheid gehad om het volgende al naar aanleiding van het
vergrijzingsdebat te kunnen zeggen. Wat mij in heel het debat omtrent
activering en tewerkstelling opvalt, is dat men nu overfocust op de
hertewerkstelling van de bruggepensioneerden en de 55-plussers. Dit
is een goede zaak, maar u weet dat er een zeer grote groep
werklozen bestaat tussen 50 en 55 jaar. De geloofwaardigheid van dit
activeringsbeleid van ouderen, beleid waarvoor ik namens mijn partij
en ook persoonlijk zeer sterk pleit, hangt af van het feit of men de
afdanking van oudere werknemers kan afremmen. Elk jaar komen er
tienduizend bij. Kan men dat afremmen en de 50- tot 55-plussers
opnieuw zinvol werk geven alvorens men zich moe begint te maken
met het herdenken van het brugpensioen en de tewerkstelling van de
+57- of 58-jarigen?
concerne la marge de manoeuvre
limitée qui serait disponible pour
les augmentations salariales et la
hausse du pouvoir d'achat. L'on ne
peut effectivement répartir des
ressources inexistantes. Mais le
gouvernement limitera-t-il
également les augmentations de
prix? Le gel s'applique-t-il
également aux autres revenus?
L'on ne peut affirmer qu'il faut se
serrer la ceinture, mais en limitant
ce principe à une partie de la
population.
A Gembloux, le gouvernement a
fièrement brandi son "objectif
200.000", bien que tout le monde
sache que seul Verhofstadt croyait
en la création d'autant de
nouveaux emplois. Un coureur du
Tour de France a un jour fait une
chute lors d'une ascension, s'est
redressé et a réenfourché son vélo
pour poursuivre sa route à toute
allure, mais hélas, en direction du
pied de la montagne. Le
gouvernement est à mi-chemin
dans le cadre de son objectif
200.000, mais il a également
emprunté la mauvaise direction :
on dénombre 100.000 chômeurs
supplémentaires.
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Mijn achtste vraag betreft het overleg met de sociale partners. In de
regeringsverklaring is er sprake van meer opleiding, meer
outplacement en meer ontspannen loopbanen. Ieder van ons weet
natuurlijk dat dit niet gratis is. Ik wil in dit Parlement dus heel graag
weten welke enveloppe de regering veil heeft voor dit sociaal overleg.
Ik hoop dat daar geld tegenover staat. Een soepeler loopbaan, meer
outplacement en meer opleiding zijn zaken waar wij allemaal achter
staan. Die alleen ten laste leggen van de ondernemingen die in de
voorbije periode al overbelast in plaats van ontlast werden, kan echter
niet de ingangspoort zijn voor een gedegen sociaal overleg met kans
op slagen.
Mijn negende vraag handelt over de werkbonus en de
inkomensgarantie-uitkering voor degenen die deeltijds werken. U kunt
natuurlijk proberen alles vier keer te verkopen, maar dit staat in de
beleidsverklaring en eigenlijk moest dit dertien dagen geleden in gang
zijn geschoten. Dat staat in de wet. Vanaf 1 oktober 2004 had dit
moeten worden toegepast. Nu verkoopt men dit nog eens in de "3
Suisses"-catalogus als een nieuw product. Men mag van het
Parlement toch niet verwachten dat wij niet onthouden en dat wij de
zaken niet volgen. Ik vind dit voor een stuk de schaamte voorbij.
Een tiende vraag gaat over de inhouding van 13,07% op het
vakantiegeld van de ambtenaren. Mijnheer de voorzitter, deze
maatregel zit er "en stoemelings" in. Men vindt dit terug in de nota,
maar niet in de teksten van de beleidsverklaring. Ik zou heel graag het
volgende weten van de regering. Die inhouding van 13,07% gebeurt
nu al, dus op dat vlak is er niets nieuws. Het gaat evenwel over de
doorstorting. De gemeenten storten dit door aan de RSZ-PPO. Dat
zijn brave leerlingen. De gemeenten betalen altijd. Dit is niet het geval
- de minister zal mij verbeteren als ik het verkeerd voor heb - voor de
Gemeenschappen. Het gaat hier onder andere over onderwijs. Dit
betekent dus een verzwaring van de rekening van de
Gemeenschappen. Is mijn interpretatie juist? Of sla ik de bal mis? Ik
zou daarop graag een heel duidelijk antwoord krijgen. Anders zijn wij
de Gemeenschappen aan het stropen. Ik zal blij zijn als ik mij vergis,
maar ik zou het graag weten.
Wat de sociale maatregelen betreft, kan mijn vraag eigenlijk heel kort
zijn. Ik weet niet wie in de regering verantwoordelijk is voor de
informatisering - het wisselt zo vlug -, maar er moet iets mankeren
aan de informatica: ofwel schort er iets aan de manier waarop
bestanden worden aangemaakt, ofwel werkt de printer niet goed. De
maatregelen die in de tekst staan als nieuwe sociale maatregelen heb
ik al een paar keer gelezen. Echt waar. Indien elke uitkeringstrekker
een euro zou hebben gekregen voor iedere keer dat dit werd verkocht
dan zou er geen probleem meer zijn met de aanpassing van de
vervangingsinkomens.
Een twaalfde vraag komt zeer diep uit mijn hart en handelt over het
gebrek aan structurele maatregelen voor de financiering van de
sociale zekerheid. Collega Goutry gaat het daarover en over de
gezondheidszorgen nog hebben. U hebt op dit vlak een historische
kans gemist. U hebt opnieuw, gelet op de grote uitdagingen, ook
inzake gezondheidszorg, gekozen voor het in evenwicht brengen van
de sociale zekerheid, maar met kunst- en vliegwerk.
U hebt niet de moed gehad om de sociale zekerheid en zeker de
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
aangelegenheden die niet meer statuutgebonden zijn, te financieren
met andere middelen dan lasten op arbeid. Het handelen uit angst
omdat degenen die thans geen bijdragen moeten betalen aan de
sociale zekerheid, in de toekomst wel een bijdrage zouden moeten
leveren, is een historische fout. Het "voortbricoleren" in de financiering
van de sociale zekerheid is een flater van jewelste. Wie de eerste
minister tegengehouden heeft, weet ik niet. Degene die het me in de
oren fluistert, betaal ik graag een pint. Degene die hem
tegengehouden heeft om de gebouwen en meubels van de RSZ te
verkopen, krijgt van mij een traktatie. Dat was het laatste! De
schaamte was nog nooit zo groot, mochten de gebouwen worden
verkocht.
Herinnert u zich nog de halve staatsgreep naar aanleiding van de
sale-and-lease-backoperatie van de treinen! Wie kwam dat hier
verkondigen op het spreekgestoelte?! Dezelfde mensen gingen de
gebouwen van de RSZ verkopen om de rekeningen nog effen te
krijgen!
Mijnheer de voorzitter, heren ministers, collega's, ik verschiet niet
snel. Daarvoor heb ik reeds te veel wateren doorzwommen. Ik
verschiet niet snel meer. Bij het lezen van dat bericht vroeg ik me af of
men hem werkelijk in alles zou volgen en ook dat toegeven om maar
aan de vetpotten te kunnen blijven zitten.
Ik kom tot mijn dertiende punt, de pensioenstelsels van het openbaar
ambt. In de regeringsverklaring wordt hierover met geen woord
gerept. Het pensioenstelsel van het openbaar ambt is echter wel het
stelsel dat de vergrijzing van de bevolking als eerste ten volle zal
aanvoelen. Dat is een feit. Niets hierover in de regeringsverklaring!
Quid met de vervroegde pensioenen van het openbaar ambt? Men zit
te leuteren over de brugpensioenen op 57 of 58 jaar. Over de
pensioenen op 50, 51 of 52 jaar in het openbaar ambt let wel, ik
misgun het de betrokkenen niet - wordt er met geen woord gerept.
Wie a zegt, moet ook b durven te zeggen.
Leden van de paarse regering, indien u werkelijk gelooft dat
werknemers boven de 50 ik wil het graag samen met u geloven -
opnieuw inzetbaar zijn in de privé-sector, moet dat a fortiori waar zijn
in de openbare sector en moeten 50-plussers ik neem als voorbeeld
een brandweerman - voor wie het onmogelijk is geworden hun soms
risicovol beroep in het openbaar ambt uit te oefenen, net zo goed als
de bouwvakker die de stelling niet meer op kan, een andere functie
krijgen. Niets hierover echter in de regeringsverklaring.
Evenmin rept de regeerverklaring over het pensioenstelsel voor de
contractuelen in het openbaar ambt. Die problematiek krijgt geen
oplossing door in de Kamer resoluties in te dienen en grote
persverklaringen te houden. In de privé-sector zijn we gelukkig bezig
met de opbouw van de tweede pijler. Voor de contractuelen in het
openbaar ambt is er in niks voorzien. Ik nodig de collega's die in hun
gemeente verantwoordelijkheid dragen, uit te onderzoeken hoeveel
contractuelen hun gemeente tewerkstelt en hoeveel personen reeds
meer dan 10 jaar op die manier tewerkgesteld zijn. Voor die groep
moeten we een oplossing durven uit te werken, echter niet met het
indienen van een resolutie, maar door eindeloopbaanmaatregelen te
nemen.
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Veertiende en laatste punt handelt over de ruimte die er niet of wel is
voor loonstijging en meer koopkracht.
Ik hoor dat dit zeer matig zal moeten zijn. Ik hoor dit ook zeggen voor
de sector van de zorg en de social profit. Als er niets is, kan er niets
verdeeld worden, dat is duidelijk. Ik vraag een antwoord aan deze
regering: hebt u in uw beraadslagingen dan ook gesteld dat u de
prijsstijgingen een halt toe zult roepen? Dat blijkt niet, want u verhoogt
al de accijnzen op de brandstof. Gaat u de prijzen in de hand houden?
Gaat u ook de andere inkomens zeggen dat dit er niet bij kan? Gaat u
misschien wat daar wel meer kan gewonnen worden, in de kas van de
sociale zekerheid of de werkgelegenheid storten? Men kan niet
zeggen dat het een economisch slechte tijd is, dat de tering naar de
nering gezet moet worden, maar dit beperken tot een deel van de
bevolking. Dan is het slechte tijd voor iedereen. Zoals moeder overste
zei: als het oorlog is, is het oorlog voor iedereen.
Ik zou willen besluiten, mijnheer de voorzitter, heren ministers,
collega's. In januari van dit jaar in Gembloux en nog enkele weken
nadien stonden de regeringsleden eigenlijk bijna als mussen die zich
een pauwenstaart hadden aangemeten voor de afbeelding
"Objectief 200.000". Niemand geloofde dat, niemand, behalve
Verhofstadt. Daarbuiten geloofde niemand dat. Ik moet dat eerlijk
zeggen: ik vertel geen leugens. In de commissie is dat zelfs nog
gezegd, ook door ministers. Geen mens geloofde dat. Goed, ik zou
het graag geloofd hebben.
Bijna een jaar later roept de situatie van vandaag bij mij het
hallucinante beeld op van vele jaren geleden in de Ronde van
Frankrijk. Ik ben natuurlijk een beetje ouder dan sommigen hier in de
zaal. Tijdens een rit bergop viel een coureur, krabbelde recht, pakte
zijn fiets of hij onder de pepmiddelen zat of groggy was van de val,
zal niemand ooit weten maar hij stapte op zijn fiets en begon te
koersen, alleen ging hij in de verkeerde richting. Bergaf in plaats van
bergop. Hij ging terug vanwaar hij gekomen was. Echt gebeurd.
Objectief 200.000. U bent bijna halfweg, maar in de verkeerde
richting. Er zijn 100.000 werklozen bij onder Verhofstadt in plaats van
200.000 jobs bij. Dank u wel. Ik vraag mij wel af waar de minister zit
voor mijn vragen.
De voorzitter: Mevrouw D'hondt, ik heb de minister laten terugkomen
die een stuk van de namiddag onder ons is geweest. Ik stel voor dat
zij met de gekende vlijt die u beiden kenmerkt, van uw vragen kennis
zou nemen en in voorkomend geval daar morgen zou op antwoorden.
Le président: Je propose que le
ministre prenne connaissance des
questions de Mme D'hondt et qu'il
y réponde demain.
01.03 Greta D'hondt (CD&V): Van mijn vlijt ben ik overtuigd.
01.04 Damien Yzerbyt (cdH): Monsieur le président, messieurs les
membres du gouvernement, chers collègues, à lire la déclaration
gouvernementale, la poursuite du développement de l'infrastructure et
des possibilités logistiques de notre pays apparaît comme le
cinquième défi sur lequel le gouvernement décide de se pencher.
Dans ce domaine, le premier ministre affirme que le gouvernement
apportera, je cite, "tout son soutien diplomatique et son aide".
Attention, cette déclaration de bonnes intentions n'est toutefois pas
faite sans prendre garde de s'exonérer directement de l'immobilisme
de certains dossiers cruciaux, tels que Rhin d'acier, Eurocaprail ou le
dragage de l'Escaut, pour lesquels le premier ministre affirme que,
01.04 Damien Yzerbyt (cdH): Ik
heb zo mijn twijfels over het
welslagen van de diplomatieke
bemiddeling van de paarse
regering om de verdere
ontwikkeling van het logistieke
potentieel en de infrastructuur van
ons land te garanderen. Het
recente getalm in het DHL-dossier
ligt wat dat betreft nog zeer vers in
het geheugen. De federale
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
dans ces domaines, la tâche incombe dans une large mesure aux
Régions.
Permettez-moi, messieurs les ministres, pour l'heure, de douter
quelque peu, pour ne pas dire beaucoup, des bons offices
diplomatiques du gouvernement violet. Les très récents
atermoiements dans le dossier DHL en témoignent à suffisance et la
difficulté, voire l'incapacité de ce gouvernement, de parler d'une seule
voix pour une solution prenant en compte la santé et le bien-être du
plus grand nombre de ses concitoyens en est une preuve flagrante.
Précisément dans ce dossier DHL, le gouvernement fédéral espère,
de son propre aveu, une réponse de la part de DHL. Le
gouvernement fédéral se met donc en position de faiblesse, sous le
diktat d'une multinationale qui fait fi du bien-être de deux millions de
personnes dans sa stratégie opérationnelle, en jouant la carte du
chantage de la délocalisation. Messieurs les ministres, nos
concitoyens méritent certainement mieux que cela!
Vous vous étiez engagés dans les accords de gouvernement à une
répartition plus équitable des nuisances aériennes, en redéfinissant
les routes aériennes sur la base des nuisances réellement ressenties
par nos concitoyens: routes déterminées à la suite de la réalisation
d'un cadastre du bruit, zone par zone. Or cette étude, pourtant
essentielle pour éclairer une prise de décision responsable, n'est
toujours pas réalisée. De l'aveu même du ministre de la Mobilité, M.
Landuyt, qui s'exprimait le 4 octobre dernier en commission de
l'Infrastructure, le cadastre du bruit ne sera réalisé qu'au deuxième
trimestre 2005. Reconnaissez encore une fois la légèreté avec
laquelle le gouvernement gère ce dossier!
Si l'on peut se féliciter de la création d'un fonds d'atténuation des
nuisances sonores par le précédent gouvernement, on s'étonnera
pourtant du fait que rien aujourd'hui n'a été réalisé afin de fixer, sur
une base raisonnable, les routes aériennes pour permettre l'activation
de ce fonds et donc l'isolation des zones, forcément les moins
peuplées, qui subiront les nuisances aériennes les plus fortes.
L'attentisme dans ce dossier doit également être mis en relief avec
les précautions qui entourent la vente par l'Etat de parts qu'il détient
dans l'exploitation aéroportuaire BIAC. On est en droit de se
demander à nouveau si on ne nous prépare pas une opération
providentielle "one-shot" susceptible de résoudre une fois encore le
manque de marge budgétaire du gouvernement.
En ce qui concerne le dossier SNCB, on est en droit de se féliciter
effectivement de la soudaine activité du gouvernement afin de
permettre aux chemins de fer belges d'entrer dans l'ère de la
libéralisation du rail et du souci de favoriser le transport du plus grand
nombre de passagers sur le territoire belge.
Toutefois, l'absence d'un nouveau contrat de gestion pour l'opérateur
passagers définissant clairement les missions prioritaires du service
public amène immanquablement une détérioration de l'offre adressée
à tous nos concitoyens.
L'actualité récente témoigne d'une mise à mal des objectifs de qualité,
d'efficacité et de proximité du chemin de fer par la rationalisation de
regering plaatst zichzelf in een
zwakke positie, en laat zich
voorwaarden dicteren door een
multinational die in zijn
operationele strategie lak heeft
aan het welzijn van twee miljoen
inwoners, en die openlijk chantage
pleegt door ermee te dreigen weg
te trekken!
De oprichting door de vorige
regering van een fonds voor de
beperking van de geluidsoverlast
is een goede zaak. Het mag
niettemin verbazing wekken dat er
tot op vandaag niets gebeurd is
om tot een redelijke spreiding van
de vliegroutes te komen, en om
dat fonds te activeren en dus werk
te maken van de isolatie van de
woningen in de zones die de
zwaarste geluidshinder zullen
moeten slikken en die per definitie
het dunst zijn bevolkt.
En hoe zit het met de voorzorgen
die de regering treft in verband
met de verkoop van de aandelen
van de Staat in
luchthavenexploitant BIAC? Wordt
hier geen
one-shot-operatie
voorbereid, een zogenaamde
"meevaller" waarmee de regering
eens te meer in de ontoereikende
budgettaire marge zou kunnen
voorzien?
In het NMBS-dossier werd geen
nieuw beheerscontract afgesloten
dat de prioriteiten van de openbare
dienstverlening voor de
verstrekker van het
passagiersverkeer duidelijk
vastlegt. Dit zal ongetwijfeld leiden
tot een verschraling van het
aanbod voor alle burgers.
Recentelijk is nog gebleken dat de
doelstellingen op het vlak van de
kwaliteit, de efficiëntie en de
gemakkelijke bereikbaarheid van
de spoorwegen in het gedrang
komen door de rationalisering van
het aanbod. Hierbij wordt haast
uitsluitend van economische
criteria uitgegaan: afschaffing van
stations en loketten evenals een
daling van de frequentie. Het is
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
l'offre basée principalement sur des critères essentiellement
économiques: suppression de gares, de guichets et de fréquences. Il
est plus qu'urgent que le gouvernement fédéral prenne ses
responsabilités et définisse de manière claire et chiffrée les objectifs
de l'opérateur passagers en termes de dessertes, de fréquences,
d'arrêts et d'accessibilité.
Je tiens à souligner, chers collègues, que la déclaration
gouvernementale n'est absolument pas rassurante à cet égard; celle-
ci fait état "du transport rapide des plus grandes masses sur des
distances plus longues". Doit-on d'ores et déjà en déduire que l'on
s'oriente vers la fermeture de nombreuses petites gares isolées?
Pour ce qui est de la dette, s'il est heureux de constater que l'Etat
fédéral respecte ses engagements, le cdH s'inquiète du fait que la
reprise ne concerne que la dette historique, à concurrence d'un
montant de 7,4 milliards d'euros et laisse donc une ardoise de
quelque 2,6 milliards au holding de la SNCB ou à tout le moins à l'une
de ses filiales. Le groupe cdH s'inquiète de l'impact que la charge de
cette dette résiduaire pourra occasionner sur la réalisation des
missions de service public des chemins de fer.
Il résulte du rapport au Roi du présent gouvernement relatif à l'arrêté
royal portant réforme des structures de gestion de l'infrastructure
ferroviaire que la dette sera logée dans une société baptisée "Fonds
d'Infrastructures ferroviaires" (FIF) détenue à 100% par l'Etat belge.
En échange, le FIF recevra des actifs immobiliers de la SNCB à
concurrence de 7,4 milliards d'euros.
La dépossession de la SNCB d'une part significative de ses actifs
immobiliers nous semble comporter, en germe, un risque significatif à
la fois pour les développements futurs du chemin de fer ainsi que
pour la rentabilité de l'opérateur passagers.
Selon les informations qui nous ont été communiquées, une liste
d'une quarantaine de biens immobiliers aurait été dressée en vue
d'être réalisés pour permettre au FIF de faire face au service de cette
dette pour les exercices 2005, 2006 et 2007. Le montant escompté de
cette réalisation serait de 300 millions d'euros et ce afin de permettre
que l'opération soit blanche pour les finances de l'Etat fédéral.
De plus, il nous revient que le produit escompté pour cette vente
serait plus de 200% supérieur à l'estimation réalisée par un auditeur
indépendant. Parallèlement à cela, il nous revient également que
dans le cas où le produit de la vente serait inférieur au montant
escompté, la SNCB Holding serait tenue d'assumer la différence de
charges.
Messieurs les ministres, si ces informations s'avéraient confirmées,
permettez-moi de m'inquiéter sérieusement pour la pérennité de la
qualité des missions de service public du rail dans un futur proche.
Autre inquiétude dans ce dossier SNCB, le report des nominations
des organes de gestion de la nouvelle SNCB et de ses filiales lors du
Conseil des ministres du vendredi 1
er
octobre 2004. A ma
connaissance, cela n'a toujours pas été décidé. En effet, il n'existerait
pas d'accord politique sur la liste des noms des futurs administrateurs
de la nouvelle SNCB et de ses filiales, alors que les nouvelles
hoog tijd dat de federale regering
haar verantwoordelijkheid op zich
neemt en concreet met cijfers in
de hand aangeeft welke
doelstellingen de verstrekker van
het passagiersverkeer moet
realiseren op het stuk van
bediening, frequentie,
halteplaatsen en toegankelijkheid.
Enkel de historische schuld zal
worden overgenomen. Een van de
dochterondernemingen van de
NMBS blijft opgezadeld met een
schuld van ongeveer 2,6 miljard
euro. Hierdoor kan de uitvoering
van de opdrachten van openbare
dienstverlening in het gedrang
komen. De schuld zal
ondergebracht worden in een
vennootschap het Fonds voor
spoorweginfrastructuur die voor
100 percent in handen is van de
overheid. In ruil ontvangt deze
vennootschap onroerende activa
van de NMBS voor een bedrag
van 7,4 miljard euro. Wij zijn van
oordeel dat in deze operatie een
groot gevaar schuilt voor een
blijvende kwalitatieve invulling van
de opdrachten van openbare
dienstverlening.
Andere reden tot bezorgdheid:
men zou het nog steeds niet eens
zijn over de toekomstige
bestuurders van de NMBS terwijl
de nieuwe structuren vanaf half
oktober operationeel zouden
moeten zijn.
Leg ons eens uit hoe u in het
dossier van de prefinanciering van
de infrastructuurwerken
vooruitgang denkt te boeken.
Tot slot wekt het verbazing dat
kort na de uitspraak over het
ongeval in Pécrot de regering niets
onderneemt om de veiligheid te
verbeteren.
De dotatie aan De Post is
onvoldoende om de opdrachten
van openbare dienst uit te voeren.
We vragen dat de minister van
Overheidsbedrijven met de directie
van De Post een oplossing zou
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
structures devraient fonctionner à partir de la mi-octobre 2004.
De surcroît, nous savons tous que les syndicats menacent de bloquer
la mise en place des nouvelles structures, considérant avoir été en
quelque sorte trahis par la direction de la SNCB.
Messieurs les ministres, permettez-moi une nouvelle fois de mettre en
doute l'apparente sérénité avec laquelle le gouvernement gère ce
dossier. Il faudra que vous nous éclairiez également sur les mesures
à prendre afin de faire avancer le dossier du préfinancement des
travaux d'infrastructure.
Enfin, et c'est le dernier point concernant la SNCB, au lendemain d'un
jugement accablant rendu à son encontre par le tribunal de police de
Wavre dans l'accident de Pécrot, jugement dénonçant l'insuffisance et
le non-respect des règlements de sécurité, on peut légitimement
s'étonner que le gouvernement n'ait annoncé aucune mesure de
nature à assurer une meilleure sécurité sur le rail.
Troisième pilier de nos infrastructures: La Poste.
Dans ce domaine, si les résultats sont très encourageants, c'est qu'un
incontestable travail de modernisation y a été accompli et y est encore
accompli. Cependant, nous tenons à rappeler que ce que l'Etat donne
aujourd'hui à La Poste en termes de dotation est largement insuffisant
pour couvrir les missions de service public qui lui sont confiées par le
contrat de gestion. Chaque année, depuis la signature du contrat de
gestion, l'Etat est et reste en défaut de verser à La Poste le montant
annuel adéquat. C'est de 80 millions d'euros par an que La Poste
serait lésée par l'Etat. Le gouvernement s'était pourtant engagé dans
la déclaration gouvernementale à allouer à La Poste les moyens
nécessaires à l'accomplissement des tâches de service public,
comme prévu dans le contrat de gestion. De tous nos voeux, nous
invitons le ministre des Entreprises publiques à se mettre autour de la
table avec la direction de La Poste afin de régler cette question.
La mise en oeuvre de Georoute, particulièrement en milieu rural,
semble toutefois rencontrer une série de problèmes: distribution
tardive du courrier et des journaux, démotivation du personnel. Je
profite de la présente tribune pour insister pour que le dialogue social
avec le personnel soit maintenu dans ce système de refonte des
processus et que les engagements de part et d'autre soient
respectés.
Si nous pouvons nous réjouir de l'annonce faite qu'à l'instar de
Belgacom, un partenaire industriel stable sera recherché pour La
Poste, nous insistons:
- premièrement, pour que ce processus se fasse par le biais d'une
augmentation de capital et non par la vente d'actions détenues par
l'Etat;
- deuxièmement, pour que la direction de La Poste soit associée au
processus d'appel d'offres et au choix de ce partenaire industriel;
- troisièmement, pour que ce partenaire industriel détienne une
quotité minoritaire dans l'entreprise.
Mais, de grâce, messieurs les ministres, faites en sorte que l'Etat
respecte ses engagements financiers décrits dans le contrat de
gestion. La mariée n'en sera que plus belle!
zoeken voor dat probleem.
De invoering van Georoute gaat
met een aantal problemen
gepaard. We vragen met
aandrang dat de sociale dialoog
wordt voortgezet en dat de
aangegane verbintenissen worden
uitgevoerd.
Naar verluidt zou De Post naar
een stabiele industriële partner op
zoek gaan. Dat is positief. We
vragen echter dat deze operatie
via een kapitaalverhoging zou
verlopen, en niet via de verkoop
van aandelen van de Staat. De
directie van De Post moet bij het
proces worden betrokken en de
industriële partner moet een
minderheidsaandeelhouder blijven.
Inzake verkeersveiligheid plaatst
de cdH vraagtekens bij de plaats
die de regering in haar verklaring
voor de "maatregelen ter evaluatie
van de nieuwe verkeerswet"
inruimt. Er bestaan al statistieken
terzake. Zal de minister van
Mobiliteit een statistische studie
laten uitvoeren door een orgaan
dat losstaat van zijn administratie?
Zou de kostprijs ervan
gerechtvaardigd zijn?
Het Arbitragehof heeft een
bepaling van het
verkeersreglement met betrekking
tot de intrekking van het rijbewijs
zonder een beslissing van de
rechter vernietigd; dat doet ons
meteen terugdenken aan de
manier waarop die wetgeving tot
stand is gekomen, namelijk zonder
enige vorm van overleg.
De cdH dringt erop aan dat de
geplande hoorzitting in de
commissie met de
gebruikersverenigingen wel
degelijk zou plaatsvinden,
teneinde een echt democratisch
debat over de verkeersveiligheid te
garanderen.
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Enfin, mes chers collègues, permettez-moi un bref commentaire sur
l'un des aspects du sixième axe de la déclaration gouvernementale,
celui intitulé "Sécurité: au-delà du malaise".
En matière de sécurité routière, le cdH se félicite des données
communiquées par le ministre Landuyt, qui tendraient à démontrer
une baisse du nombre d'accidents sur le territoire belge au 1
er
semestre 2004. Nous nous interrogeons toutefois sur la place que le
gouvernement laisse dans sa déclaration à ce qui est qualifié de
"mesures d'évaluation de la nouvelle loi sur la circulation". Ces
mesures ne constituent en fait rien de nouveau, puisque des
statistiques existent déjà en la matière. Doit-on comprendre que le
ministre de la Mobilité serait en passe de commander une étude
statistique à un organisme extérieur à son administration? Le coût
d'une telle mesure est-il justifié, eu égard à la redondance que
représenterait une telle information?
L'enthousiasme du gouvernement en cette matière est toutefois
tempéré par le fait que la Cour d'arbitrage a annulé une disposition du
Code de la route relative au retrait de permis sans recours au juge.
Cela nous rappelle le manque de concertation qui a entouré l'adoption
de cette nouvelle législation sur la sécurité routière et le fait que, dès
son adoption, une série de modifications avaient dû être apportées.
Pour terminer, nous prenons acte du fait que le gouvernement
souhaite consulter les associations d'usagers dans le cadre de
l'adoption de nouvelles mesures. Le groupe cdH insiste pour que de
telles auditions se déroulent en commission de l'Infrastructure de la
Chambre afin qu'un réel débat démocratique sur la circulation routière
puisse s'y tenir.
J'attendrai certaines réponses en commission avec impatience.
Merci, messieurs du gouvernement, merci chers collègues pour votre
attention.
Le président: Merci, monsieur Yzerbyt pour votre "maiden speech".
Je vous en félicite.
De voorzitter: Ik feliciteer de heer
Yzerbyt met zijn maiden speech.
01.05 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, collega's, toen
ik vanmorgen de krantencommentaren in verband met de federale
beleidsverklaring op de radio hoorde, had ik het door. Ik dacht dat het
inderdaad duidelijk was dat niet de regering of de politiek het noorden
kwijt is, maar blijkbaar een aantal commentatoren of redacties. In de
krantencommentaren waren er nogal wat tegengestelde reacties op
de regeringsverklaring. Vooral de kranten die beweren dat de federale
beleidsverklaring geen antwoord formuleert op alles wat samenhangt
met de uitdagingen van de vergrijzing, raad ik toch echt aan om de
regeringsverklaring te gronde te lezen. Vandaag heeft een aantal
collega's, waaronder de heer De Crem, gesteld dat we met een betere
voorbereiding op het vergrijzingsdebat het allemaal veel deskundiger
hadden kunnen aanpakken. Welnu, ik vraag mij af waar de heer De
Crem was toen we in het voorjaar ellenlange discussies hebben
gevoerd en ellenlange analyses hebben gemaakt. We hebben ook in
onze voltallige vergadering het debat gevoerd over de vergrijzing en
over de uitdagingen van de vergrijzing.
Ik heb mij gisteravond geamuseerd om de vijftien aanbevelingen die
01.05 Hans Bonte (sp.a-spirit):
Lorsque j'ai entendu la revue de la
presse ce matin à la radio, j'ai eu
le sentiment que ce n'était pas le
gouvernement mais bien les
rédactions des journaux qui
avaient perdu le sens des réalités,
essentiellement lorsqu'elles
écrivent que la déclaration de
politique fédérale n'apporte pas de
réponse au défi du vieillissement.
En septembre, la Chambre a
adopté à l'unanimité 15
recommandations relatives au
vieillissement. Je les ai comparées
avec la déclaration de politique et
j'en conclus que le gouvernement
a tenu compte de 14 des 15
recommandations. Deux d'entre
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
we in september in de Kamer hebben besproken - en die we ook met
unanimiteit hebben aangenomen -, naast de diverse hoofdstukken en
elementen uit het sociaal-economische programma van de federale
regering te leggen. Wanneer ik de evaluatie maak, merk ik dat op
veertien van de vijftien aanbevelingen is ingegaan. Het kan altijd de
vraag zijn in welke mate dat is gebeurd, maar de aanbevelingen die
we met de Kamer hebben aangenomen, zijn zeker niet in de kast
blijven liggen. Zij lagen ten grondslag van een reeks beslissingen.
Ik wil toch even stilstaan bij twee van die cruciale aanbevelingen die
we hebben geformuleerd en die we met de voltallige vergadering
hebben aangenomen, aanbevelingen waarmee de regering moest
werken.
Een van de belangrijkste aanbevelingen, collega's u zult het zich
misschien herinneren was de vijfde aanbeveling, namelijk dat
belangrijke beleidsingrepen nodig zijn met het oog op een drastische
verhoging van de tewerkstellingsgraad, de afbouw van de
overheidsschuld en de beheersing van de uitgavenstijging in de
sociale zekerheid, met bijzondere aandacht voor de gezondheidszorg.
Dat alles moet gebeuren met waarborgen voor een blijvend hoge
graad van sociale bescherming. Dat was die vijfde aanbeveling,
volgens mij een van de sleutelaanbevelingen waarop we voort moeten
werken om de vergrijzing voor te bereiden.
Cruciaal in de aanbeveling is natuurlijk het financieel beheer van de
sociale zekerheid. We moeten financiële zekerheid bieden, ook voor
het overheidsbudget. Of u dat nu graag hoort of niet, leden van de
oppositie of andere collega's, het is zonder meer een historische
prestatie we kunnen het niet genoeg beklemtonen dat de regering
voor de zesde keer op rij een begroting in evenwicht indient.
Daarmee zitten we op het schema zoals door de Hoge Raad van
Financiën, zoals door de vergrijzingscommissie is uitgetekend, dat
ons in 2011 op die symbolisch belangrijke 1,5% moest brengen. Dat
evenwicht is cruciaal, dat evenwicht is ook historisch. Ik geloof dat het
de premier was die daarstraks verwezen heeft naar hoe uitzonderlijk
het is wanneer men het op Europees niveau bekijkt. Naast Finland
zijn we effectief het enige land dat erin slaagt om een dergelijke
prestatie neer te zetten. Andere collega's hebben verwezen naar
Nederland waar een christen-democraat aan het roer staat.
Niettegenstaande men in Nederland met een pak minder intrestlasten
te maken heeft, presenteert deze premier vandaag wel een begroting
met een tekort en met een heel pak maatregelen die keihard snijden
in de sociale zekerheid, die ingrijpen in de werkloosheid, die keihard
ingaan op de rechten van mensen in de gezondheidszorg waar men
de factuur rechtstreeks gepresenteerd krijgt, in de arbeidsinvaliditeit
en zo zouden we nog kunnen doorgaan. Met andere woorden, ik denk
dat het belangrijk is om te onderstrepen dat het toch wel een
fundamentele prestatie is die verband houdt met die grote uitdaging
van de vergrijzing. Ik heb daarstraks het woord historisch genoemd.
Het is historisch, ik heb het deze namiddag nog opgezocht. Voor de
periode van zes jaar met begrotingsevenwicht was het geleden van
1950 dat er hier nog een premier is langsgeweest die een begroting in
evenwicht heeft gepresenteerd.
elles sont d'une importance
capitale. La cinquième concerne
l'augmentation du taux d'activité,
la réduction de la dette publique et
la maîtrise des dépenses de soins
de santé. La gestion financière de
la sécurité sociale joue un rôle
essentiel à cet égard. Il faut saluer
la prestation du gouvernement, qui
a été en mesure de nous
présenter un budget en équilibre
pour la sixième fois consécutive.
Nous respectons ainsi les
recommandations du Conseil
supérieur des finances et de la
Commission vieillissement. Le fait
est exceptionnel par rapport au
reste de l'Europe. Il suffit
d'observer la situation des Pays-
Bas, qui, sous l'égide d'un
ministre-président démocrate-
chrétien, sont confrontés à un
déficit et doivent consentir de
sévères économies en matière de
sécurité sociale. Nous vivons par
ailleurs un moment historique
puisqu'un premier ministre n'avait
plus présenté de budget en
équilibre depuis 1950.
01.06 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb het deze
morgen of kort na de middag ik weet het niet meer ook al gezegd.
01.06 Greta D'hondt (CD&V):
Invoquer la situation dans d'autres
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Ik vind het een beetje op het randje van armoede wanneer men zich
moet verschuilen achter wat in andere landen gebeurt. Ik heb toen
ook gezegd dat ik het poldermodel op het moment dat men het ons
aanprees nooit heb willen aanvaarden als model. Ik vind ook niet dat
we nu moeten gaan kijken wie het nog eventueel iets minder goed
zou kunnen doen dan wij. Wat mij bekommert, collega Bonte, en
waarschijnlijk ook u en wat we ook in de commissie voor de Sociale
Zaken bij het debat vernomen hebben, is wat hier in het land gebeurt
en wat dus de vervangingsratio van onze sociale uitkeringen is, of
daar nu nog op bespaard wordt of dat ze gelijk gelaten worden. Daar
zit een enorme uitdaging. Met een begroting in evenwicht hebben wij
daar eigenlijk maar heel weinig positief voor over.
Een tweede zaak is de begroting in evenwicht. Daar zal collega
Bogaert heel sterk op terugkomen. Ik zeg u ook collega Goutry naar
gezondheidszorg morgen dat u nog niet thuis bent. U bent nog niet
aan de arrivé met uw begroting in evenwicht.
Ik maak u geen verwijt, ik maak alleen een opmerking. Ik zeg dat
wanneer men bewust in de gezondheidszorg 200 tot 300 miljoen niet
in aanmerking neemt, dan weet men dat men daardoor achtervolgd
zal worden. U kunt dan niet zeggen dat de begroting in evenwicht is,
we zullen elkaar binnenkort spreken.
pays n'est guère solide comme
argumentation. Je m'inquiète des
ratios de remplacement pour nos
allocations sociales. Le
gouvernement aura encore bien
des difficultés à maintenir son
budget en équilibre. Le fait que
dans le secteur des soins de santé
un montant de 200 à 300 millions
d'euros n'ait pas été pris en
compte constitue un risque
permanent pour le gouvernement.
01.07 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, wat de
opmerking van mevrouw D'hondt betreft, de begroting is één. Men
heeft natuurlijk ook de rekening die na de begroting komt. Daar hebt u
een referentiepunt. Men kan daar de begroting, die toch een raming
is, toetsen aan wat in de rekening voorkomt. Ik stel toch wel vast dat
die rekeningen ook altijd sluitend en positief zijn gebleven. Men moet
daarin geen verschil zoeken. Men is daar een aantal jaren, tot op
heden vijf opeenvolgende keren, in geslaagd. Ik denk dat het juist de
verdienste is van deze regeringen dat ze met een sluitende begroting
konden werken. Ik vind het nogal gemakkelijk om dit argument aan te
halen en te zeggen dat we nog niet thuis zijn met de begroting. Men is
nooit thuis met zijn begroting. Ik stel wel vast dat de begrotingen en
de rekeningen met elkaar in overeenstemming zijn.
01.07 Marc Verwilghen, ministre:
Les comptes permettent de
contrôler le budget. Il s'est toujours
avéré que les comptes étaient
exacts et présentaient un boni.
01.08 Hans Bonte (sp.a-spirit): Ik wil inderdaad onderkennen,
collega D'hondt, dat we met een probleem zitten op het vlak van de
vervangingsratio's. We hebben inderdaad voor een stuk een ander
parcours afgelegd, een ander uitzicht gemaakt van ons
socialezekerheidsstelsel, bijvoorbeeld in vergelijking met Nederland
waar men veel selectiever toekent maar misschien een hogere
vervangingsratio heeft terwijl wij hier een veel universeler gespreide
sociale zekerheid hebben. Ik denk dat dit inderdaad een belangrijk
debat is dat we niet uit de weg mogen gaan. Ik denk dat het ook
belangrijk is om te onderstrepen dat wij een moeilijke budgettaire
context kennen. Iedereen weet dat het de komende jaren moeilijk zal
worden om sluitende begrotingen te maken en om voldoende
bescherming te kunnen bieden aan de uitkeringstrekkers, of men nu
tot de meerderheid of de oppositie behoort. Dit is precies het pad dat
we moeten blijven bewandelen. Men kan echter geen twee dingen die
tegengesteld zijn gelijktijdig doen, mevrouw D'hondt. Ik hoorde u
daarstraks op de tribune vragen hoe het toch komt dat dit land in
vergelijking met Engeland, Nederland, Duitsland enzovoort minder
werkgelegenheid creëert met dezelfde economische groei.
01.08 Hans Bonte (sp.a-spirit):
Je suis bien conscient du
problème des ratios de
remplacement. Dans d'autres
pays, ce ratio est peut-être plus
important mais les allocations y
sont accordées de manière plus
sélective.
Au cours des prochaines années,
il sera difficile de faire en sorte que
les budgets soient en équilibre tout
en garantissant une protection
suffisante des allocataires sociaux.
Mme D'hondt demandait pourquoi
on n'est pas en mesure de créer
autant d'emplois que dans
d'autres pays connaissant la
même croissance économique. En
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
U maakt daar een interessante vergelijking met onze economische
partners en buurlanden. Als men dan nagaat - en ik probeer dat te
doen - wat andere landen aan het doen zijn ter voorbereiding van de
vergrijzing, dan zie ik een hemelsbreed verschil tussen twee landen
die naast mekaar liggen, ongeveer in dezelfde economische ruimte
liggen, maar een politiek andere samenstelling hebben. Het is een
wereld van verschil.
Zij kiezen, met een lagere interestlast, met dezelfde economische
parameters, of met zo goed als dezelfde parameters, voor een model
waarbij ze het begrotingsevenwicht - en ze halen het evenwicht zelfs
niet - proberen te halen met een programma van massale sociale
afbraak. Deze regering daarentegen opteert ervoor om de vergrijzing
voor te bereiden met sluitende begrotingen en met een
programmering die hier en daar zelfs leidt naar een betere
bescherming van sociale-uitkeringstrekkers.
Dat is het fundamentele verschil en dat is ook de fundamentele keuze
die in de diverse lidstaten van de Europese Unie vandaag aan de
orde is. We kennen allemaal voorbeelden van landen waar men nu
aan het discussiëren is over het optrekken van de pensioenleeftijd en
over het brutaal ingrijpen op de vervangingsstelsels en
brugpensioenstelsels. Het is nuttig om dit verschil te blijven maken.
Het is ook nuttig om te zien wat er in de buurlanden gebeurt. Op dat
vlak moeten we misschien minder schroom aan de dag leggen en
moeten we misschien forser gaan werken, ook op het Europese
niveau.
Collega's, dit was de eerste aanbeveling. Ik wil nog maar eens het
belang van deze begroting in evenwicht onderstrepen. Iedereen weet,
het werd ook gezegd door een andere collega, dat wanneer men een
begroting opstelt men aan de start staat en dat het evident is dat men
daarmee nog niet aan de aankomst is. Het zal inderdaad kijken en
omzien zijn. Daarvoor dienen wellicht begrotingscontroles en
tussentijdse evaluaties.
Collega D'hondt, een tweede aanbeveling die in mijn optiek bijzonder
cruciaal is, is de hele eindeloopbaanproblematiek. U hebt ook
daarover in het lang en in het breed het woord gevoerd. We hebben
ook daar de voorbije maanden heel wat studiewerk kunnen bekijken,
heel wat discussies kunnen voeren en heel wat debatten over gehad.
Ik vind het dan een beetje eigenaardig wanneer u zich afvraagt
waarom er in de beleidsverklaring zoveel aandacht is voor de
eindeloopbaanproblematiek en zo weinig voor die andere zaken.
U behoort tot de groep van CD&V. Die groep heeft de voorbije jaren,
en voor een stuk terecht, telkens kritiek geuit op een
ondoorzichtigheid qua maatregelen in het arbeidsmarktbeleid.
Daarmee wil ik alleen maar aangeven dat wat in de beleidsverklaring
staat over de eindeloopbaanproblematiek niet het volledige
arbeidsmarktbeleid is. Ik ga ervan uit dat de maatregelen die op
stapel staan en die reeds ingevoerd zijn - u hebt daarstraks reeds
verwezen naar de dienstencheques en het effect daarvan - gewoon
blijven doorlopen. Ik wil toch even terugkomen op de
eindeloopbaanproblematiek. In de aanbeveling die deze Kamer
aangenomen heeft en die ze doet aan de regering wordt gepleit voor
een algemeen en coherent beleidsplan dat tegelijkertijd aandacht
heeft voor de stimuli binnen en buiten de sociale zekerheid om
fait, on opte pour des modèles
différents. Nous n'optons pas pour
une régression sociale extrême. Il
s'agit là d'une différence
fondamentale.
Une autre recommandation
importante a trait à la question de
la fin de carrière qui a déjà fait
l'objet de nombreux débats. La
politique de l'emploi ne se borne
toutefois pas à cette question : la
mise en oeuvre des mesures
existantes se poursuit
normalement. Dans sa
recommandation, la Chambre
plaide en faveur d'un plan
cohérent en ce qui concerne la
politique de l'emploi, un plan qui
tiendrait compte des incitants au
sein de la sécurité sociale et en
dehors de celle-ci pour quitter
prématurément le marché du
travail. Il importe d'élaborer un
plan global qui accorderait
l'attention nécessaire aux incitants,
tels que la possibilité d'interruption
de carrière.
Notre parti se félicite de ce que le
gouvernement n'ait pas touché à
l'âge de la prépension et à
l'interruption de carrière. Notre
seule préoccupation concerne la
capacité du gouvernement et du
Parlement à mettre en oeuvre
toutes ces mesures. Nous
soulignons que le concours des
partenaires sociaux sera
nécessaire pour les 31 mesures
annoncées.
Sur le plan socio-économique, on
peut critiquer un manque
d'ambition pour ce qui est
d'associer les niveaux de pouvoir
locaux et communaux à la création
d'emplois. Cela fait des années
que l'UE et le Conseil supérieur de
l'emploi demandent qu'on prête
attention à cet aspect. Car un
corollaire de notre économie
ouverte, c'est que nous sommes
et restons vulnérables alors que le
nombre d'emplois est tributaire de
la conjoncture internationale. Par
conséquent, nous devons exploiter
davantage l'atout que représentent
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
vroegtijdig de arbeidsmarkt te verlaten. Gelijktijdig moet dat
beleidsplan de zogenaamde pushfactoren, het onvriendelijke
ondernemingsklimaat voor oudere werknemers, behandelen.
Een derde element is de creatie van een levensloopperspectief,
waarbij levenslang leren wordt gestimuleerd en betere
uittredingsstelsels om tijdelijk de loopbaan te onderbreken worden
ingevoerd. Met andere woorden, we hebben hier de aanbeveling
gedaan aan de regering om een globaal plan te maken en zich niet
blind te staren op voorstellen en pleidooien over het optrekken van
brugpensioenleeftijd. U heeft gelijk. Als we dat doen, wordt dat direct
gecompenseerd - dat is de les uit het verleden - door een toename
van de oudere werkloosheid. We vragen de regering zich niet blind te
staren op het optrekken van de pensioenleeftijd, enzovoort. We
hebben inderdaad geleerd en ook als aanbeveling geformuleerd om
een algemeen plan te maken, waarbij zowel wordt gewerkt op het
ondernemingsklimaat, op mogelijkheden voor werknemers - ook
oudere werknemers - om levenslang te leren en de loopbaan te
onderbreken. Wij bevelen ook aan om een aantal aanpassingen te
doen op het vlak van de loopbaan en het loopbaanbeleid, zodat zowel
werkgevers als werknemers geïnteresseerd zijn en blijven om aan de
slag te blijven.
Ik wil er niet te ver op doorgaan. Ik wil niettemin het volgende
onderlijnen, enigszins in tegenstelling tot de pleidooien die we hebben
gehoord. Ik kijk in dat verband naar mevrouw De Block, die op een
bepaald moment pleitbezorger was om niet verder te gaan op het
spoor van loopbaanonderbreking en tijdverkorting en om het
brugpensioen fors terug te schroeven. Mijn partij is verheugd dat dit
niet in de beleidsverklaring staat. Aan de brugpensioenleeftijd wordt
niet geraakt, evenmin als aan de rechten om tijdelijk de loopbaan te
onderbreken. Ook daar hebben we immers gezien dat dit ons vooruit
helpt om werknemers langer aan de slag te houden.
Het enige wat ik in dat verband als bezorgdheid wil uitdrukken, is de
macht van een regering en een Parlement om dat alles te
verwezenlijken. We moeten beseffen dat die macht beperkt is en dat
we moeten rekenen op de hulp van de sociale partners. Alle 31
maatregelen die in het plan vervat zitten, zijn immers voor een groot
stuk geconditioneerd door de rol, de wil en het engagement die
sociale partners dagelijks moeten opnemen. Het is mijn hoop dat de
beleidsdeskundigheid, die volgens mij blijkt uit de beleidsverklaring,
geen dode letter blijft ten gevolge van het al of niet slagen van het
sociaal overleg.
Collega's, tot slot wil ik namens mijn fractie toch ook een kritiek
formuleren ten aanzien van het sociaal-economische programma dat
hier wordt gepresenteerd. Mijns inziens en namens mijn fractie wordt
er op één cruciaal terrein veel te weinig ambitie geformuleerd. Het
gaat met name om de belangrijke rol die het lokale niveau, het
gemeentelijke niveau kan en volgens ons moet spelen om, middels
de verdere ontwikkeling van de lokale economische diensten en
buurtdiensten, onze achterstand op de arbeidsmarkt weg te werken.
Het verbaast mij dat de regering daar zo weinig aandacht aan
besteedt. Het verbaast mij, omdat zowel de Europese Unie als de
Hoge Raad voor de Werkgelegenheid al sinds jaar en dag het belang
van die rol onder de aandacht brengen.
les marchés du travail locaux.
Dans les pays scandinaves, les
services locaux représentent 12,5
% du marché de l'emploi. Chez
nous, ce pourcentage n'est que de
6,7 %. Notre pays ne met pas ce
potentiel à profit. Le miracle
économique scandinave a été
rendu possible par des
investissements massifs dans les
services locaux.
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
In de beleidsverklaring wordt terecht de nadruk gelegd op het open
karakter van onze economie, waardoor de concurrentiepositie van
ons bedrijfsleven nauwkeurig moet worden bewaakt. Dat is ook de
reden waarom we de arbeidskosten maximaal onder controle dienen
te houden en de uitgaven in de sociale zekerheid moeten verzekeren
wanneer we lastenverlagingen doorvoeren. Hoe dan ook, het open
karakter van onze economie zorgt ervoor dat we kwetsbaar blijven en
dat het aantal jobs dat erbij komt in grote mate afhankelijk is van de
internationale conjunctuur. Dat plaatst ons inderdaad in een
kwetsbare positie.
Daar kunnen wij echter uitgeraken, indien wij meer de kaart van de
lokale arbeidsmarkten zouden trekken. Wij hebben op dat vlak een
zeer serieuze achterstand opgelopen ten aanzien van een reeks
andere Europese landen.
Wij kijken tegenwoordig - ook de regering heeft dit gedaan in haar
beleidsverklaring
- zeer dikwijls naar de puike
werkgelegenheidsprestaties in de Scandinavische landen. Welnu,
wanneer wij kijken naar de aard van de diensten, dan wordt duidelijk
dat ons land een enorm potentieel aan werkgelegenheidskansen laat
liggen in deze lokale diensteneconomie. In vergelijking met de
Scandinavische landen is er bij ons in de totale dienstensector
immers een aanzienlijk verschil in de branche gezondheidszorg en
maatschappelijke dienstverlening. Waar dit bij ons slechts 6,7% van
de werkgelegenheid bedraagt, is het in de drie Scandinavische
landen, waarnaar iedereen zo jaloers kijkt, liefst 12,5%. Dat is meer
dan het dubbele. In Zweden en Denemarken ligt het zelfs nog een
stuk hoger.
Als wij een les moeten trekken uit de Scandinavische landen, dan is
het dat deze landen een goed voorbeeld stellen van verregaande
financiële ondersteuning van de lokale dienstverlenende sector. De
Scandinavische landen investeerden massaal in sociale
voorzieningen, zelfs in die mate dat het Scandinavisch wonder, wat de
tewerkstelling betreft, er alleen gekomen is door een spectaculaire
toename van de tewerkstelling door lokale overheden in sociale
voorzieningen en sociale dienstverleningen. Dit is de realiteit
waarnaar wij ons moeten durven richten. Dit is de realiteit waaruit wij
ook onze lessen moeten trekken.
01.09 Maggie De Block (VLD): Mijnheer Bonte, ik heb alle begrip
voor uw Scandinavisch wonder. Ik heb daarvoor ook veel
belangstelling en eerbied, maar u weet toch dat de mensen daar veel
langer werken dan hier. Vijf minuten geleden zei u dat er niet geraakt
mag worden aan het brugpensioen. U zei mij toen dat u blij was dat dit
eruit gehaald was. Het verheugt mij dat u zich daarover verheugt,
maar hoe zit het dan in de Scandinavische landen? Als de mensen
daar acht tot tien jaar langer werken dan hier, dan denk ik niet dat zij
daar zo'n hemelse brugpensioenregeling hebben als die waarover u
daarnet sprak. Als u A zegt over de Scandinavische landen, dan moet
u ook B zeggen. Zij hebben een heel breed sociaal vangnet, maar zij
werken ook veel langer. Als u refereert aan het Scandinavische
wonder, dan kan het ene niet zonder het andere.
01.09 Maggie De Block (VLD):
La carrière professionnelle est
plus longue dans les pays
scandinaves qu'ici et la
réglementation en matière de
préretraites n'y est pas aussi
souple.
01.10 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mevrouw De Block, als men langer
werkt in de Scandinavische landen, dan heeft dit wellicht voor een
groot stuk te maken met het feit dat de arbeidsmarkt daar
01.10 Hans Bonte (sp.a-spirit): Si
l'on travaille plus longtemps dans
ces pays, c'est parce que les
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
daadwerkelijk kansen biedt aan oudere werknemers om langer te
werken. Hier worden wij in eerste instantie nog altijd geconfronteerd
met een ongelofelijke uitstoot van 50-plussers, meestal in de richting
van de oudere werkloosheidssystemen en, marginaal in vergelijking
met de invaliditeit en de oudere werkloosheid, naar het brugpensioen.
Dit is de realiteit. Men investeert veel te weinig in de toekomstkansen
van oudere werknemers. Men zet hen liever met een of andere
gouden handdruk of via een of ander sociaal stelsel - als het
brugpensioen niet lukt, dan gebruikt men de Canada Dry - aan de
kant.
Onze ambitie zowel de uwe, de mijne als die van de andere leden
van de Kamer is dezelfde. Wij moeten streven naar een
samenleving en een economie waarin oudere werknemers nog
kansen krijgen en zich nog goed voelen in hun vel om beroepsactief
te blijven. Dat is precies het interessante aan wat in Scandinavië
gebeurt. Daar combineert men effectief een relatief hoge
belastingdruk en relatief hoge uitgaven in de sociale zekerheid met
massale investeringen in collectieve diensten en sociale
voorzieningen, terwijl men er toch in slaagt om een zeer hoge
participatiegraad te realiseren op hogere leeftijd. Daarmee wil ik maar
aangeven dat het daar allemaal mooi in zijn plooi aan het vallen is.
Een belangrijke hefboom daartoe is de ondersteuning van de lokale
arbeidsmarkt en van de lokale diensteneconomie.
Al herhaaldelijk werd gezegd dat wij staan waar wij nu staan, dat wij
economische rampjaren achter de rug hebben en dat het hopelijk
allemaal terug beter wordt. Een element is evenwel duidelijk
gebleken, met name dat er ook in ons land een toekomst en
jobkansen liggen in de lokale diensten. Het bewijs daarvan wordt elke
dag opnieuw geleverd met de dienstencheques, waarbij
overheidsondersteuning zorgt voor de organisatie van diensten op het
lokale niveau en voor de creatie van jobs. Op die manier krijgt men
mensen opnieuw aan de slag en speelt men in op een koopkrachtige
vraag op het lokale niveau.
Precies op die lijn, die wij namens de sp.a-fractie uittekenen, willen wij
doorgaan. Wij willen dat de lokale arbeidsmarkt versterkt wordt, dat
het beleid op dat vlak meer kansen krijgt door massaal zogenaamde
zilverjobs te creëren. Dat is een uitdaging waarover wij met zijn allen
bezorgd moeten zijn. Wij kennen de cijfers we hebben ze
herhaaldelijk gehoord in de commissie en in de plenaire vergadering
over de toename van het aantal ouderen, de vergrijzing in de
vergrijzing, de toename van het aantal 80-plussers. Precies die
kwetsbare groep zal extra diensten nodig hebben, als wij willen
vermijden dat wij hen "en masse" in residentiële voorzieningen of in
ziekenhuizen zullen moeten plaatsen. Wij moeten netwerken
opbouwen rond die senioren, in het licht van de steeds toenemende
vergrijzing.
Ik neem één concreet voorbeeld. Ik heb de cijfers opgevraagd in
verband met thuisongevallen bij ouderen. Welnu, dat is een gigantisch
onderschat maatschappelijk probleem. Inderdaad, meer dan een
kwart van de thuiswonende ouderen van 70 valt minstens een keer
per jaar en de helft van de 80-plussers valt een keer per jaar. Deze
personen worden dan opgenomen in een ziekenhuis. Een op de vijf
ouderen houdt aan die ongevallen zeer ernstige letsels over en een
op de drie ouderen met een heupfractuur als gevolg van een
travailleurs âgés s'y voient offrir
plus de chances alors qu'ici ils
sont rejetés, vers la préretraite
notamment. En Scandinavie, des
impôts élevés et des
investissements massifs dans les
dispositifs sociaux sont associés à
un fort taux de participation à un
âge avancé. Les marchés locaux
de l'emploi et l'économie de
services constituent des leviers
importants, qui offrent des
opportunités d'emploi dans notre
pays aussi. Les titres-services en
ont fourni la démonstration. Nous
voulons consolider le marché local
de l'emploi en créant des emplois
spécifiques pour les aînés, ce qui
peut se faire par le biais d'aides
publiques en matière de titres-
services. Le vieillissement de la
population requiert des services
supplémentaires et de nouveaux
réseaux pour les seniors, pour
éviter que toutes les personnes
âgées n'atterrissent dans des
hôpitaux ou des maisons de
repos. A cet effet, le
gouvernement doit faire appel aux
chômeurs et convertir les ALE en
des agences locales de
développement de l'emploi.
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
dergelijke val, sterft binnen het jaar. Dat zijn cijfers die onze ogen
moeten openen, zeker nu wij weten dat de demografische
verschuiving spectaculair zal toenemen. De realiteit is dat die mensen
terechtkomen in ziekenhuizen en residentiële voorzieningen of
effectief veel sneller overlijden. Wij hebben een maatschappelijke
opdracht. Er is een grote behoefte. Wij moeten rond die behoeften
jobs creëren op het lokale niveau. Dat zijn precies de zilverjobs die wij
voor ogen hebben.
Wij betreuren het dan ook dat de federale regering in haar
beleidsverklaring te weinig ambitieus is om effectief werklozen in te
schakelen in die lokale arbeidsmarkt. Wij pleiten ervoor dat het
plaatselijk werkgelegenheidsagentschap, het PWA, omgevormd wordt
tot een plaatselijke werkontwikkelingsmaatschappij, zodat werklozen,
steuntrekkers en misschien geïnteresseerde oudere werklozen op die
manier opnieuw zinvol aan de slag kunnen en zinvol kunnen bijdragen
aan de grote uitdaging van de vergrijzing.
01.11 Marie-Claire Lambert (PS): Monsieur le président, messieurs
les ministres, chers collègues, permettez-moi en premier lieu
d'émettre quelques considérations sur le budget des soins de santé et
dans un second temps de mener une brève réflexion plus globale sur
le financement de notre sécurité sociale.
La politique des soins de santé est une politique globale car notre
société doit faire face à des défis importants, notamment en termes
de vieillissement de la population, d'accessibilité aux soins ou de coût
des nouvelles technologies médicales. Nous en sommes ici tous
conscients. Les priorités en cette matière sont la santé et le bien-être
de nos concitoyens. De nombreuses décisions de principe ont été
prises depuis le début de la législature notamment lors des conclaves
de Gembloux et d'Ostende. Elles doivent maintenant être
concrétisées.
Précisément, dans le cadre du budget 2005, c'est une vision à long
terme pour notre système de soins qui nous est proposée. Le budget
des soins de santé s'élèvera à 17,289 milliards d'euros en 2005. Cela
équivaut à une croissance réelle de 6,3% par rapport à 2004. De cette
façon, le budget reste dans le cadre strict de la norme de croissance
fixée à 4,5% outre l'inflation, tel que défini dans l'accord de
gouvernement. C'est donc un budget réaliste et volontariste en
termes de choix d'avenir, puisqu'il se base sur les cinq éléments
suivants:
1. le respect de la norme de croissance;
2. une projection réaliste du budget des médicaments;
3. une approche structurelle du sous-financement hospitalier;
4. une réponse aux besoins du secteur non-marchand;
5. un meilleur accès aux soins et un bon usage des ressources.
Pour la survie du système, nous ne pouvons plus tolérer qui celui-ci
s'emballe dans une spirale de dépenses incontrôlées. C'est pourquoi
le gouvernement prévoit de nouvelles mesures pour un montant de 44
millions d'euros et des économies de l'ordre de 228 millions d'euros.
Notre système de soins est un des meilleurs au monde en termes de
rapport qualité-prix; il doit le rester. Cela passe notamment par une
responsabilisation accrue de tous les acteurs du système de soins.
En 2005, chacun sera mis à contribution: les médecins, l'industrie du
médicament, les pharmaciens et les patients.
01.11 Marie-Claire Lambert (PS):
Nu onze samenleving voor een
aantal belangrijke uitdagingen
staat, zoals de vergrijzing van de
bevolking, de toegang tot de
gezondheidszorg en de kostprijs
van de nieuwe technologieën,
moet een globaal
gezondheidsbeleid worden
gevoerd. Sinds de aanvang van de
zittingsperiode werden talrijke
principebeslissingen genomen, die
nu concreet vorm moeten krijgen.
In haar begroting voor 2005 stelt
de regering een langetermijnvisie
op de gezondheidszorg voor. Voor
2005 bedraagt de begroting
17,289 miljard euro, wat een
stijging met 6,3 procent ten
opzichte van 2004 betekent.
Daarbij wordt de groeinorm van
4,5 procent geëerbiedigd. De
regering heeft een realistische en
voluntaristische begroting
opgesteld, gestoeld op het behoud
van de groeinorm, een realistische
schatting van de
geneesmiddelenbegroting en een
structurele benadering van het
financieringstekort voor de
ziekenhuizen. De begroting komt
tegemoet aan de noden van de
non-profit sector en verzekert een
betere toegang tot de
gezondheidszorg. Tegelijkertijd
worden de middelen op een
doordachte manier aangewend.
Wij kunnen geen
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Dans ce contexte difficile, un ensemble de nouvelles mesures
positives à destination de groupes cibles sont avancées. Permettez-
moi d'en détailler certaines en les commentant quelque peu.
D'abord en matière de médicaments, l'enveloppe consentie augmente
de 11,7% par rapport au budget 2004. En contrepartie, des efforts
sont demandés pour obtenir une maîtrise structurelle des dépenses
du secteur. Une mesure essentielle à cet égard est la stimulation
induite par l'usage des médicaments génériques à prescrire et à
acheter à la place d'autres spécialités plus chères.
On sait que les génériques coûtaient déjà 26% moins cher que la
molécule classique. La base de remboursement d'un médicament de
marque est portée à moins 30% lorsqu'un générique existe. Dès lors,
c'est tout bénéfice pour le patient que de recourir davantage aux
médicaments génériques.
La réduction vise aussi les médicaments anciens qui voient leur prix
baisser au niveau de celui des génériques. Ces génériques que
certains veulent discréditer, sans doute pour des raisons
commerciales, font actuellement l'objet d'une campagne de
promotion. Encore trop peu répandus en Belgique alors qu'ils sont
moins cher, les génériques devraient maintenant s'installer
durablement dans les habitudes des patients et des prescripteurs.
Aux Pays-Bas, en Allemagne ou en Angleterre, ils représentent plus
de 50% des prescriptions. En Belgique, la proportion devrait atteindre
les 10% en 2004. C'est encourageant. L'effort est à poursuivre. La
volonté est maintenant réelle de contrer la méconnaissance et la
méfiance qui demeurent au sein du grand public.
En ce qui concerne la lutte contre le tabagisme, cette mesure vient
renforcer notre politique de santé. Des hausses sensibles du prix du
tabac sont annoncées. Il est maintenant prouvé que des hausses
significatives ont un effet dissuasif pour contrer les méfaits du tabac.
Nous sommes donc sur la bonne voie, mais il faut aussi épingler que
l'assurance maladie, dès le 1
er
septembre 2005, prendra partiellement
en charge le coût du sevrage tabagique chez les femmes enceintes et
leur conjoint. Lorsqu'on sait que 28% des femmes enceintes sont des
fumeuses, on ne peut que se réjouir d'une telle démarche, ce d'autant
plus que les études montrent que 75% de ces femmes souhaitent
arrêter de fumer.
Il est également proposé de prolonger l'opération de sensibilisation et
de prise en charge gratuite des soins dentaires pour tous les enfants
de 0 à 12 ans. Là aussi, une petite réflexion. Nous entendons dire par
certains que cette mesure serait de nature à déresponsabiliser le
patient. C'est oublier un peu vite que ce sont souvent les personnes
les plus démunies qui hésitent à se rendre chez le dentiste en raison
des coûts engendrés. Il me semble au contraire que c'est par ce
genre de mesure incitative que les enfants de cette tranche d'âge
seront sensibilisés aux bienfaits d'une bonne hygiène dentaire quelles
que soient à l'avenir leurs conditions de vie.
Autre sujet, chers collègues, que je souhaitais souligner et qui me
tenait tout particulièrement à coeur: le sous-financement des hôpitaux.
Deux études récentes ont indiqué que les suppléments demandés
ongecontroleerde uitgaven
toestaan. Daarom wordt voorzien
in nieuwe maatregelen ten
bedrage van 44 miljoen euro en
besparingen ten bedrage van 228
miljoen. Wat de prijs-
kwaliteitverhouding betreft, is onze
gezondheidszorg één van de
koplopers, en dat moet zo blijven.
Daartoe is een grotere
responsabilisering van alle
betrokkenen vereist. In 2005 zal
eenieder zijn bijdrage moeten
leveren: de artsen, de
farmaceutische industrie, de
apothekers en de patiënten.
In die context worden nieuwe
maatregelen voorgesteld.
Wat de geneesmiddelen betreft,
stijgt de begroting met 11,7
procent in vergelijking met 2004.
Daartegenover staat dat
inspanningen moeten worden
geleverd om de uitgaven van de
sector binnen de perken te
houden. Eén maatregel ter zake is
het gebruik van generische
geneesmiddelen in plaats van
duurdere spécialités.
Generische geneesmiddelen
kosten nu al 26% minder dan het
klassieke equivalent. De
terugbetaling van klassieke
geneesmiddelen wordt met 30%
verminderd als er een generisch
equivalent voorhanden is. Die
vermindering geldt ook voor
oudere geneesmiddelen waarvan
de prijs gezakt is en die nu nog
evenveel kosten als het
generische middel. Het gebruik
van generische geneesmiddelen
moet meer ingeburgerd geraken;
dat is nu nog niet genoeg het
geval. In onze buurlanden zijn
generische geneesmiddelen goed
voor 50% van de voorgeschreven
geneesmiddelen. Bij ons zouden
we in 2004 aan 10% moeten
zitten. Dat is bemoedigend, maar
het is niet goed genoeg. We
moeten een mentaliteitswijziging
teweegbrengen bij de bevolking.
Er worden forse stijgingen van de
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
aux patients lors d'un séjour à l'hôpital ont fortement augmenté. Les
gestionnaires d'hôpitaux reconnaissent eux-mêmes, dans l'ensemble,
que les suppléments d'honoraires et les suppléments relatifs aux
chambres se sont considérablement multipliés ces dernières années.
Le mouvement ne fera sans doute que s'amplifier.
Sous-alimentés, les hôpitaux n'ont donc pas d'autre solution que de
se tourner vers les patients pour couvrir leurs dépenses. Les
médecins en pâtissent également, puisqu'ils se voient souvent
contraints de verser une part toujours plus importante de leurs
honoraires aux établissements au sein desquels ils travaillent.
À en croire le rapport Ernst & Young, le budget dont bénéficient
aujourd'hui les hôpitaux pourrait couvrir les besoins. Cette hypothèse
ne se vérifierait cependant que dans le cas où trois conditions
seraient remplies:
- les médecins reverseraient une partie significative de leurs
honoraires à leur établissement, ce qu'ils rechignent à faire et on peut
les comprendre;
- tous les hôpitaux utiliseraient des normes de gestion optimales, ce
qui n'est pas toujours le cas;
- les patients seraient toujours solvables, ce qui n'est sûrement pas le
cas non plus.
Le secteur hospitalier est donc à l'étroit dans son carcan budgétaire et
les solutions ne sont pas faciles à dégager. Deux raisons peuvent être
avancées pour expliquer cette situation:
- la forte augmentation du coût du matériel médical;
- et des accords salariaux en faveur du personnel et, ces dernières
années, essentiellement du personnel soignant, qui n'ont pas toujours
été pris en compte dans le financement et dans le prix de la journée
d'entretien.
Nous constatons dans le budget qui nous est proposé que le budget
des hôpitaux sera augmenté de 100 millions d'euros en trois ans. Une
enveloppe de 34 millions sera déjà libérée en 2005. En contrepartie,
les hôpitaux n'augmenteront ni leurs ponctions sur les honoraires des
médecins, ni les suppléments réclamés aux patients. Nous sommes
dans la situation de responsabilisation avancée par le gouvernement:
tout le monde doit contribuer aux efforts.
C'est donc dans cet esprit de responsabilisation de tous les acteurs
que des économies sont également prévues à charge des patients.
Le respect d'un "trajet de soins" sera encouragé. L'échelonnement
n'est pas imposé; le patient reste libre, mais celui qui suit le bon trajet
de soins sera récompensé financièrement. Il était en effet absurde
que le malade qui allait chez son généraliste avant d'être renvoyé par
celui-ci vers le spécialiste paie plus cher que celui qui se rend
directement chez son spécialiste, et ce parfois de manière superflue.
Je pourrais encore, chers collègues, citer les mesures positives
avancées en matière d'appareils auditifs - désormais remboursés
jusqu'à 18 ans - ou de transfusions sanguines ou encore dans le non-
marchand, puisqu'il est prévu de créer 3.000 emplois pour améliorer
la qualité des soins, notamment pour les personnes âgées, et réduire
la charge de travail du personnel. C'est pour nous, le groupe PS,
essentiel.
tabaksprijzen aangekondigd, in het
kader van de strijd tegen het
roken. Tabak zal dus duurder
worden, en dat zal een ontradend
effect hebben. We zijn op de
goede weg. Zwangere vrouwen en
hun echtgenoot die willen stoppen
met roken, zullen de kosten
daarvan terugbetaald krijgen door
de ziekteverzekering. Dat is een
goede maatregel, want 28% van
de zwangere vrouwen rookt, maar
75% van die vrouwen wil stoppen
met roken.
Voorts wordt voorgesteld de
terugbetaling van tandverzorging
voor kinderen tot 12 jaar te
verlengen. Volgens sommigen
geef je de patiënt met die
maatregel het gevoel dat hijzelf
geen verantwoordelijkheid draagt
voor de gezondheid van zijn gebit.
Maar in de praktijk zijn het vaak de
armste lagen van de bevolking die
een bezoek aan de tandarts
uitstellen wegens de kosten. De
maatregel zal de kinderen net
sensibiliseren voor het nut van
gebitsverzorging, ongeacht hun
levensomstandigheden.
Er is nog een ander onderwerp dat
mij na aan het hart ligt: de
ontoereikende financiering van de
ziekenhuizen. De ziekenhuizen
krijgen niet genoeg geld, en
moeten noodgedwongen steeds
vaker bij de patiënt gaan
aankloppen om hun uitgaven te
dekken: de aangerekende
supplementen zijn de afgelopen
jaren fors gestegen. Ook de artsen
moeten hun duit in het zakje doen,
en een steeds groter percentage
van hun erelonen doorstorten aan
het ziekenhuis waar ze werken.
Volgens het verslag van Ernst &
Young zou de huidige
ziekenhuisbegroting moeten
volstaan om de bestaande noden
te financieren. Daartoe moeten
echter drie voorwaarden worden
vervuld en dat is vandaag niet
altijd het geval. De artsen zouden
een niet onbelangrijk deel van hun
honorarium aan de instelling
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
J'en viens à quelques réflexions au sujet du financement de notre
sécurité sociale.
Le financement de notre sécurité sociale est avant tout lié à celui du
développement économique et de l'emploi, avec tout ce que cela
implique en termes de politique industrielle, de recherche et
développement, d'innovation et de formation.
La réduction des charges patronales liées au facteur travail a toujours
été présentée comme un instrument en faveur de l'emploi. Elle a
même été parfois conditionnée à la redistribution du travail et à la
création d'emplois supplémentaires. Ainsi, par exemple, fin des
années 90, une bonne part des réductions de charges était
subordonnée à la conclusion de véritables accords pour l'emploi, afin
que les avantages accordés ne soient pas absorbés par la croissance
naturelle de l'embauche, à laquelle on pouvait s'attendre dans le
sillage de la reprise économique.
Au rythme des conclaves budgétaires depuis 1995, pas moins de
4.500 millions d'euros ont été accordés aux entreprises sous la forme
d'allégements de cotisations sociales.
Tout le monde sait qu'il est très difficile de mener une politique de
réduction du coût du travail sans que son impact ne se trouve, d'une
manière ou d'une autre, diminué au niveau de l'emploi global par des
effets d'aubaine ou autres. C'est surtout vrai pour les réductions
linéaires. En revanche, des réductions ciblées - pour les jeunes ou sur
les bas salaires, par exemple - présentent un avantage indéniable,
celui de rapprocher le coût salarial de la productivité, particulièrement
dans les PME et le non-marchand. Il faut en tenir compte à défaut
d'imaginer un nouveau modèle de calcul des cotisations plus
favorable au facteur travail. En effet, dans un contexte largement
inégalitaire de technologie et d'organisation novatrices, prendre la
masse salariale comme critère de calcul des cotisations sociales n'est
pas équitable et la solidarité est, dès lors, rompue. Il y a transfert de
charges au détriment des secteurs où le potentiel d'emplois est le
plus important.
Aujourd'hui, au regard des chiffres du chômage, l'évidence permet
d'affirmer que la politique globale des réductions de cotisations
sociales a été extrêmement coûteuse pour notre sécurité sociale,
sans que l'on puisse en mesurer l'impact réel en termes de maintien
ou de création d'emplois. Par conséquent, nous plaidons pour une
évaluation stricte de l'efficacité de cette politique. Et, au besoin, que
l'on en tire les leçons!
Certains ont récemment déclaré qu'il faudrait 11 milliards de
réductions de charges patronales supplémentaires d'ici 2010, dont
500 millions pour le replafonnement des cotisations, pour assurer -
dixit - "l'avenir de nos enfants". C'est particulièrement indécent alors
que le problème du financement de la sécurité sociale se pose avec
acuité, non seulement pour garantir le paiement des prestations
actuelles, mais aussi, a fortiori, pour réaliser les engagements pris à
Ostende en matière de liaison au bien-être. Je rappelle aussi que la
solidarité au sein de notre système de sécurité sociale est assurée
par le fait que les cotisations sont prélevées sur des salaires non
plafonnés et qu'elles donnent droit à des indemnités plafonnées, avec
des minima garantis pour tous. Dès lors, il n'est évidemment pas
moeten terugstorten, de
ziekenhuizen zouden optimale
beheersnormen moeten naleven
en de patiënten zouden altijd
solvabel moeten zijn.
De ziekenhuissector zit in een
budgettair keurslijf en de
oplossingen liggen niet voor de
hand.
Daarvoor bestaan twee redenen:
de stijging van de prijs van het
medisch materieel en de
loonakkoorden voor het personeel
meer bepaald het verzorgend
personeel die niet steeds in de
financiering en de ligdagprijs
worden verrekend.
De begroting voor de ziekenhuizen
zal over een periode van 3 jaar
met 100 miljoen euro worden
opgetrokken. Met het oog op een
responsabilisering van alle
betrokken actoren, zal de
uitstippeling van een "zorgtraject"
voor de patiënt worden
aangemoedigd.
De financiering van onze sociale
zekerheid is gekoppeld aan de
economische ontwikkeling en de
evolutie van de werkgelegenheid.
De verlaging van de
werkgeversbijdragen werd altijd
voorgesteld als een instrument om
de werkgelegenheid te
bevorderen, maar iedereen weet
dat het moeilijk is om een dergelijk
beleid te voeren zonder
"meevallers" en zonder dat het
effect ervan op de totale
werkgelegenheid afneemt.
Gelet op de huidige
werkloosheidscijfers kan men
stellen dat het beleid van verlaging
van de sociale bijdragen onze
sociale zekerheid handenvol geld
heeft gekost, terwijl het effect
ervan op het scheppen van nieuwe
banen nauwelijks meetbaar was.
Wij pleiten derhalve voor een
strikte evaluatie van de
doeltreffendheid van dat beleid.
Onze aandacht moet vooral
uitgaan naar de aanvullende
financiering van ons stelsel van
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
question pour nous d'envisager le retour à un quelconque plafond
salarial.
Le débat sur le financement alternatif de la sécurité sociale doit tout
d'abord être compris dans sa signification première, c'est-à-dire au
regard de l'ampleur des réductions de charges patronales. Ce n'est
pas ce montant compensatoire qui est préoccupant; encore que - je le
répète - un changement structurel dans la mise à contribution des
entreprises permettrait de répondre plus efficacement à l'emploi.
En revanche, la question qui doit attirer notre attention est celle d'un
financement supplémentaire de notre assurance sociale, dont
l'insuffisance hypothèque le futur. Ce sont donc les coûts
supplémentaires de solidarité, lesquels se sont empilés d'année en
année, qui souffrent d'un sous-financement chronique. L'objet de ce
débat n'est pas de faire un inventaire de tous les problèmes existants
- il y aurait trop à dire - mais de rappeler, en tout état de cause, que
notre protection sociale doit être garantie à long terme.
Nous serons très attentifs aux propositions que les partenaires
sociaux feront en la matière et surtout à la suite qui leur sera
réservée. Pas question pour le groupe PS de se contenter d'une
nouvelle étude qui resterait dans les oubliettes de l'histoire. Nous
exigerons qu'on nous apporte une perspective financière crédible,
notamment par rapport au vieillissement de la population et aux
décisions prises à Ostende.
Une piste très souvent évoquée est celle d'une cotisation sociale
généralisée qui une fois de plus n'a pas été retenue. Actuellement,
nous avons une cotisation spéciale de sécurité sociale, un embryon
de cotisation sociale généralisée selon le terme utilisé à l'époque du
plan global, cotisation qui sollicite le revenu imposable des ménages
mais qui ne frappe ni les revenus soumis à l'impôt des sociétés, ni les
revenus mobiliers, ni les revenus des indépendants. Pour nous, c'est
insuffisant.
Pour nous aussi, au-delà de la nécessité de redresser le taux
d'emploi, tous les revenus doivent participer à l'effort de solidarité,
sous peine de fragiliser considérablement, à terme, la base de
financement du système. Pour l'heure, le gouvernement a opté pour
la poursuite de l'augmentation des accises sur le tabac et la lutte
contre l'ingénierie fiscale des entreprises en ce qui concerne l'usage
des voitures de société. Sur ce dernier point, je rappelle qu'un nombre
considérable d'employeurs contournent les charges prétendues
excessives qui pèsent sur le travail en offrant des avantages en
nature à leurs travailleurs puis utilisent des outils fiscaux pour
échapper à une cotisation de solidarité qui existe depuis 1997. C'est
inadmissible. En tout état de cause, nous veillerons à ce qu'il n'y ait
pas de représailles sur des investissements porteurs d'avenir comme
dans le secteur de la formation professionnelle ou celui de la mobilité
durable.
Par ailleurs, le déficit initialement prévu de notre sécurité sociale a été
réévalué grâce aux recettes exceptionnelles engrangées par
l'Inspection sociale pendant les trois premiers mois de l'année. Ce
résultat tend à prouver que la lutte contre la fraude sociale n'est pas
un slogan creux qu'on nous sert à chaque conclave budgétaire mais
au contraire que le coup d'accélérateur donné en 2003, à savoir la
sociale verzekering; de huidige
ontoereikende financiering ervan
vermindert de kansen op een
gunstige ontwikkeling in de
toekomst. Wij zullen de voorstellen
van de sociale partners aandachtig
onderzoeken en nauwlettend
toezien op het gevolg dat eraan
wordt gegeven. Een mogelijke
maatregel waarvan vaak gewag
wordt gemaakt is de invoering van
een algemene sociale bijdrage.
Voor het ogenblik wil de regering
de accijnzen op tabak verder
verhogen en de fiscale
spitstechnologie van de bedrijven
bekampen, met name wat de
bedrijfsvoertuigen betreft.
Het tekort in onze sociale
zekerheid werd geëvalueerd
dankzij de uitzonderlijk hoge
inkomsten die de sociale inspectie
tijdens het eerste trimester van dit
jaar boekte.
Wij sporen de regering aan haar
inspanningen voort te zetten.
Tot slot is het financiële evenwicht
van de sociale zekerheid voor
2005 verzekerd.
Voor de socialisten was het
ondenkbaar dat geen bijkomende
middelen voor ons sociaal vangnet
zouden worden uitgetrokken en
dat het debat over de
herfinanciering op lange termijn
zou worden uitgesteld.
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
création d'un véritable cadre institutionnel, commence à porter ses
fruits.
Nous ne pouvons qu'encourager le gouvernement à poursuivre ses
efforts en insistant sur deux points:
- primo, une efficacité accrue passe par une synergie plus grande
avec l'administration fiscale;
- secundo, il est urgent de légiférer sur le phénomène en pleine
expansion des faux indépendants. À ce propos, on entend dire qu'il
n'y a pas de fraude dès lors qu'un travailleur opte pour le statut
d'indépendant sans y être forcé. C'est oublier un peu vite que
l'autonomie absolue de la libre volonté des parties est un leurre sur le
plan socio-économique, ce qui la rend d'ailleurs totalement
incompatible avec notre droit social.
En conclusion, monsieur le président, chers collègues, conformément
à l'accord de gouvernement, l'équilibre financier de la sécurité sociale
est garanti pour 2005. Il était impensable pour les socialistes que des
moyens supplémentaires ne soient pas affectés à notre système de
protection sociale afin de répondre aux nouveaux besoins et aux
aspirations légitimes des allocataires sociaux, notamment en matière
de liaison au bien-être.
Nous le disons clairement: le débat sur le refinancement à long terme
ne pourra pas être renvoyé aux calendes grecques.
La confiance de nos concitoyens vis-à-vis de notre système de
protection sociale ne s'acquiert pas par la technique des montants
uniques et exceptionnels de financement alternatif mais en mettant au
point des mécanismes structurels qui garantissent, année après
année, le surcoût budgétaire lié à l'évolution des besoins légitimes de
notre population. Nous y serons et resterons très vigilants.
De voorzitter: Collega's, ik wijs erop dat de spreektijd van de meeste fracties al ver gevorderd is. U begrijpt
dus wat dat voor morgen betekent.
01.12 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
collega's, ik kon mijn ogen niet geloven toen ik de titel van het
hoofdstuk veiligheid las. Op bladzijde 28 van de beleidsverklaring
staat niets minder dan, en ik citeer: "Veiligheid: de malaise voorbij."
Waarmee de regering dus beweert dat het ergste voorbij is. Er is
sprake van een kentering, volgens Verhofstadt. Wij moeten dus
geloven dat de criminaliteit, het vandalisme, de drugshandel,
enzovoort, afnemen. Om dat te bewijzen geeft men ons cijfers van
enkele steden, oude cijfers van 2002, statistieken over enkele
categorieën misdrijven en op basis daarvan zegt Verhofstadt dat de
criminaliteit daalt.
U weet wat dat betekent, collega's. Guynocchio heeft het trucje van
de daling al eens geprobeerd bij de bespreking van de begroting. Hij
moest naderhand echter serieus bakzeil halen. Het was zijn eigen
minister van Binnenlandse Zaken, Duquesne, die er al meteen de
helft van moest afdoen en uiteindelijk bewees een studie van vier
professoren dat Guynocchio cijfers en statistieken had laten aantonen
wat men er wetenschappelijk niet kon en mocht uithalen. Maar dat is
geen beletsel voor onze voluntarist. Ik wil dat de criminaliteit daalt,
zegt hij, en dus daalt zij. Dat is natuurlijk geen voluntarisme, dat is
zelfbegoocheling. Trouwens ik zal wel geen antwoord krijgen, maar
01.12 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Le premier ministre veut
nous faire croire qu'il y a un
revirement dans les chiffres de la
criminalité en se basant sur des
statistiques très fragmentaires de
2002. Le premier ministre a déjà
utilisé l'astuce des chiffres à la
baisse dans le passé mais, à
l'époque, il a immédiatement été
contredit par des experts.
Où peut-on trouver les statistiques
qui démontrent que la criminalité
est en baisse? La police a-t-elle
déjà élaboré les statistiques
fédérales pour 2003? Et les
chiffres sont-ils fiables sachant
que, selon le ministre Dewael, les
tendances ne se préciseront qu'à
partir de 2007?
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
ik stel de vraag dan maar pro forma waar zijn de sluitende bewijzen
om te zeggen dat de criminaliteit daalt? Misschien is de heer
Verwilghen op de hoogte, als oud-minister van Justitie? Is de politie
klaar met het opstellen van de federale criminaliteitsstatistieken van
2003? Meer nog, zijn die cijfers dan plots wel geloofwaardig? Minister
Dewael heeft immers twee jaar geleden gezegd dat men nog tot 2007
moest wachten om de echte trends te kunnen aflezen.
Collega's, ik wil ook een positieve noot brengen. Nu het partijbestuur
beslist heeft dat wij een nieuwe stijl moeten hanteren, kan ik niet
anders dan een positieve noot brengen.
Il est positif de constater que le
budget de la protection civile
augmente de 15 %. Le Vlaams
Blok reste néanmoins partisan
d'une régionalisation. Une ville
comme Anvers a d'autres besoins
que Charleroi ou Namur.
Le ministre a même réussi à
augmenter le budget global de son
département. Soit son poids
politique est plus important qu'on
ne le pensait, soit les problèmes
se sont aggravés et il faut dégager
des moyens supplémentaires
comme ce fut déjà le cas pour le
département de la Justice.
L'insécurité et les étrangers
constituent les problèmes majeurs
pour le ministre de l'Intérieur.
01.13 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): (...)
De voorzitter: Dat is nieuw!
01.14 Filip De Man (VLAAMS BLOK): U mag zich niet inlaten met
partijaangelegenheden, mijnheer de voorzitter.
De voorzitter: Ik ben ook een waarnemer, natuurlijk.
01.15 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Ik breng dus een positieve
noot over het budget voor de civiele bescherming. Dat budget groeit
terecht met ruim 15% in twee jaar. Dat is dus een klein half miljard om
de inderdaad acute noden van de civiele bescherming te lenigen.
Betere opleidingen worden beloofd, een betere salariëring van de
vrijwilligers, modern brandweermateriaal, nieuwe kledij, enzovoort.
Een opmerking evenwel: het Vlaams Blok blijft voorstander van de
regionalisering van de brandweer en de civiele bescherming. Wij
hebben daar ook argumenten voor. Bijvoorbeeld: Antwerpen heeft als
wereldhaven en met haar enorme petrochemische nijverheid
natuurlijk een heel andere aanpak nodig dan bijvoorbeeld Charleroi of
Namen. Dus zeggen wij: splitsen die boel.
De minister krijgt dus een verhoging voor de civiele bescherming. Hij
slaagt er zelfs in globaal gezien een verhoging te bekomen voor zijn
departement. Dat kan twee dingen betekenen, collega's. Ofwel is zijn
politiek gewicht groter dan men algemeen dacht, ofwel zijn de
problemen waaraan zijn beleid een antwoord moest bieden,
toegenomen.
Dus zag men zich in de regering wel verplicht om meer middelen uit
te trekken. Dat was trouwens ook het geval bij het departement
Justitie. De heer Laeremans zal dat bevestigen. Er zijn grote
problemen, dus men besliste om hier meer middelen toe te kennen.
Wat zijn de problemen bij het departement Binnenlandse Zaken? Ze
zijn tweeërlei, de schrijnende onveiligheid en de vreemdelingen. Ten
eerste, de politiehervorming. De regering zal de inspecteurs van
01.15 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): La réforme des polices va
une nouvelle fois être adaptée et
la mise en oeuvre du réseau Astrid
va encore être accélérée. Le
gouvernement souhaite également
améliorer le fonctionnement des
CIA et réduire le nombre
d'apostilles. Les capacités locale
et totale vont être augmentées, de
quelque 3.000 unités ! Lors du
méga-Conseil des ministres qui
s'est tenu il y a quelques mois,
2.500 agents supplémentaires
avaient déjà été promis; le
gouvernement semble se
surpasser, mais ne réussit
néanmoins pas à compenser les
départs naturels. En 2003, 1.083
aspirants inspecteurs ont rejoint
les rangs de la police, pour
seulement 921 cette année, alors
que tous les ans, 1.000 départs
sont dénombrés.
Pour le gouvernement, les
étrangers qui ont commis un crime
doivent purger leur peine de prison
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
achter hun bureaus halen. Men zal de hervorming nog eens bijsturen.
Men zal de implementering van ASTRID versnellen, maar dat is al
een gouwe ouwe die al 10 jaar meegaat. Men gaat ook de AIK's beter
doen werken. Men gaat het aantal kansschriften doen afnemen. Dat
horen wij al jaren in de commissie voor de Binnenlandse Zaken. Men
zal ook de lokale capaciteit verhogen. Men zal zelfs de totale
capaciteit verhogen. In de tekst staat letterlijk: "Zelfs met 3.000
eenheden!". Een uitroepingsteken in een regeringsverklaring is vrij
zeldzaam. Dat is zeer agressief. Wij mogen dat leesteken niet meer
gebruiken, maar in de federale beleidsverklaring krioelt het van de
uitroepingstekens. Men heeft het dus over 3.000 eenheden. Collega's,
u zult zich misschien herinneren dat wij dit jaar een megaministerraad
hebben gehad waarbij de regering 2.500 extra agenten beloofde.
Blijkbaar overtroeft de regering nu zichzelf want 6 maanden later
worden het er dus 3.000. Misschien hopen Verhofstadt en Dewael,
dat zou vrij sluw zijn, dat de mensen nu geloven dat er 5.500 agenten
bijkomen: 3.000 plus 2.500.
Mijn twijfels zijn groot. Ik blijf er immers bij dat de federale politie en
de regering er niet in slagen om de natuurlijke afvloeiing op te vangen.
De regering heeft in 2003 welgeteld 1.083 aspirant-inspecteurs
gerekruteerd. Dit jaar waren er dat 921. Doch, jaarlijks gaan ongeveer
1.000 politiemensen met pensioen, nemen ontslag of worden ziek.
Men zal de capaciteit dus niet door de nieuwe rekruten kunnen
opdrijven.
U zult dit ook niet bereiken door mensen van achter hun bureau te
halen en zeker geen 3.000. Ik denk dat men zichzelf in de regering
iets wijsmaakt of erger, dat men de bevolking iets wijsmaakt.
Het probleem van de vreemdelingen. Men herhaalt dat men de
criminele vreemdelingen in hun landen van herkomst wil laten
opsluiten en men beweert dat dit, ik citeer: "... een sterk ontradend
effect zal hebben." Iemand zou mij toch eens moeten zeggen hoeveel
criminelen hun straf uitzitten in hun thuisland? Kan iemand mij eens
een lijstje geven? Hoeveel van die criminele vreemdelingen zijn er
bijvoorbeeld al afgeleverd in Marokko? Hoeveel zitten er in Marokko
hun straf uit? Ik zal maar geloven in dat sterk ontradend effect als u
de daad bij het woord voegt en ook de naturalisaties afneemt van
vreemdelingen die hier zware misdrijven plegen.
Verscheidene VLD'ers roepen luid dat dit allemaal moet, maar
ondertussen bent u vijf jaar aan de macht en de vraag rijst of we nu
nog eens vijf jaar moeten wachten om dat allemaal gerealiseerd te
zien. Dat is zowat de houding, het handelsmerk van Patrick Dewael,
namelijk een hoge borst opzetten. Anderhalf jaar geleden waren er
problemen met de vele duizenden illegalen in Antwerpen. Dewael
verklaarde in de pers dat hij de illegalen zou laten opsporen door de
politie. We hebben daarna niets meer gehoord van die opsporing. De
landen van herkomst weigeren uitgeprocedeerden terug te nemen.
Dewael dreigt de geldkranen van de ontwikkelingshulp toe te draaien.
Ondertussen staan alle kranen nog open maar hij heeft wel alle
voorpagina's gehaald van de kranten. De hoofddoeken werken steeds
meer mensen op de zenuwen. Dewael zal eens wat laten zien want hij
gaat ze verbieden in de scholen en de openbare gebouwen.
Sedertdien horen we niets meer van de heer Dewael. Er zijn in dit
land nogal wat moslimintegristen actief. Dewael wordt daarover
geïnterpelleerd en wat zegt hij: "Ik wil een rapport van de
dans leur pays d'origine afin de
créer un effet dissuasif. Mais
combien de criminels purgent-ils
effectivement leur peine dans leur
pays d'origine? L'effet dissuasif ne
me convaincra que si le
gouvernement passe à l'acte et
retire la naturalisation aux
étrangers qui commettent de
graves délits.
Le ministre Dewael a souvent
durci le ton, notamment lorsque
les étrangers en situation illégale
ont posé des problèmes à Anvers,
lorsque les pays d'origine ont
refusé d'accueillir les demandeurs
d'asile déboutés, lorsque le voile a
provoqué l'irritation de la
population, lorsqu'il était apparu
que de nombreux intégristes
musulmans étaient actifs dans
notre pays... Le ministre souhaite
ainsi recouvrer les faveurs de l'aile
droite de l'électorat du VLD, acquis
au Vlaams Blok. En vain, car le
ministre Dewael n'est qu'un
fanfaron.
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
inlichtingendiensten." We wachten nog altijd op het rapport van de
inlichtingendiensten. Dat is de kwaal van Dewael, hij zet altijd een
hoge borst op. Hij doet dit ook om de rechtervleugel van zijn VLD-
electoraat te recupereren want die zitten nu voor een groot stuk bij het
Vlaams Blok, maar zijn pogingen dienen tot niets.
Uiteindelijk komt er niets van. De heer Dewael is een blaaskaak.
01.16 Luc Van Biesen (VLD): Mijnheer De Man, uw uitspraken doen
me denken aan uw kandidaatstelling in uw partij en uw visie. Ook u
verklaarde met hoge borst bepaalde zaken niet te aanvaarden in uw
partij om uiteindelijk ook te eindigen als een blaaskaak. U kent het
verhaal van de kikker.
01.16 Luc Van Biesen (VLD):
Les propos de M. De Man me
rappellent le jour où il a lui-même
bombé le torse lorsque son parti a
voulu changer de cap. A l'époque,
il a également fini par faire figure
de fanfaron.
01.17 Filip De Man (VLAAMS BLOK): U kent de interne keuken van
onze partij blijkbaar goed, mijnheer Van Biesen. Dat is formidabel.
Wat mijn partij betreft, werd de gulden middenweg gezocht.
Ik kom tot het drugsprobleem. In het hoofdstuk "veiligheid" lees ik dat
werk zal worden gemaakt van een geïntegreerde aanpak van de
drugsfenomenen en dat er pilootprojecten komen in de steden die
kampen met overlast. Echt waar: een geïntegreerde aanpak en
pilootprojecten. Men innoveert voortdurend in de tekst.
Ik ben voorstander van een geïntegreerde aanpak van het
drugsprobleem. Ik zie het graag gebeuren. Men bepleit dit reeds van
1996, ogenblik waarop in deze Kamer de speciale werkgroep drugs
van start is gegaan. Ondertussen vergeet u erbij te zeggen dat door
uw gedoogbeleid waarvoor de VLD medeverantwoordelijk is, steeds
meer scholieren met drugs beginnen en zelfs kinderen van 12 jaar
"smoren" en 14-jarigen pillen kopen en verkopen. Men verschuilt zich
voor de zoveelste keer achter een geïntegreerde aanpak. Ik hoor dit
reeds tien jaar verkondigen.
Ook het terrorisme zal beter bestreden worden. Men doet echter niets
anders dan de maatregelen opsommen die reeds na de
megaministerraad verkondigd werden. Geestig is de aanvulling dat
men ook de voedingsbodems van het terrorisme moet aanpakken. De
regering gaat de voedingsbodems aanpakken, de armoede en het
gebrek aan onderwijs. Zoals algemeen geweten zijn armoede en
gebrek aan onderwijs twee redenen waarom Osama Bin Laden een
terrorist is geworden. Men wacht vol spanning op de invloed van het
koninkrijk der Belgen in landen zoals Pakistan om de armoede en het
gebrekkig onderwijs aan te pakken. Het is van een pretentie die deze
van voormalig minister van Buitenlandse Zaken Michel evenaart. Ik
geef nog een staaltje en citeer: "Ook het niet kunnen genieten van de
aan de gang zijnde globalisering werkt het terrorisme in de hand". Dat
is de meest linkse multiculturele praat die ik sinds lange tijd gehoord
heb.
Dat het moordend terrorisme van de laatste jaren bijna altijd een
rechtstreekse link vertoonde naar het islamfundamentalisme heeft
men nog nooit gehoord. Dat er in tientallen moskeeën hier ten lande
geld en strijders gerekruteerd werden en worden voor de Jihad kan de
paarse club niet bovenmatig beroeren. Men maakt in elk geval geen
melding van een voornemen om die moskeeën te sluiten. De
01.17 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): M. Van Biesen connaît
manifestement très bien la cuisine
interne de mon parti.
En ce qui concerne les
stupéfiants, le gouvernement
planifie des projets pilotes et une
approche intégrée. Cette méthode
est déjà préconisée depuis 1996.
Dans l'intervalle, un nombre
croissant d'écoliers de plus en
plus jeunes consomment de la
drogue.
L'on va lutter contre le terrorisme
par le biais de mesures qui ont
déjà été annoncées après le
méga-conseil des ministres.
Désormais, on compte toutefois
également s'attaquer aux causes
du terrorisme, comme la pauvreté
et le manque d'enseignement. Des
pays comme le Pakistan attendent
certainement avec impatience les
mesures du gouvernement belge !
Vous avez dit prétention ? Selon la
déclaration de politique fédérale, le
"fait de ne pouvoir participer à la
globalisation" favoriserait
également le terrorisme. On ignore
apparemment que le terrorisme
meurtrier est presque toujours
directement lié au
fondamentalisme islamique et que
des fonds et des combattants sont
recrutés pour le djihad dans des
dizaines de mosquées belges.
Rien ne peut manifestement venir
perturber le rêve multiculturel.
Pour traiter les 27.957 recours
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
multiculturele droom mag immers niet in gevaar komen. Men meet
zich integendeel een status aan die zonder meer lachwekkend is. Op
bladzijde 31 kunnen wij allemaal lezen dat "België een voortrekkersrol
kan opnemen in de wereldwijde dialoog die hierover zou moeten
ontstaan". Bush en Poetin zitten nu reeds gekluisterd aan hun
telefoon. Ze vragen zich af wanneer Verhofstadt hen nu eindelijk eens
gaat briefen over het verband tussen terrorisme en globalisering.
Er zijn nog meer vreemdelingenproblemen, namelijk de 27.957
asielberoepen bij de Raad van State. De regering gaat nu een derde
afdeling oprichten bij die Raad van State. In plaats van komaf te
maken met de misbruiken, in plaats van komaf te maken met de
advocaten, niet zelden pro-Deoadvocaten die eindeloos procederen,
soms op kosten van de Staat tegen diezelfde Staat, in plaats van daar
een mouw aan te passen zal men dus nog eens een derde afdeling
oprichten bij de Raad.
Ik vraag mij trouwens af waarom er überhaupt nog een beroep moet
blijven bestaan bij de Raad van State als er reeds een vaste
beroepscommissie voor de vluchtelingen bestaat. Zij kunnen reeds
terecht bij het commissariaat-generaal. Zij kunnen daar een beroep
aantekenen. Ik vraag mij af waarom dit moet. Is er ergens een
internationaal verdrag dat ons verplicht om in twee beroepsinstanties
voor deze asielmisbruikers te voorzien? De grote meerderheid zijn
asielmisbruikers.
Ten slotte zijn er de schijnhuwelijken. We zijn er natuurlijk niet tegen
dat men nu enigszins op de rem gaat staan, maar wanneer zal dit
land nu eindelijk beslissen dat gezinsvorming geen recht geeft op een
verblijfsvergunning? Als een Turk die hier verblijft wil huwen met een
Turk van ginder, dan moeten ze dat maar doen in Turkije. Meer en
meer verstandige mensen zeggen het luidop. Als we niet reageren
wordt het steeds erger en kunnen we zo door de eenieder van u
gepredikte integratie telkens opnieuw beginnen. In feite worden de
samenlevingsproblemen alsmaar groter door uw onwil om hiervoor
een remedie te vinden.
Het zal, collega's, voorwaar een heel ander beleid vergen om met al
die maatschappelijke problemen eindelijk korte metten te maken.
introduits au Conseil d'Etat par des
demandeurs d'asile, le
gouvernement projette d'adjoindre
une troisième section à cette
institution. L'on ferait mieux de
mettre un terme aux multiples
abus. De nombreux avocats,
souvent pro deo, plaident
indéfiniment aux frais de l'Etat.
Pourquoi la procédure de recours
devant le conseil d'Etat devrait-elle
être maintenue s'il existe une
commission de recours ? Pourquoi
prévoir un double pourvoi pour
ceux qui abusent de l'asile ?
Quand notre pays dissociera-t-il le
permis de séjour du regroupement
familial ? Par exemple, si un
citoyen turc veut épouser une
femme de son pays, pourquoi ne
se marieraient-ils pas en Turquie ?
Notre société se débat avec des
problèmes de plus en plus
nombreux et aigus, et personne ne
s'efforce d'y remédier. Aujourd'hui,
le gouvernement promet de
prendre les abus à bras-le-corps.
Je suis curieux de voir les
résultats.
De voorzitter: Ik dank u, mijnheer De Man, voor de opvallende beperking van uw spreektijd.
01.18 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, ik heb twee opmerkingen over de werkzaamheden. De
heer De Man heeft zopas gezegd dat wij de zaken positief benaderen.
Ik wil in het bijzonder uw partij feliciteren, want zij is hier de hele tijd
aanwezig geweest met een enkel Brabants parlementslid en de
voorzitter van de Kamer. Tegelijkertijd moet ik ook vaststellen dat de
voorzitter van de Kamer op dit ogenblik, wat de meerderheid betreft,
stilaan de voorzitter van het Vlaams Parlement wordt. Waar is de
Franstalige meerderheid, MR en PS? Ni vu, ni connu. Ecolo behoort
nog altijd niet tot de meerderheid.
01.18 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Le président de
la Chambre devient
progressivement le président d'un
Parlement flamand. Pour l'instant,
presqu'aucun membre de la
majorité francophone n'assiste à
ce débat.
De voorzitter: Mijnheer Van den Eynde, ik zal u iets verklappen. Ik
schrijf bij elke spreker, wanneer hij begint, het aantal leden van zijn
fractie dat hier aanwezig is. U zou echt opvallende cijfers lezen.
Le président: Je note toujours les
présences des membres du
groupe auquel appartient chaque
orateur. Vous seriez étonné par
les statistiques.
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
01.19 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Wij zijn trots dat
wij onze kameraad De Man komen ondersteunen.
01.19 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Nous étions là
pour écouter notre collègue M. De
Man.
De voorzitter: Dat zal niet blijven duren. (Protest)
Begrijp mij niet verkeerd. Ik bedoel dat u waarschijnlijk zult weggaan,
wanneer mevrouw Gerkens begint. Je ne me mêle jamais des affaires
intérieures d'un parti. Mijnheer Van de Eynde, ik zal de heer Van
Acker citeren. Hij zei in het mooi Brugs: "S'ils ne sont pas ici, c'est
qu'ils sont ailleurs!"
Le président: Je note toujours les
présences des membres du
groupe auquel appartient chaque
orateur. Vous seriez étonné par
les statistiques.
01.20 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, je trouvais assez émouvante la formule
utilisée par le premier ministre, hier, quand il parlait des matières de
sécurité: "celui qui n'avance pas recule". Cette expression colle
remarquablement à cette déclaration gouvernementale et notamment
concernant les thématiques que je vais me permettre d'aborder ce
soir.
La première thématique est évidemment la protection d'un
environnement qui se dégrade. Cette déclaration me permet de tirer
la conclusion que sans les écologistes, on ne fait pas d'écologie dans
ce gouvernement. L'année 2003-2004 s'est caractérisée par le néant,
bien qu'il y ait eu toute une série d'engagements; je vais en citer
quelques-uns. La ministre Van den Bossche était très fière de nous
expliquer qu'elle allait travailler sur la limitation des pesticides, les
normes de produits, l'encouragement d'utilisation de produits
écologiques pour les travaux intérieurs et rien n'a été fait.
Dans la déclaration pour 2005, il n'y a rien, aucune allusion à ces
programmes et à ces engagements.
Les mesures destinées à réduire la consommation d'énergie et la
production de CO
2
sont en général absentes ou reportées. Ou alors,
elles sont présentées d'une telle manière qu'on ne les assume pas en
tant que telles. C'est notamment le cas de cotisations sur les voitures
de société.
Le plan national "climat" n'est toujours pas finalisé et l'Etat fédéral doit
remettre le registre des entreprises qui pourront participer au marché
des émissions de CO
2
mais ce n'est toujours pas fait. Même les
représentants de la FEB commencent à s'inquiéter puisqu'une telle
inertie aboutira à ce que les entreprises belges ne pourront pas
participer à ce marché et donc seront pénalisées à la fois dans leur
développement et dans leur possibilité de maintenir leurs activités et
donc aussi de maintenir l'emploi.
Autre exemple flagrant d'absence de dossiers "verts" dans cette
déclaration: Kyoto est manifestement jeté aux orties. C'est d'autant
plus paradoxal que M. Poutine vient de prendre la décision de le
ratifier, à la suite de quoi le protocole de Kyoto deviendra contraignant
pour l'ensemble des Etats. La Belgique risque donc d'être un pays à
la traîne qui ne pourra pas profiter des effets secondaires positifs du
respect de ce protocole.
01.20 Muriel Gerkens (ECOLO):
Uit deze beleidsverklaring kunnen
we afleiden dat zonder de groenen
geen groen beleid wordt gevoerd.
Van de aangegane verbintenissen
kwam in de periode 2003-2004
niets terecht. In de
beleidsverklaring 2005 wordt over
die beloften met geen woord meer
gerept.
De maatregelen met het oog op
energiebesparing en een
verminderde CO
2
uitstoot zijn
onbestaande, uitgesteld of
uitgehold. Het nationale
klimaatplan is nog steeds niet
klaar en bovendien dreigt het niet
te worden nageleefd, dit ten koste
van de Belgische bedrijven.
Het Kyoto-protocol wordt vrolijk
overboord gegooid, paradoxaal
genoeg, temeer daar de
Russische president Poetin
onlangs besliste het protocol wel
te ratificeren.
Het Kyoto-fonds wordt momenteel
onvoldoende benut, gewoon
omdat de opwarming van de
planeet geen hoofdbekommernis
is voor de paarse regering.
Er wordt al evenmin gerept over
het verband tussen milieu en
gezondheid, terwijl dat op lange
termijn zeker zou kunnen
bijdragen tot het evenwicht van de
sociale zekerheid.
Geen woord over de noodzakelijke
investeringen in hernieuwbare
energiebronnen. Nochtans stelt
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
Même Tony Blair, qu'on ne peut pas caractériser comme étant un
grand écologiste, considère que le dossier Kyoto sera l'une des ses
priorités lors de sa présidence de l'Union européenne qui aura lieu
durant le premier semestre 2005. Peut-être M. Blair va-t-il nous
« booster » le train.
Le fonds Kyoto existe (alimenté de 25 millions en 2003 et de 25
millions en 2004). Plus ou moins 4 millions sont utilisés. Tout le reste
n'est pas utilisé. Pourquoi? Simplement parce que le réchauffement
climatique n'est pas une préoccupation du gouvernement violet.
Rien non plus sur le lien entre environnement et santé comme si le
fait d'envisager la santé sous un angle préventif et avec une vision à
long terme ne faisait pas non plus partie des réflexions et des
positionnements de ce gouvernement.
Enfin, silence absolu sur l'enjeu des choix énergétiques. Dans la note
et la déclaration gouvernementale, on parle d'une étude. Un des
arguments avancés pour justifier cette étude est de dire que le
développement des énergies renouvelables demande des
investissements tellement importants, tellement longs à amortir que
finalement on serait presque tenté de remettre en cause le
développement de ce type d'énergie. Je rappelle simplement que
l'engagement européen prévoit que l'on atteigne 12% d'énergies
renouvelables pour 2010. Je signale aussi que nous sommes
actuellement confrontés à une augmentation assez importante des
produits pétroliers, que le gouvernement allemand vient de négocier
un pacte avec les syndicats, les ONG et le patronat. Ce pacte porte
sur le long terme et associe économie d'énergie et logement,
entraînant ainsi à la fois création d'emplois, de richesses et réduction
des émissions de CO
2
. Or la déclaration du gouvernement belge ne
comporte rien à ce sujet.
Je ne peux pas non plus me priver du plaisir de reprendre et de
commenter le paragraphe concernant l'électricité. Cela fait maintenant
un an que j'ai interpellé régulièrement, d'abord Mme Moerman et puis
M. Verwilghen, à propos de la libéralisation du marché de l'électricité
et le non-suivi de cette libéralisation.
Depuis le 1
er
janvier 2004, les consommateurs captifs - il est vrai que
ce sont seulement des Wallons et des Bruxellois - ont droit à une
réduction du tarif de l'électricité de 3 à 4% mais elle ne leur est pas
accordée car le ministre compétent ne prend pas l'initiative d'ordonner
l'application de la loi.
De la même manière, les règles de la concurrence du marché de
l'électricité ne sont manifestement pas respectées. Alors que nous
avons eu de nombreux débats à ce sujet en commission, différentes
questions apparaissent subitement dans cette déclaration. Ne paie-t-
on pas trop cher? La concurrence est-elle respectée? Un monopole
ne s'exerce-t-il pas dans le secteur de l'électricité? Ne faudrait-il pas
concrétiser la mise aux enchères des capacités virtuelles de
production d'Electrabel? Ces questions sont posées subitement pour
la première fois alors que depuis un an le gouvernement fait la sourde
oreille. On a donc perdu du temps et les citoyens qui avaient droit à
cette diminution de prix de l'électricité depuis le 1
er
janvier 2004
perdront à tout jamais cet avantage.
Europa voorop dat hernieuwbare
energiebronnen tegen 2010 goed
moeten zijn voor 12% van het
totale energieverbruik. En
aanwijzingen van een latente crisis
zijn er volop.
Sinds ruim een jaar interpelleer ik
de bevoegde ministers over de
liberalisering van
de
elektriciteitsmarkt. De gebonden
afnemers in Wallonië en Brussel
hebben sinds 1 januari 2004 recht
op een verlaging van het
elektriciteitstarief met 3 à 4%,
maar de bevoegde minister neemt
geen initiatieven om de wet te
doen toepassen.
Zo worden ook de
concurrentieregels op de
elektriciteitsmarkt apert met
voeten getreden. Hoewel we
hierover al dikwijls gedebatteerd
hebben in de commissie, duiken er
nu plots een aantal nieuwe vragen
op in deze verklaring.
Ik vind ook geen enkele verwijzing
terug naar corporate governance,
ondanks de recente
gebeurtenissen, zoals onder meer
het standpunt van Suez ten
aanzien van Electrabel en
Distrigaz.
De regering schijnt geen rekening
te houden met de voordelen van
de ontwikkeling van hernieuwbare
energiebronnen, zowel op het vlak
van de energiebevoorrading als
van het milieu en ze heeft evenmin
oog voor de interesse die daarvoor
bij de particulier sector bestaat.
De maatregel met betrekking tot
het gecombineerd vervoer,
waarvan de verwachte opbrengst
nochtans 15 miljoen bedraagt,
wordt uitgesteld.
In de verklaring vinden we ook
geen enkel voorstel terug met
betrekking tot de energiebesparing
die de Staat in de openbare
diensten zou kunnen
verwezenlijken, dit terwijl in het
Kyotofonds een reserve van 40
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
Ce qui est fascinant aussi, c'est que, dans cette déclaration, aucune
allusion n'est faite à la corporate governance, aux règles de bonne
gestion dans ces sociétés productrices d'énergie, qu'il s'agisse
d'Electrabel ou de Distrigaz - mais ce sont les mêmes acteurs - et ce
malgré les événements qui viennent de se produire dont notamment
les prises de position de Suez vis-à-vis d'Electrabel ou de Distrigaz.
Ce qui est fascinant, c'est que le gouvernement ne semble pas
considérer que le développement des énergies renouvelables permet
en fait de développer des créneaux d'activité, d'atteindre les objectifs
de réduction de CO
2
et d'atteindre des objectifs d'indépendance par
rapport aux sources énergétiques. Il ne semble pas considérer non
plus que des acteurs sont intéressés pour développer des activités
dans ce secteur, alors que les acteurs privés se bousculent au
portillon en demandant stabilité et cohérence.
Je ne pourrai résister au plaisir de vous donner lecture d'une
intervention émanant d'un patron flamand, dont l'entreprise a été
nommée entreprise de l'année en 1998. Le même genre de réaction
nous est parvenu de patrons wallons, mais étant donné que notre
premier ministre et notre ministre de l'Energie sont néerlandophones,
je me disais que la prise de parole d'un patron flamand pouvait avoir
plus d'impact.
Que dit-il à la suite des tergiversations de ce gouvernement? "La
Belgique rate l'occasion pour innover et être entreprenante sur deux
niveaux. Premièrement, notre pays rate une occasion de devenir plus
indépendant en matière d'approvisionnement d'énergie vis-à-vis du
reste du monde. Le succès de notre économie dépend aujourd'hui
beaucoup de la bonne volonté de fournisseurs étrangers de matières
premières énergétiques comme les produits pétroliers ou l'uranium.
J'ai appris, comme entrepreneur, qu'il faut protéger les actifs vitaux
d'une entreprise et ne pas être dépendant de l'arbitraire de tiers, ceci
afin de pouvoir garantir la continuité de l'entreprise. Pourquoi un pays
ne devrait-il pas faire la même chose?
Deuxièmement, on rate une occasion de soutenir le développement
d'une expertise et une industrie en matière d'énergie durable. La
décision d'abandonner l'énergie nucléaire était une excellente
opportunité pour soutenir des entreprises flamandes qui sont actives
dans le domaine de nouvelles formes d'énergie, d'innover en matière
d'énergie, d'être créatifs et de poser la Flandre comme leader dans le
domaine de la technologie énergétique.
Le fait que le ministre Verwilghen remette en cause la sortie du
nucléaire est un mauvais signal. Nous admettons qu'il existe des
doutes; étudions donc toutes les nouvelles initiatives. Ce dont on a
besoin aujourd'hui est un signal clair du ministre que le choix de la
sortie du nucléaire est confirmé et irréversible et que ceux qui
investissent aujourd'hui dans des énergies durables seront rémunérés
à terme."
Autre mesure absente ou reportée: le transport combiné. L'entrée en
vigueur complète de cette mesure est reportée et on estime que cela
va rapporter 15 millions. Ce n'est pas grand-chose par rapport au
déficit qu'il fallait combler et qui s'approchait de quatre millards. De la
même manière, j'aimerais savoir si et comment le gouvernement a
respecté ou a commencé à respecter son engagement pris au méga-
miljoen aanwezig is, die
rechtstreeks kan worden
aangewend. Dat is, in het licht van
het mogelijke resultaat van zo een
maatregel, nauwelijks te begrijpen.
De oliemaatschappijen maken
forse winst, waardoor zij de
stookoliecheques kunnen
financieren. De maatregel lijkt
thans veeleer van structurele aard
dan eenmalig te zijn. Het
garantiefonds voor de uitgifte van
die cheques zou blijkbaar door de
consumenten worden gefinancierd
en de oliemaatschappijen zouden
zich ertoe beperken voorschotten
toe te kennen die na verloop van
één jaar moeten worden
terugbetaald. Wij zijn voorstander
van de invoering van
stookoliecheques die door de
oliemaatschappijen worden
gefinancierd.
We stellen twee andere structurele
maatregelen voor. Met de eerste
maatregel willen we via een
formule van derde investeerder
de overheids- en semi-
overheidsdiensten evenals de
lokale dienstverleners ertoe
aansporen in energiebesparende
voorzieningen te investeren. Met
de tweede maatregel vragen we
dat op de sociale woningen die
voldoen aan de criteria inzake
energie-efficiëntie en het gebruik
van de schoonste energie maar 6
percent BTW geheven wordt.
Overigens worden ook de vrouwen
vergeten. In de beleidsverklaring
staat geen woord te lezen over de
resolutie over de voorschotten op
achterstallig onderhoudsgeld die
we in juli goedkeurden. Dat getuigt
van misprijzen ten aanzien van de
vrouw en van het Parlement die
kennelijk over het hoofd worden
gezien.
Ook de gehandicapten blijven in
de kou staan. Ze krijgen enkel
gemakkelijker toegang tot een
beroepsopleiding met het oog op
hun tewerkstelling. Die maatregel
is te beperkt. De regering zou ook
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
conseil d'Ostende et qui consistait à renouveler le parc des
automobiles des ministères et des administrations fédérales de
manière à diminuer la production de CO
2
.
Enfin, je reviendrai encore une fois sur le fonds Kyoto et sur les
économies d'énergie que l'Etat pourrait faire. Ce fonds Kyoto est donc
alimenté; il contient au moins 40 millions qui seraient utilisables
demain, si on le décidait. Ces 40 millions pourraient être versés dans
la société anonyme tiers investisseur qui vient d'être mise en place et
qui doit se contenter d'à peine 2,3 millions.
Lorsque le secrétaire d'Etat Olivier Deleuze a mis en place le fonds
Kyoto, son objectif était que ce fonds puisse servir à des
aménagements et investissements en économie d'énergie, en
efficacité énergétique dans les bâtiments qui dépendent de la Régie
des Bâtiments, c'est-à-dire tous les bâtiments des administrations,
des services publics ou para-publics.
Aujourd'hui, rien n'est fait et aucune ambition n'apparaît dans la
déclaration gouvernementale. En fait, on se comporte - et cette
déclaration le traduit - comme si la Belgique avait oublié qu'elle avait
ratifié ce protocole, que M. Poutine l'a fait, et que bientôt, nous serons
contraints de le respecter. Je pense que dans toutes ces matières-là,
M. Verhofstadt a raison en disant que celui qui n'avance pas recule,
parce que les investissements ne se font pas, parce que les travaux
ne se font pas, les économies ne se font pas. On perd donc de
l'argent.
À partir du moment où l'on dit qu'on veut que les frais de
fonctionnement des services publics soient rabotés de 4% et qu'on
laisse un coût de consommation énergétique augmenter comme il le
fait avec la flambée des prix du mazout, c'est de l'irresponsabilité. A
mon avis, la réduction proposée des frais de fonctionnement devrait
être doublée si l'on veut atteindre l'objectif, qui était de 4% au moment
où ce prix était moins élevé.
Etant donné que j'ai décidé d'aborder l'ensemble du domaine
énergétique et environnement, je voudrais revenir également sur le
financement du fonds mazout. En 2000, nous avons effectivement
mis en place des chèques mazout. Il s'agissait d'une mesure
ponctuelle, mais nous avons décidé que ce serait le secteur pétrolier
qui en assumerait le financement. Notre raisonnement était que le
secteur pétrolier, et pas seulement les acteurs de l'importation ou de
la distribution, faisait un bénéfice mirobolant. Au premier semestre
2004, si l'on tient compte des cinq "majors" de l'or noir, on arrive à un
bénéfice de 40 milliards, réalisé en dehors de toute logique
économique, en dehors de tout investissement, en dehors de tout
effort.
La mesure qui est proposée maintenant se présente sous un angle
structurel plutôt que comme une mesure ponctuelle: il s'agirait de
mettre en place un fonds social pour le faire intervenir chaque fois
qu'il y aura une augmentation. D'après toutes les informations que j'ai
eu l'occasion de voir, ce fonds va être entièrement alimenté par les
consommateurs. S'il y a intervention des pétroliers, ce sera pour
avancer une somme que l'État devra alors leur rembourser un an plus
tard.
aandacht moeten hebben voor de
eindeloopbaan van de werkende
gehandicapten.
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
Autant nous sommes favorables à des mesures d'aide aux personnes
qui ont les revenus les plus faibles, autant nous considérons que le
coût de ces mesures, quand elles sont ponctuelles et qu'elles
apportent du bénéfice en dehors de toute logique économique, doit
être assumé par les pétroliers. Il est vrai aussi qu'une mesure
ponctuelle ne suffit pas et que nous devons recourir à des mesures
structurelles.
Donc, monsieur le président, nous avons déposé des propositions de
loi pour lesquelles nous demanderons l'urgence dès qu'elles pourront
être prises en considération et dont l'objet est de réinstaurer un
système de chèques-mazout mais aussi d'instaurer deux mesures
structurelles. La première mesure est d'utiliser la technique du tiers
investisseur - puisque le fédéral a des sous via le fonds Kyoto - en
suggérant que ce mécanisme de tiers investisseur puisse s'élaborer
avec les entités fédérées afin que nous disposions d'un fonds
suffisamment alimenté, qui permette des investissements importants
et d'attendre des remboursements qui se font avec les économies
d'énergie. En effet, les écoles, les crèches et les hôpitaux sont aussi
directement touchés par l'augmentation du prix du mazout.
La deuxième proposition structurelle que nous vous soumettrons
consiste à réduire à 6% la TVA sur la construction des logements
sociaux, à condition que cette construction intègre les critères qui
permettent l'efficacité énergétique et le choix d'une source d'énergie
qui soit la plus propre possible.
J'espère que cette préoccupation sera aussi la vôtre et que vous
soutiendrez cette proposition profitant justement de cette hausse des
produits pétroliers.
Je voulais ajouter deux petites remarques qui ont leur importance et
qui quittent le champ de l'énergie. En lisant cette déclaration, je
constate que, de nouveau, des partenaires sont oubliés: ce sont les
femmes. Manifestement, il n'y a pas eu de lecture "genre" en
rédigeant cette déclaration. A aucun moment, dans les mesures qui
sont proposées, on ne s'est posé la question de leur incidence sur les
femmes.
Je pensais pourtant que, consécutivement à la législature précédente
et à la mise en place du Centre pour l'Egalité des chances, c'était un
mécanisme qui devait être employé de manière systématique.
Il n'y a pas non plus, dans cette déclaration, le relais d'une résolution
que nous avons adoptée en juillet dans ce Parlement et qui
demandait au gouvernement d'intégrer, à partir du 1
er
janvier 2005,
les avances pour créances alimentaires non payées dans le service
de recouvrement qui est entré en fonction le 1
er
juin. Cela témoigne
d'un mépris, non seulement envers les femmes, mais aussi envers le
Parlement et les injonctions qu'il donne au gouvernement.
Une autre catégorie de personnes que je trouve particulièrement
méprisées dans cette déclaration, ce sont les personnes
handicapées. De deux choses l'une: soit on n'en parle pas, soit on en
parle d'une manière convenable et suffisante, avec du contenu. Dans
la déclaration, elles sont citées à deux reprises, et les deux fois où
elles le sont, c'est pour dire qu'il faut leur permettre de participer au
marché du travail. Là, nous sommes d'accord. Que propose-t-on? De
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
faciliter les formations sectorielles et d'entreprises pour que ces
personnes handicapées trouvent du travail. Or, je trouve qu'il est
particulièrement restrictif d'aborder cette catégorie de personnes
uniquement par ce biais-là, alors que, pour leur permettre de
participer au milieu du travail, il existe toute une série de pistes au
sujet desquelles il serait intéressant de débattre.
J'estime qu'il est malheureux de dire que des économies de 4%
seront réalisées dans les frais de fonctionnement des administrations
publiques alors qu'on sait que dans le service qui traite des
allocations pour personnes handicapées, il y a un retard de plusieurs
dizaines de milliers de dossiers. On y constate un manque flagrant de
moyens techniques, financiers et humains. Or, cette déclaration ne dit
même pas que l'on va essayer de résorber ce retard.
On parle d'aménager la fin de carrière pour le travail difficile. Or, il
n'est pas possible pour les personnes handicapées qui ont parfois
travaillé pendant trente ans déjà d'arrêter leur carrière plus tôt en
bénéficiant directement d'une pension sans devoir recourir à des
allocations auxquelles elles ont voulu échapper toute leur vie en
travaillant. Des propositions sont également déposées depuis plus
d'un an. Pourtant, cette déclaration ne tient pas compte de ces
personnes. J'estime que cette attitude est particulièrement méprisante
vis-à-vis d'elles.
En cette matière également, j'estime que si l'on n'avance pas, on
recule! C'est par cette phrase que je souhaite terminer mon
intervention.
01.21 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, ik zal het met uw toestemming hebben over het
luik Justitie en over het luik "veiligheid".
Met betrekking tot Justitie net zoals met betrekking tot het luik
veiligheid is er een verhoging van het budget, dat hebben anderen al
voor mij gezegd. Opmerkelijk. De enen wijten dat aan het gebrek aan
doorzettingsvermogen ten aanzien van een aantal projecten die
voorliggen, terwijl anderen - zoals onze fractie- dat toeschrijven aan
het feit dat Justitie en veiligheid als vooraanstaande luiken in ons
programma en in onze visie horen. Met betrekking tot Justitie
verhoogt het budget met meer dan 4%. Ik heb er een aantal
initiatieven die in de steigers staan, uitgelicht.
Ten eerste, de schijnhuwelijken. Degenen die de commissie voor de
Justitie volgen, weten dat het maar enkele maanden geleden is dat op
korte termijn zowel de minister van Justitie als de minister van
Binnenlandse Zaken werden ondervraagd over het strafbaar stellen
van schijnhuwelijken en dat daaruit tegenstrijdige antwoorden zijn
voortgesproten. Aan de ene kant pleitte de minister van Binnenlandse
Zaken voor het strafbaar stellen, aan de andere kant was de minister
van Justitie daar tegen gekant. Wij zijn dan ook bijzonder verheugd
vast te stellen dat in deze regeringsverklaring met betrekking tot
schijnhuwelijken zeer duidelijk een andere piste wordt bewandeld, met
name dat de regering het erover eens is dat het afsluiten van een
schijnhuwelijk strafbaar zal gesteld worden. Anderzijds is wel duidelijk
dat wij het niet daarbij kunnen laten.
De maatregelen die op het gebied van schijnhuwelijken worden
01.21 Claude Marinower (VLD):
Le budget de la Justice a été
augmenté de plus de 4 %, ce qui
prouve que la justice et la sécurité
sont bel et bien des priorités pour
ce gouvernement, quoi que puisse
en dire l'opposition.
En commission, la ministre de la
Justice et le ministre de l'Intérieur
ont donné des réponses
contradictoires en ce qui concerne
les mariages de complaisance :
contrairement à la ministre de la
Justice, le ministre de l'Intérieur
entendait ériger le mariage de
complaisance en infraction pénale.
Nous nous félicitons dès lors que
la déclaration de politique fédérale
mentionne explicitement que les
mariages de complaisance seront
punissables. Nous devons
toutefois également lutter contre
tous les abus connexes. Ces abus
devraient être dépistés plus
rapidement par le biais d'une
banque-carrefour. Il importe
également que les mariages de
complaisance soient traités de
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
getroffen, moeten worden uitgebreid tot alle randfenomenen die
misbruiken zijn en bovendien tot resultaat hebben dat er, wanneer er
tegen deze misbruiken niet wordt gekampt en er geen maatregelen
tegen worden getroffen, heel snel een internationaal karakter aan zal
worden gegeven. Steeds meer zal er ook vanuit het buitenland naar
onze contreien worden afgezakt. Ik verwijs daarbij naar de
problematiek van schijnhuwelijken en naar het feit dat Nederland
blijkbaar ook een aantal initiatieven ontwikkelde.
Onze fractie pleit ervoor dat een aantal gemeenschappelijke
maatregelen zouden worden getroffen en dat er als het ware een
kruispuntbank wordt opgesteld, waardoor de misbruiken sneller
kunnen worden aangekaart en ook veel sneller kunnen worden
aangepakt. Het is niet normaal dat schijnhuwelijken strafbaar zouden
worden gesteld, maar tegelijkertijd andere misbruiken welig blijven
tieren en niet worden aangepakt. Het is evenmin normaal dat in
steden, zoals Antwerpen, koppels gevormd door twee mensen
waarvan noch de ene noch de andere een woord Nederlands spreekt,
wel naar een ambtenaar van het OCMW of naar een advocaat
kunnen stappen en een procedure inleiden, waarbij zij geen woord
Nederlands kennend wel de uitdrukking 2-21/2-23 kennen. Dat is de
procedure voor voorlopige maatregelen. Dat weegt op het budget van
het OCMW en heeft twee keer dezelfde uitgaven tot gevolg.
Ondanks de gunstige evolutie moeten we er dus wel toe komen dat
de zaak op eenzelfde manier wordt behandeld over de taalgrenzen
heen. We moeten er ook toe komen dat de ambtenaren van de
burgerlijke stand worden gevormd, opdat zij het fenomeen van
schijnhuwelijken sneller kunnen identificeren en opdat ook de cellen
Schijnhuwelijk, die in de steden en in de gemeenten worden
opgericht, werkzaam zijn en werkbaar kunnen blijven. Het mag dus
niet gaan zoals in Antwerpen, waar uiteindelijk één ambtenaar voor
die hele dienst moet zorgen, met alle gevolgen vandien. Dat is het wat
ik wou zeggen over de schijnhuwelijken.
Wat betreft de gerechtelijke achterstand, werden er dit jaar een aantal
protocols afgesloten. Belangrijk op dat vlak is het protocol dat met het
hof van beroep van Antwerpen werd afgesloten. Ik herinner mij hoe
van op deze plaats collega's van CD&V de heer Van Parys en
collega's van het Vlaams Blok VLD onder meer in de schoenen
schoof dat zij tot de schande van Vlaanderen behoorde, nu de partij
een uitbreiding van de kaders in Antwerpen tegenstonden.
Een aantal maanden later konden wij slechts vaststellen dat die
maatregel toch werd genomen en bovendien, conform de druk die
bleef uitgeoefend, een paar weken geleden ook in de commissie werd
goedgekeurd. Die conjuncturele maatregelen zullen echter niet
voldoende zijn. Het zal niet voldoende zijn om een aantal bijkomende
magistraten te benoemen als men geen structurele maatregelen
neemt inzake het aantekenen van beroep. Daaraan moet paal en perk
worden gesteld. De eerste voorzitter en de procureur-generaal bij het
Hof van Cassatie hebben ter gelegenheid van hun bezoek zeer
duidelijk aangegeven dat alleen met structurele maatregelen resultaat
zal kunnen worden geboekt, wat met de uitbreiding van de kaders
alleen niet zal lukken.
Over de rol van de actieve rechter is weinig gezegd. Dit zullen wij van
zeer nabij blijven opvolgen zodat daar ook de nodige maatregelen
manière identique des deux côtés
de la frontière linguistique. Par
ailleurs, les cellules communales
chargées de dépister les mariages
de complaisance doivent être
pleinement opérationnelles et, par
voie de conséquence, disposer
d'effectifs suffisants.
En ce qui concerne l'arriéré
judiciaire, des protocoles ont déjà
été conclus, notamment avec la
Cour d'appel d'Anvers. Ces
protocoles ont déjà été approuvés
en commission. De telles mesures
conjoncturelles ne suffisent
cependant pas: il y a également
lieu de prendre des mesures
structurelles. Le mandat des juges
de complément doit être confirmé
et prolongé. Il convient de
développer le projet Phenix.
En ce qui concerne le droit de la
jeunesse, la ministre de la Justice
avait initialement présenté un tout
nouveau projet qui n'accordait
qu'une place limitée à la
répression. Nous nous félicitons
de ce que le caractère répressif
figure dans la déclaration de
politique.
L'application du droit pénal de la
jeunesse relève des
Communautés. Le gouvernement
fédéral doit faire diligence, car une
proposition flamande de décret
prévoit une modification d'ici à la
fin de janvier 2005. Il faut donc
préparer le nouveau droit pénal de
la jeunesse sans tarder, à défaut
de quoi l'accord de coopération
risque de devenir caduc.
L'augmentation du budget de
l'Intérieur nous réjouit, de même
que l'annonce d'une lutte plus
transparente contre la criminalité.
Je ne m'appesantirai pas sur les
statistiques de la criminalité mais
j'aimerais signaler au passage
l'ambiguïté du Vlaams Blok
anversois. Ainsi, M. Penris a tout
d'abord confirmé l'amélioration
des résultats, avant de la rejeter
quelques jours plus tard avec son
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
kunnen worden genomen om de misbruiken in de procedure aan te
pakken. Over de protocolakkoorden had ik het al. Voorts zijn er ook
de bevestiging en de verlenging van de benoeming van de
toegevoegde rechters, de hervorming van procedures en het
onverkort voortzetten van het Phenix-project, zodat de informatisering
op een niveau komt dat Justitie waardig is.
Een derde pijler is het jeugdrecht en de discussie die al heel lang
duurt over het sanctionerend effect en het repressief karakter van het
jeugdrecht. Wij komen hier ook van heel ver. Terwijl de minister van
Justitie aanvankelijk een volledig nieuw project voorstelde waarin
weinig plaats zou zijn voor een repressief karakter, stellen wij vast dat
in de huidige regeringsverklaring het repressieve karakter in het
jeugdrecht uitdrukkelijk wordt vermeld. Het is niet voor niets dat op het
ogenblik dat het project voor het eerst werd voorgesteld, sommige
commentatoren het hadden over een project waar tegelijk koud en
warm werd geblazen. Wij weten dat dit project nu bij de
Gemeenschappen voorligt en wij hopen dat zeer snel een timing
wordt voorgelegd. Er is immers een samenwerkingsakkoord gesloten
tussen de verschillende Gemeenschappen en de federale regering,
onder meer over het gesloten centrum voor voorlopige plaatsing van
minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd.
Er is ook een voorstel van decreet van de voorzitter van het Vlaams
Parlement goedgekeurd houdende de wijziging van het decreet
waarbij de datum is veranderd naar eind januari 2005. Men zal nog
vrij snel moeten gaan om tegen die datum een nieuw jeugdrecht of
nieuwe maatregelen te hebben, anders vervalt dit
samenwerkingsakkoord. We zijn intussen al bijna eind oktober 2004.
Onze fractie zal erop toezien dat daarover tijdig de nodige
maatregelen en beslissingen worden genomen.
Mijnheer de voorzitter, met betrekking tot het hoofdstuk Binnenlandse
Zaken verheugen wij ons ook over het feit dat het budget is verhoogd,
ondanks besparingen op andere departementen. Dit moet toelaten
om nog performanter te worden in de bestrijding van de criminaliteit.
Ik heb daarstraks niet willen interveniëren tijdens het betoog van de
heer De Man omdat ik in Antwerpen om de zes maanden of om het
jaar dezelfde discussie zou kunnen voeren met de heren Dewinter,
Annemans en Penris, die tegenover mij zitten in die gemeenteraad. Ik
herinner mij dat op een bepaald ogenblik resultaten werden
voorgelegd in Antwerpen waarbij er een verbetering merkbaar was.
De heer Penris, die toen aanwezig was, sloot zich aan bij de
goedkeuring door allerlei fracties, maar vier dagen later - niet meer in
de commissie, maar in de gemeenteraad - was de stemming en de
stelling van het Vlaams Blok op dat vlak gewijzigd. Ik wijs er trouwens
ook op dat de heer Dewinter, toch niet de minste in die partij, in
Antwerpen reeds bij herhaling heeft gezegd dat hij over
criminaliteitscijfers geen discussie meer wil voeren.
groupe politique.
01.22 Jan Mortelmans (VLAAMS BLOK): Bent u gemeenteraadje
aan het spelen?
01.22 Jan Mortelmans (VLAAMS
BLOK): Allons-nous jouer ici un
simulacre de conseil communal?
01.23 Claude Marinower (VLD): Neen, maar ik mag toch citeren uit
betogen van vooraanstaande leden van uw partij, tenzij u daarover
een beetje geringschattend wilt doen. Ik heb daar geen probleem
01.23 Claude Marinower (VLD):
Je précise seulement que pas
moins de dix plaintes concernent
13/10/2004
CRIV 51
PLEN 088
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
mee. Dat is voor uw rekening, niet voor de mijne.
Ik wil geen gemeenteraad spelen, mijnheer Mortelmans, maar u zult
mij toestaan een beetje verbaasd te zijn als men weet wie in
Antwerpen het hoofdstuk Veiligheid voor uw partij bereddert. Met alle
respect voor het vermoeden van onschuld, is dat nog altijd iemand die
in verdenking is gesteld voor niet minder dan tien feiten. Dat heeft
niets met de gemeenteraad te maken, maar dat heeft wel te maken
met de manier waarop het probleem wordt aangepakt en aangekaart.
Er gelden dubbele normen op dat vlak.
Wat betreft de middelen voor de civiele veiligheid bleek uit de
uiteenzettingen van de vorige sprekers dat men zich erover verheugt
dat de budgetten gevoelig zijn gestegen - met niet minder dan 15% -
en dat er bijkomende middelen werden gevonden voor een aantal
problemen die zich bij de brandweer voordoen. De ramp van
Ghislenghien heeft als een soort katalysator gewerkt waardoor men
erin is geslaagd bijkomende kredieten te vinden zodat de
inspectiediensten van de brandweer kunnen worden verhoogd, er
meer materiaal en mensen zijn en er een expertisecentrum wordt
opgericht om de hulpverlening bij te staan bij rampen. Waarschijnlijk
volstaat dat echter niet om helemaal tegemoet te komen aan de
verzuchtingen van de brandweer en de civiele bescherming. Die zijn
immers vragende partij voor een kenniscentrum dat minstens per
Gewest zou bestaan. Een deel van het budget zal ook worden
aangewend voor dat kenniscentrum.
Het is ook van belang dat aan het sociaal statuut van de vrijwilligers
die zich in een dubbelzinnige situatie bevinden wordt gewerkt. Die
vrijwilligers doen vaak gevaarlijk werk, maar kunnen niet genieten van
de meest elementaire sociale voorzieningen zoals verzekering voor
arbeidsongevallen of beroepsziekte omdat zij niet voldoen aan de
voorwaarden die worden gesteld voor de toetreding tot deze stelsels.
Ze zijn immers geen ambtenaar of werknemer en kunnen dus niet van
de sociale dekking van deze stelsels genieten. Zonder het apart
statuut van die vrijwilligers in vraag te willen stellen omdat de dualiteit
vrijwilliger-beroeps een belangrijke bijdrage levert aan de efficiëntie en
de maatschappelijke relevantie van de dienstverlening moet voor
deze anomalie een oplossing worden gevonden. In de
regeringsverklaring wordt daartoe meer dan een aanzet gegeven. Wij
verheugen ons dan ook over de maatregelen die specifiek betrekking
hebben op de brandweer, waardoor niet de indruk kan worden gewekt
dat het hier alleen maar gaat over politie, politie en nogmaals politie
en dat de brandweer in de loop van de laatste jaren een vergeten
categorie is geworden.
Ik sluit hierbij net na 23.00 uur af. Ik dank u.
l'homme qui est chargé de la
sécurité à Anvers pour le Vlaams
Blok.
Les moyens octroyés à la
protection civile sont augmentés
de 15%. C'est une bonne nouvelle,
surtout pour les services
d'incendie. Les services
d'inspection bénéficieront d'une
extension de leur cadre, les
effectifs seront augmentés et on
prévoit des investissements dans
un matériel plus performant. Par
ailleurs, une partie de cette
enveloppe sera consacrée au
centre d'expertise que demandent
les services d'incendie.
Pour les pompiers volontaires,
l'accord de gouvernement offre
plus que l'amorce d'une solution. A
l'heure actuelle, les corps de
pompiers volontaires se trouvent
un peu assis entre deux chaises,
leur statut ne leur conférant pas
assez de droits et de certitudes.
De voorzitter: Collega's, wij hebben vandaag vijfentwintig sprekers
gehoord.
Vingt-cinq membres sont intervenus. Il y a eu de nombreuses
interventions du premier ministre et une série d'interruptions et de
répliques de la part de plusieurs ministres qui ont participé au débat.
Je dois malheureusement constater que les groupes ne respectent
pas le temps de parole qu'ils ont soit eux-mêmes proposé, soit
accepté.
De voorzitter: Er blijven nog 14
sprekers over in dit debat.
Wanneer de leden zich, in
tegenstelling tot vandaag, morgen
wél aan hun spreektijd houden,
hoop ik het debat op het einde van
de voormiddag te kunnen
beëindigen en de stemmingen op
een redelijk uur te houden.
CRIV 51
PLEN 088
13/10/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
Voor morgen zijn er nog veertien sprekers ingeschreven. Ik wil toch
een inspanning vragen. Ik zal ook nog een nota opstellen met de
vergebruikte spreektijd. Ik hoop dat men zich daaraan zal houden.
Dan kan ik de Kamer misschien vragen de bespreking morgen te
beëindigen op het einde van de ochtendvergadering, of uiterlijk een
uurtje na de aanvang van de bespreking in de namiddagvergadering.
Dan volgen er veel stemmingen. Eventueel kunnen wij de vergadering
toch beëindigen op een christelijk uur, op een redelijk uur.
Je souhaite aux onze courageux qui sont restés ce soir une agréable
fin de soirée et un retour sûr. Ik wens u een veilige en goede
thuiskomst.
La séance est levée.
De vergadering is gesloten.
De vergadering wordt gesloten om 23.06 uur. Volgende vergadering donderdag 14 oktober 2004 om
10.00 uur.
La séance est levée à 23.06 heures. Prochaine séance le jeudi 14 octobre 2004 à 10.00 heures.