Bijzondere commissie Koloniaal Verleden

De Bijzondere commissie dient klaarheid te verschaffen over Congo-Vrijstaat (1885 - 1908) en over het Belgisch koloniaal verleden in Congo (1908-1960) Rwanda en Burundi (1919-1962) en hieruit lessen te trekken voor de toekomst.

Naast onderzoek naar de rol van de betrokken actoren en naar de economische impact op België en de gekoloniseerde landen, zal de commissie onder meer ook aanbevelingen doen over verzoening en over de omgang met het verleden. Zij zal tevens het academisch (post)koloniaal onderzoek onder de loep nemen met bijzondere aandacht voor de toegankelijkheid van de archieven.

Voor de uitvoering van haar opdracht heeft de commissie een beroep gedaan op een   college van experten.

De experten hebben hun   rapport eind oktober 2021 overgemaakt.

  Methodologie van de werkzaamheden

  Planning van de werkzaamheden april - december 2022

  Voorstel van aanbevelingen van de commissievoorzitter

  Verslag van de deskundigen (oktober 2021)

  Vaststellingen van de deskundigen (maart 2024)

Voor de volledige opdracht verwijzen we naar de tekst van de oprichtingsresolutie van de Kamer >   DOC 55 1462/001

Samenstelling van de bijzondere commissie

De rapporteurs: Nathalie Gilson (MR) - Annick Ponthier (VB) - Tomas Roggeman (N-VA) - Marco Vanhees (PVDA-PTB)

Begeleidende experten van de bijzondere commissie: prof. Tom Ruys (UGent), dhr Olivier Kambala (expert in 'transition justice) en prof. Valérie Rosoux (UCL)